Je zou alle bands en invloeden kunnen opnoemen, maar om het simpel te houden: Birth of Joy maakt gierende hardrock en heeft naar flink wat bands uit de jaren zeventig geluisterd. De nummers zijn dus langgerekt, beginnen soms met ingetogen noise, er ontstaan lange jams, maar uiteindelijk draait het altijd om een ijzersterke riff. Soms snelle opzwepende, soms juist een trage. En altijd zo hard dat je haast automatisch je vuist in de lucht steekt. En als het echt een hele harde riff is, twee vuisten.
Dus, alle biergooiers die niet bij de Popprijs uitreiking stonden, stonden hier?
Dat zou je denken. De muziek van Birth of Joy is er immers voor gemaakt, zo lijkt het. Maar pas bij de allerlaatste noot van de show vliegt er een half biertje door de lucht. Het eerste onschuldige slachtoffer van de anti-biergooi campagne is een feit.
Bier is tenslotte ook om te drinken, niet om te gooien.
Onzin. Mensen die dat zeggen zijn nooit naar het betere tentfeest geweest. Bier is net zo goed gemaakt gemaakt om in liters door de lucht te vliegen bij dit soort shows. Hoppa, koud in je nek. Of nog waarschijnlijker, zo’n lauwe kledder in je nek en een bekertje tegen je achterhoofd.
Maar zonder plens pils in je nek?
Dan is Birth of Joy eigenlijk nog steeds steengoed. Maar de beste setting is toch echt ergens in een snikhete tent.