Bijzonder festival Stekker knokt voor zijn plek

Meerwaarde vooral in studioweek achter de schermen

Atze de Vrieze ,

‘Maybe Iiiiii didn't love you quite as often as I could have.’ De avond loopt zijn einde in de Voorveldse Polder in Utrecht en Tsepo draait een ondenkbaar euforische afsluiter: Always On My Mind van Pet Shop Boys. De synths stoten als klaroenstoten over het veld. Zo’n vierduizend mensen zijn weer afgekomen op Stekker In Het Park, een klein festivalletje in Utrecht dat dankzij een uniek concept een plekje op de jaarkalender veroverd heeft. Al is het wel een wankel plekje.

Drie maanden geleden was het nog onduidelijk of Stekker In Het Park dit jaar überhaupt kon plaatsvinden. Vorig jaar beleefde het festival een taaie editie door zware weersomstandigheden. Op een haar na werd het festival helemaal afgelast (zoals Welcome To The Future die dag gebeurde), maar uiteindelijk kon het om acht uur ’s avonds alsnog van start gaan. Het werd een compacte en daardoor zeer intense avond, waarin het bezoek al zijn knaldrang van de hele dag in een paar uur moest proppen. Eind goed, al goed, en de verzekering dekte een deel, maar het leverde wel een financiële deuk op. Die moest hersteld worden met een paar bijzondere feesten in de tunnel onder winkelcentrum Hoog Catharijne. Een briljant idee natuurlijk: onder Nederlands grootste overdekte winkelcentrum ligt een enorme betonnen expeditietunnel, en daar passen precies twee podia in. In het najaar van 2015 vond een heel geslaagde editie plaats, met oud en nieuw volgde een tweede. Maar toen ging het ook daar mis: Stekker verslikte zich in een weekender met pinksteren, die lang niet uitverkocht. 

Je ziet het terug op het terrein: de aankleding is veel soberder dan vorig jaar (zeg maar gerust houtje-touwtje), de soundsystems zijn niet al te krachtig. Een budgetbeslissing, die samengaat met het uitstappen van productie-partner Triomf. Maar Stekker - met name organisator en brein Pitto - wil door. En zeker als je ergens in die studioweek Kytopia binnen stapt, snap je wel waarom. Je voelt meteen dat zo’n week alles anders maakt dan andere festivals. Kytopia bevindt zich in het oude poppodium Tivoli aan de Oudegracht, en werkelijk elk hoekje ervan is gebruikt. Op het podium heeft Johannes Brecht zijn instrumenten opgesteld, in de oude rookruimte achterin de grote zaal werkt producer Alex Smoke samen met cellist Maarten Vos. In een van de kleedkamers achter de zaal heeft de talentvolle jonge dj Shanti Celeste ruzie met haar harde schijf. ‘Ik heb al tien minuten niet gesaved!’. Een deur verder hebben veteranen DNA en Steve Rachmad een onderonsje met de Synthon, een oude synthesizer die lang geleden hier in de stad gemaakt werd. ‘Het is geweldig’, zegt Rachmad. ‘Ik kom hier alle spullen tegen die ik vroeger ook had, en de spullen die ik graag had willen hebben. Ik kocht mijn apparatuur altijd op basis van mijn favoriete platen. Dan zocht ik uit wat ze gebruikten, en dan wilde ie hetzelfde hebben.’

De meeste apparatuur komt van zolder, waar geluidsman en muzikant Allert Aalders een kleine rondleiding geeft door een ruimte vol apparatuur uit de jaren zeventig en tachtig, het meeste al zeker 25 jaar niet meer in productie. Hij opent de deur naar een klein hokje, waar Engelsman Dauwd zich al de hele week verschanst heeft. ‘Vorig jaar was ie hier ook en heeft ie van alles gedaan, nu heeft ie zichzelf een doel gesteld, met deze semi-modulaire machine.’ Je ziet dat veel bij Stekker: muzikanten die terugkeren. Dauwd maakte vorig jaar een gezamenlijke set met Deadbeat, een producer met een strakke snor. Die liet vorig jaar na de financiële tegenvaller die het festival te verduren kreeg weten dat ze zijn factuur mochten verscheuren, ALS hij volgend jaar maar terug mocht komen. Hier is ie dan, in de studio met T Raumschmiere, de maniakale Duitser die ook weer een persoonlijke band heeft met geluidsman Allert Aalders. Dit is hoe Stekker hoopt te groeien: van persoon tot persoon. Dauwd bracht Shanti Celeste mee, Call Super nodigde technobaasje Objekt uit, en zo barst het project aan de achterkant uit zijn voegen. Pitto: ‘Mark Verbos bijvoorbeeld wilde per se komen met zijn modulaire systemen. Hij vond het zo belangrijk om hier te zijn, dat hij uiteindelijk zelfs zijn eigen ticket boekte.’ Programmeur Thijs de Boer: ‘Het eerste jaar was het heel moeilijk om artiesten te overtuigen. Het is natuurlijk ook een lastig verhaal: we hebben je artiest een week lang nodig.’

Het heeft een belangrijk nadeel: veel herhaling in de line-up. En toch: de studioweek voedt daadwerkelijk het festival. Bij dj’s als Objekt en Tripeo merk je daar niet zoveel van, maar Alex Smoke bouwde een complete set in Utrecht, Johannes Brecht speelt live met een drummer en een zanger, en ook Canadezen Cobblestone Jazz doen een jam met hun vriend The Mole, een echte hardware-freak. Het is een van de meest bijzondere sets van de dag: grillig met verfijnde toetsen tussendoor. Heel boeiend om naar te kijken, maar het moet gezegd: je hebt bij deze set wel meer het gevoel te kijken naar een opvoering, dan naar een set die organisch in de flow van het publiek past. Wat dat betreft werkt de set van T Raumschmiere en Deadbeat beter. Deadbeat legt de basis met een meedogenloze drive in de beats, aan Raumschmiere de taak daar als een slangenmens tussendoor te kronkelen. Je verwacht misschien dat hij dat bonkig en lomp doet - een monstertruck in een porseleinkast - maar hij doet het juist verrassend subtiel. Mooie, rauwe set. 

Toch komt een groot deel van het publiek natuurlijk niet voor het experiment, maar gewoon om te knallen. Net als ieder kleine dance-festival is Stekker uiteindelijk toch gewoon een tof uitje voor vriendengroepen uit de stad, die eerst lang de tijd nemen om met elkaar bij te praten, om er vervolgens vol in te duiken. Druk is het - zoals altijd in Utrecht - vooral bij de techno, maar erg fantasievol wordt daar niet gedraaid. Op het piepkleine podiumpje in het midden van het terrein vinden we de revelatie van de dag: Shanti Celeste. De jonge Londense hoort thuis in een steeds maar groeiende vriendengroep rond Ben UFO, Midland, Dauwd en Blawan, die stukje bij beetje de macht aan het grijpen is op de fijnproeversfestivals. Shanti Celeste’s stijl matcht haar uitstraling: open, frivool, maar ook een beetje stoer. Ze gaat van een diepe track van Omar S door naar een uitbundige vocale housekraker van Bedrock naar de zorgeloze disco boogie van Rena’s Dance It Off. En ze draait - net als op Lentekabinet - een van de beste dansvloer classics ooit: Charlie’s Spacer Woman uit 1983. In zijn geheel.

Stekker In Het Park balanceerde dit jaar op het randje van de afgrond. Het is verre van het best georganiseerde festival van Nederland, en het zal nooit een feest met landelijke uitstraling zijn. En toch zou het doodzonde zijn als het verdwijnt. De studioweek, de artiestenfamilie die opgebouwd is, de groei die daar nog in zit, ze geven Stekker toch een unieke positie in het overvolle festivallandschap.