Nog maar een week te gaan en dan zitten we alweer midden in ADE. Traditioneel een van de meest gewilde feestjes is dat van Kompakt, het Keulse smaakmakerslabel dat ons onder andere Kölsch, Gui Boratto, The Field en ons eigen Weval bracht. En natuurlijk Michael Mayer, een van de oprichters en sinds jaar en dag de A&R manager van het label. Hij is een ervaren dj en een meester van de melancholische techno in de studio. Voor zijn nieuwe album dook hij de studio in met een hele reeks bevriende producers, van Kölsch tot Agoria tot Barnt. ‘Ik had een periode geblokt om de studio in te gaan, maar zag het niet zo zitten om weer een half jaar alleen te zijn. Mijn samenwerkingen zijn een strategie tegen de eenzaamheid. Het was nog een heel karwei om al die drukke mensen daadwerkelijk bij me in de studio te krijgen, maar ik ben blij dat het gelukt is.'
Michael Mayer: 'Selectors, voor mij werkt het niet'
DJ Shortlist: o.a. Barnt, Mekon, Kowton & Pev en Hans Super
Hoog bezoek in de DJ Shortlist deze week. Hij is de man achter het befaamde Keulse label Kompakt, dat al jaren een van de meest gewilde feestjes van Amsterdam Dance Event host. En dan komt volgende week ook nog eens zijn nieuwe album & uit.
Laten we beginnen met een track van je nieuwe album, je samenwerking met Barnt. Hoe ken je hem?
‘Barnt ken ik al ontzettend lang. Hij was een local hero, een dj die in alle bars in Keulen draaide. Hij draaide hiphop, r&b, hij won zelfs een keer een dj-prijs, kon goed jongleren met beats. Van de ene op de andere dag veranderde hij in de prince of dark techno, een wonderlijke transformatie. Ik ben gek op de manier waarop hij dingen aanpakt, heel anders dan anderen. Ik keek ook een beetje op tegen onze studio-afspraak. Gelukkig pakte die heel goed uit. Ik gaf hem een sample van de band Stern Meissen, een Oost-Duitse band die in mijn deel van het land ook niet zo bekend is. Ik heb hun plaat ooit eens gekocht op basis van de hoes, en toen ik hem in de studio beluisterde, stuitte ik op deze track. Het is een rare muzikale trip, ergens tussen kraut, prog en kosmische muziek, en ineens was daar die zin: ‘dan voel je je dichtbij al die vreemde mensen’. Dat is iets dat ik ieder weekend ervaar in de club. Barnt vond het een goed idee om dat sample te gebruiken, en zo werd het de basis van onze track.’
Op ADE ga je een back to back set doen met Agoria. Met welke track verraste iemand jou volkomen tijdens een b2b set?
‘Ik was eens in Copenhagen met mijn goede vriend Sexy Lazer, en hij draaide de track 'Glock and Roll' van Kowton & Pev. Ik werd erdoor weg geblazen en moest absoluut even spieken wat het was. Sindsdien zit die track ook in mijn tas en draai ik hem regelmatig. Dat is het leuke aan b2b sets, je kunt ze eigenlijk niet plannen, en dat wil je ook niet. Het moet compleet geïmproviseerd zijn. Agoria, met wie ik op ADE draai, ken ik al sinds het begin van de jaren nul. We hadden allebei ons debuutalbum uit en waren uitgenodigd voor een gezamenlijke fotoshoot voor Trax Magazine in Parijs. We zijn van dezelfde generatie en hebben min of meer dezelfde achtergrond. We hebben vier keer eerder b2b gedraaid en dat pakte goed uit. Hij is meer van de bangers, ik zorg meer voor de subtiele kant.’
Welke classic draai je het meest dit jaar?
‘Mekon ft Marc Almond - Please Stay in de Royksopp remix, een plaat die ik veel draaide toen ie nieuw was, compleet vergat en recent weer opnieuw ontdekte. Zo gaat het bij mij altijd met classics. Ik draait eigenlijk nooit oude tracks die ik ontdek bij een andere dj. Het is een soort gouden regel: ik moet ze destijds ook gedraaid hebben, ik moet er een persoonlijk verhaal mee hebben. Ik weet natuurlijk dat veel dj’s dat heel anders doen. Dat noemen ze tegenwoordig ‘selectors’, toch? Ik weet het niet zo met dat fenomeen. Veel van die jongens draaien obscure b-sides uit de 70s en 80s waarvan ik denk: er was een reden waarom ze destijds niet gedraaid werden. Ik snap het wel, het is een manier om jezelf als echte dj te onderscheiden van al die producers die voor het geld ook een paar dj-gigs pakken, maar voor mij werkt het niet zo.’
Wat is de perfecte track om een nacht mee af te sluiten?
‘Dan ga ik voor een track die me na aan het hart ligt: 'Ich bin ene Kölsche Jung', een tranentrekker over een jongen en de liefde voor zijn stad. Het is heel kitsch, maar het werkte perfect toen ik er de Space in New York mee afsloot. Nee, het is geen elektronische track, echte Keulse carnavals-schlager. De uitvoerend artiest heet Hans Süper, al is het origineel veel ouder, van een Keulse legende uit de jaren twintig genaamd Willi Ostermann.’
Met welke track op je nieuwe album verraste je jezelf?
‘De track die ik met Hauschka gemaakt heb, La Compostela. Hij staat bekend om zijn werk met de ‘prepared piano’, en ik rekende erop met hem de meest experimentele track op het album te maken, iets dat niet zo geschikt is voor de dansvloer. Maar het ging al snel in een totaal andere richting, en het eindigde met een breakbeat old school rave track.’