Animal Collective wil de speelsheid terug: “Popmuziek van nu klinkt bestudeerd”

Avey Tare over beeldende kunst, dinofilms en opnemen in Hollywood

Sjoerd Huismans ,

Animal Collective is terug met de nieuwe plaat Painting With, de tiende alweer van de experimentele indiepopband. In april staat de band op Rewire in Den Haag. Avey Tare was alvast in Nederland om te vertellen over de invloeden uit kubisme en dadaïsme, het opnameproces met behulp van een opblaasbaar zwembad en het verlies van speelsheid in de popmuziek. “Het moet vooral dringend zijn: mensen moeten er meteen op reageren.”

Painting With, FloriDaDa: dat beeldende kunst een belangrijke inspiratie was voor het nieuwe album van Animal Collective, blijkt alleen al uit de titels. In het verleden is wel eens over Dave Portner a.k.a. Avey Tare geschreven dat hij zou leiden aan synesthesie, en muziek dus als kleuren waarneemt – als een soort hedendaagse Franz Liszt. Dat is onzin, zegt hij, maar wel is visuele kunst een belangrijk referentiepunt voor de band. “We zijn een heel visueel ingestelde groep mensen, we kunnen beeldende kunst allemaal waarderen. Het is voor ons een makkelijke manier om over muziek te praten, een soort kubistische manier om naar liedjes te kijken. Dit album was trouwens wel de eerste keer dat we in dat soort intellectuele termen – ‘dada’, ‘kubisme’ – erover praatten. Normaal gaat het meer van: ‘het refrein van dit nummer moet zijn als een vaas bloemen die zich openen’, dat soort omschrijvingen.”

Gevraagd naar zijn favoriete schilders noemt Portner Picasso en Francis Bacon, maar een hedendaagse kunstenaar die Animal Collective inspireert is de multi-disciplinaire artiest Brian DeGraw. “Hij heeft het artwork van deze plaat gedaan, we zijn al geruime tijd fan van hem en kennen hem al een tijdje. Ik liet de jongens zien wat hij de laatste tijd aan het doen was, terwijl we aan deze plaat bezig waren. Werk waar hij mee bezig is zet hij vaak op Instagram. Het was heel toepasselijk: hij heeft een heel obscure, kubistische manier van kijken naar mensen, of de wereld. Dat raakte een snaar bij ons, bij wat we muzikaal aan het doen waren.”

Puzzel
Muzikaal wilde Animal Collective, na het hectische Centipede Hz (2012), een plaat maken die weer wat opener klinkt. “We hebben de neiging om te veel in onze muziek te willen stoppen”, geeft Portner toe. “Of alles continu te willen veranderen. Dit album wilden we absoluut zo minimaal mogelijk houden, voor zover dat kan bij ons.” Vierde bandlid en gitarist Josh Dibb (Deacon) was er deze keer niet bij, net als bij het maken van Merriweather Post Pavilion (2009). Portner: “Dat leidde er bij de rest van ons toe dat we veel nadachten over ruimte op deze plaat: welke geluiden moeten waar naartoe? Meer dan bij al onze andere albums was het een puzzel. En er staat geen enkele gitaarpartij op. Josh is natuurlijk vooral gitarist, ik speel het ook wel maar op deze plaat wilde ik dat niet doen.”

Als de reden voor de afwezigheid van Deakin noemt Portner alleen de soloplaat waar hij al geruime tijd mee bezig is. “We vonden allemaal dat hij dat nodig af moest maken vóór hij weer in iets anders zou springen. Dat voelde het beste voor hem: het is moeilijk te focussen als je zoveel tegelijk aan het maken bent. Hij wil zijn plaat aan het eind van het jaar af hebben.” Zelf moest Portner een paar jaar terug Animal Collective ook even opzij zetten door aanhoudende bronchitis en andere narigheid. “Ik had even een zware periode”, zegt hij. “Een jaar of drie geleden eindigde ik een tour in niet zo’n goede vorm. Ik kreeg veel keelinfecties, en daarbij kwam nog een hoop stress. Ik zette dus een stap terug en werkte aan de Slasher Flicks-plaat (een zijproject, red.). We deden maar een korte tour na die plaat. Voor mij was het een goede manier om even iets anders te doen, het helpt om afstand te nemen en nieuwe ideeën op te doen. Noah (Panda Bear, red.) werkte ook aan zijn soloplaat. Voor ons is het altijd belangrijk geweest ook met andere dingen bezig te zijn.”

Opblaasbaar zwembad als percussie
De bandleden wonen ver van elkaar: Lennox zit in Lissabon, Portner in Los Angeles en Brian Weitz (Geologist) in Washington D.C. Voor Centipede Hz vonden ze de tijd om drie maanden samen te komen, nu niet. “Deze plaat ging weer meer zoals Merriweather Post Pavillion. We gebruikten het internet, stuurden tracks naar elkaar en verzamelden zo alle liedjes van tevoren. Normaal gingen we dan eerst op tour om ze uit te proberen, maar dit keer gingen we meteen de studio in.” En niet zomaar een studio: Painting With is opgenomen in de beroemde EastWest Studios in Hollywood waar ook The Beach Boys en Marvin Gaye albums opnamen. “Ik kende het alleen uit boeken”, zegt Portner. “Over de beroemde studiobouwer en technicus Bill Putnam bijvoorbeeld, die Universal Audio heeft opgericht en al die geweldige apparatuur heeft uitgevonden. Het maakt echt een verschil, de ruimtes zijn gemaakt om fantastische geluiden te vangen. Een soort verloren geraakte kunstvorm.”

Uiteraard werd de studio binnen no-time omgevormd tot een ware Animal Collective-speeltuin, met bijvoorbeeld een opblaasbaar zwembad voor de sfeer. “We wilden alle elementen in de ruimte”, zegt Portner. “Water, vuur - we brachten ook kaarsen mee -, maar uiteindelijk hebben we het zwembad zelfs gebruikt als percussie, door tegen de zijkant aan te slaan. Dat haalt de luisteraar er waarschijnlijk nooit uit. Op de muren projecteerden we een eindeloze stream dinofilms. Ik denk dat we het vaak over dinosaurussen hadden, en we wilden een soort holbewonersfeer creëren. Dat was ook om de plaat zo simpel en minimaal mogelijk worden. Zeker de ritmes: het zijn echt oer-ritmes, alsof een holbewoner ze speelt.”

Op de plaat zijn er gastbijdragen van muzikale helden: John Cale nam de drones in Vertical op, Colin Stetson speelt saxofoon op FloriDaDa. “Mijn zus (visueel kunstenaar Abbey Portner, die ook veel visuals voor Animal Collective maakte, red.) heeft de visuals gedaan voor zijn meest recente muzikale ondernemingen. We haalden hem de studio in en lieten hem een beetje heen doen – we willen mensen graag de vrijheid geven om zich uit te drukken zoals ze zelf willen. Hij deed gesamplede strijkers, dat soort dingen. Daar experimenteerden we mee en aan het eind verzamelden we geluiden die we zo konden orkestreren dat ze binnen onze muziek passen. Zo ging het met Colin ook. We hebben nooit echt een rol voor saxofoon gezien binnen onze muziek, maar zoals hij speelt klinkt het eigenlijk elektronisch, als processed stuff. Maar hij doet het allemaal live, geweldig. Het klinkt nu echt als een coherent nummer.”

Gedisciplineerd en bestudeerd
Misschien leidde opnemen in de EastWest Studios er ook wel toe dat Portner teruggreep op vroege muzikale invloeden. “In veel nummers op de plaat verandert veel in korte tijd, dat grijpt terug op mijn favoriete oudere songschrijvers, zoals The Kinks of The Beatles. Zij hadden totaal andere akkoordenveranderingen dan nu. Ik hou van pop, maar ik vind dat veel popmuziek van nu gedisciplineerd en bestudeerd klinkt. Het wordt voor de radio gemaakt, voor mij klinkt het allemaal hetzelfde. Misschien zijn het de tijden; in het algemeen lijken liedjes uit hetzelfde decennium veel op elkaar. Maar er is gewoon iets aan Tin Pan Alley-muziek wat ik toffer vind. Oude nummers van Nat King Cole of Irving Berlin klinken nu zo exotisch. De akkoorden die ze gebruiken, de manier waarop dat samenvalt met de zanglijnen. Voor mij is het een kunstvorm, maar popmuziek van nu klinkt gefabriceerd. Het is bedoeld om een enorm effect te hebben, waarop mensen meteen reageren. Het moet vooral dringend zijn. Terwijl nummers vroeger gecompliceerder waren, maar toch aangenaam om te luisteren.”