Pinkpop: Red Hot Chili Peppers gretiger dan 10 jaar terug

Weinig verrassingen, veel hits

Sjoerd Huismans ,

Tien jaar geleden stond Red Hot Chili Peppers voor het laatst op Pinkpop, met dubbelalbum Stadium Arcadium op zak. Wie de setlist van die show naast die van vanavond zet, ziet wel erg veel overlap (de eerste vier nummers zijn zelfs precies dezelfde). Het verschil: Flea duikt al bij het eerste nummer het publiek in.

HET CONCERT:
Red Hot Chili Peppers, Pinkpop Mainstage, vrijdag 10 juni 2016

DE ACT:
Red Hot Chili Peppers (RHCP) loopt iets te lang mee om kort samen te vatten, maar toch een poging. Na in de jaren ’80 begonnen te zijn met een rauwe mix van punk, hiphop, funk en meer genres, brak de band in de jaren negentig definitief door met een toegankelijker rocksound. Die kwam voor een groot deel op het conto van gitarist en briljant songwriter John Frusciante. Hij heeft de band inmiddels voor de tweede keer verlaten. Een tijdje waren de Peppers duidelijk zoekende, maar nieuwe single ‘Dark Necessities’ klonk door toedoen van de producer Danger Mouse helemaal niet verkeerd. Kom maar op! 

HET NUMMER:
Geen ‘Under The Bridge’ vanavond in de toegift, wél het hartverscheurend mooie ‘Soul To Squeeze’. Om onbegrijpelijke redenen is dat nummer een outtake van doorbraakplaat Blood Sugar Sex Magik - dat desondanks net als elk RHCP-album veel te lang is. Een popliedje zoals er zovelen zijn geschreven, over afkicken, je weg terug vinden, met jezelf in het reine komen. Maar als iemand dat geloofwaardig kan zingen, dan is het Anthony Kiedis wel.

HET MOMENT:
Hét moment hoort eigenlijk een nieuw liedje te zijn. De band speelt er vanavond drie. Naast het verrassend funkende ‘We Turn Red’ en het saaie titelnummer ‘The Getaway’ valt ‘Dark Necessities’ veruit het beste; een verademing vergeleken met de vorige plaat. Maar als er één moment bovenuit springt, dan is het een spaarzaam verrassend moment: het heerlijk chaotische oudje ‘Nobody Weird Like Me’.

WAT VERDER OPVIEL:
Nieuwe gitarist Josh Klinghoffer is wat speelstijl betreft bijna een kopie van John Frusciante; sommige solo’s speelt hij noot-voor-noot hetzelfde. Een vrij onopvallende verschijning is het, achter zijn sluike lok. In de nieuwe nummers valt hij ook niet echt op. Je zou ook kunnen zeggen dat hij dienend speelt, in een band die dat wel een beetje nodig heeft.  

HET PUBLIEK:
RHCP is nu echt zo’n band die al zo lang succes heeft dat verschillende generaties er een heel andere betekenis aan hechten. Velen die hier vanavond staan zullen ‘Soul to Squeeze’ voor het eerst in hun leven horen. Dat Stadium Arcadium-werk kan wat schrijver dezes betreft achterwege gelaten worden, maar het moet gezegd: aan het begin van de set zijn er bijna geen songs die zó veel reactie krijgen als ‘Snow (Hey Oh)’. Begrijpelijk dat die er nog tussenstaat dus. Ook speelt RHCP de enige goede song van dat (dubbel!)album: ballad ‘Wet Sand’, met Kiedis die misschien wel beter zingt dan ooit. Maar waarom de band zich dan nog aan dat vreselijke ‘The Adventures of Rain Dance Maggie’ waagt? Niemand bij zowel band als publiek lijkt er zin in te hebben. Maar verder valt bijna elk nummer bij in elk geval een deel van het publiek goed.

HET OORDEEL:
Van de handstand van Flea tot de semi-spontane jams tot de flauwe grappen tussendoor (na een zo’n jam: ‘Dit is onze nieuwe hit, top 10 in Albanië!’): RHCP staat nog altijd met net zo veel plezier op het podium als 25 jaar geleden. Een beetje slordigheid hoort erbij. Zo doet Chad Smith rustig even zijn oortje goed waardoor hij een drumintro verprutst. Anthony Kiedis rent ineens om onduidelijke redenen naar de barrier, en heeft als hij terug is niet de adem meer om ‘Californication’ te doen - sowieso lijkt hij op driekwart van de show aan het eind van z'n latijn te zitten. Maar de lol op het podium is veel belangrijker bij deze vier. RHCP klinkt over het geheel een stuk gretiger dan 10 jaar geleden op Pinkpop. En dat stemt hoopvol.

DE FOTO: