Als de saxofonist en de trompettist van Destroyer zich aan de eerste van hun vele dubbele solo’s wagen tijdens het openingsnummer, zet Dan Bejar zijn microfoon terug in de standaard en bukt hij om zijn blikje bier te pakken. Pas als hij weer een stukje moet zingen, staat hij weer op. De klassieke Destroyer-move. En veelzeggend omdat hij, ondanks het bredere succes van het naar softrock neigende meesterwerk Kaputt (2011), nog steeds de ongemakkelijkste performer op aarde is.
Oei. Hoezo?
Schichtig kijkt Bejar van onder zijn donkere krullenbos soms plots het publiek in, alsof hij zich ineens bedenkt dat er mensen naar hem staan te kijken. Zo snel mogelijk kijkt hij weer weg, of gaat hij maar weer eens door de knieën om de band de spotlights te gunnen.
Jammer.
Nee hoor. Als je zo veel ontzettend mooie liedjes op de setlist hebt staan, is dat helemaal niet erg. De focus ligt sterk op de laatste paar albums, van de Springsteen-esque rocker ‘Dream Lover’ (afkomstig van de vorig jaar verschenen, onderschatte plaat Poison Season) tot afsluiter ‘Bay of Pigs’, ook de afsluiter en het langste nummer van Kaputt.
Wat is daar zo bijzonder aan dan?
Ooit begonnen als solo-project van Bejar, slaat het woord ‘Destroyer’ tegenwoordig op de hele band. Die band is geweldig, maar kan zich pas écht laten gelden in dat nummer. De trompettist is de meest boeiende muzikant van het stel. Hij vervormt zijn partijen met een arsenaal aan effecten. In combinatie met de saxofoon, toetsen en gitaar wordt het een aangename, warme muur van geluid. Maar pas bij ‘Bay of Pigs’ durven ze het definitief tot in de ambient te zoeken. Als hij zijn laatste noot gezongen heeft, doet hij een korte norse buiging en is hij verdwenen. De band zwaait het publiek vriendelijk gedag. Tot de volgende keer!
BKS16: Destroyer, held tegen wil en dank
Prachtige voorstelling met onwillige hoofdrolspeler
Het viel op basis van de laatste setlists wel een beetje te verwachten, maar dan nog is het bijzonder om de tent binnen te lopen terwijl de allereerste klanken van ‘Chinatown’ klinken. Meteen aan het begin een van je belangrijkste troeven inzetten, waarom ook niet?