Pinkpop: Slaves ondervangt struikelpartij met nog grotere moshpit

Stage 4 ontgroeit de titel 'kliekjespodium' met Brits punkrockduo

Timo Pisart ,

Dat is even schrikken: het gaat er zo heftig aan toe bij Brits punkrockduo Slaves dat een meisje zich nogal bezeert en op de modderige grond belandt. De show wordt stilgelegd, met applaus wordt ze afgevoerd en ondanks de consternatie besluit Slaves met de onstuimigste moshpit van de dag.

HET CONCERT:
Slaves, Pinkpop Stage 4, zondag 12 juni 2016

DE ACT:
'What the fuck are you looking at?’ opent drummer/zanger Isaac Holman z’n show al. Hij is zo’n gespierd-papperig straatschoffie, en zijn bezwete borst zwabbert heen en weer tijdens het headbangen. Zijn vriend Laurie heeft zo’n opgeschoren koppie en rondom zijn oor een gigantisch spinnenweb getatoeëerd. Het duo werd in de BBC Sound of 2015-talentenlijst meegenomen, ging viral met een cover van 'Shutdown' en speelde met debuutalbum Are You Satisfied? al op London Calling en Lowlands. Vandaag blijkt ’t de brutaalste act van Pinkpop, het type gasten dat zo brutaal zou zijn om je biertje voor je neus weg te jatten terwijl je er erg in hebt. Ze lullen bijna meer dan ze spelen, met spoken word-stukkies over jezelf van de 28ste verdieping gooien en drugs gebruiken in een bouwmarkt. Tussen het geouwehoer door spelen ze de meest rudimentaire en heerlijke punkrock die je je kunt voorstellen, die zo simpel is dat je het met vijftien pints in je kraag nog steeds kunt behappen.

HET NUMMER:
Ja, die liedjes lijken dus nogal op elkaar: de drumpartijen zijn al net zo minimalistisch als bij traumahelikopter: geen bassdrum, maar een giga-floortom en een snare waarmee hij ieder nummer weer in hetzelfde ritme doorwalst: BOEM TA BOEM BOEM TA. Om dat te onderstrepen hebben ze zelfs een liedje dat ‘Fuck the Hi Hat’ heet. Het allerbeste is ‘Cheer Up London!’, voor alle miserabele rukkers in de metro. Holman vouwt zijn gezicht in een karikaturaal verdrietige plooi: 'Ik hou er niet van als de gezichten van mensen zo staan, dus geef elkaar maar een knuffel.’ De zweterige massa kruipt tegen elkaar aan, en de twee op het podium bespringen elkaar haast. 

HET MOMENT:
Aanvankelijk is de moshpit nog poeslief, met een jochie met z’n haar keurig in het vet en een Pinkpop-stropdasje, een meisje met neusringetje en een voetbalmoeder ertussenin. Al gauw wordt de pit toch behoorlijk wild, en opeens legt de band de show stil. Wat blijkt: een meisje ging er veel te enthousiast in, raakte lelijk bezeerd en eindigde op de vloer. Holman reageert op de best mogelijke manier: ‘Jongens, allemaal even uit elkaar, we zorgen goed voor onze fans. Kan er zo snel mogelijk security bij komen?’ Ze wordt even later met applaus afgevoerd, waarna de band er nog harder inkomt en de halve tent verandert in een hossende mensenmassa. 

HET PUBLIEK:
Toen Pinkpop vorig jaar voor het eerst Stage 4 neerzette – voor het gevoel een sneue partytent, net buiten het festivalterrein – voelde het nogal als een kliekjesprogramma, waar amper publiek op afkwam. Dit jaar is het heel anders: de tent is tot de nok gevuld, en dan ook nog eens met het hipste publiek van Pinkpop. Dat is natuurlijk een relatief begrip, maar er staan besnorde jongens met opgeschoren haar, meisjes met linnen tasjes en natuurlijk ook de nodige Rammstein-fan.

HET OORDEEL:
Kortom: Stage 4 werkt. Goed nieuws, want het schept de mogelijkheid om net-te-moeilijke-bands-voor-Landgraaf als Slaves en Parquet Courts naar een breder publiek te brengen. En tegelijkertijd om spannende namen aan de onderkant van het affiche toe te voegen, en ook wat hipsters naar het Zuiden des lands te trekken. Nu eens zien of de hiphoprevue van Broederliefde en Sevn Alias net zo goed valt.

DE FOTO: