Clubs in het centrum van Amsterdam doen nogal eens moeilijk bij de ingang. Kijken of je pakkie wel matcht met de leren Chesterfields in de VIP-ruimte, dat soort dingen. Bij Claire zit de grootste moeilijkdoenerij in de ingang zelf: je krijgt van de portier een pasje, dat je dan weer zelf in een draaipoortje moet steken, daarna mag je naar binnen. Alsof je een of ander bedrijf binnen loopt. Vervolgens kom je in een gang met vintage-gemaakte kluisjes, een kitscherige stenen fontein, en langs het plafond rijen nepplanten waar al vroeg op de avond jongens de rozen uit trekken, om zo andere bezoekers het hof te maken.
Binnen wordt die kitscherige toon voortgezet. De muren roestbruin geverfd, grote nepramen in de wanden en achter de booth een groot raam met verlichting die meeknippert op de muziek. Of per ongeluk een browser met snelkoppelingen naar YouTube en Netflix. Het is een beetje de aankleding die een jaar of tien geleden hip was, toen horecabazen massaal besloten dat Cuba het toonbeeld van authenticiteit was. Belangrijker nog is de soundsystem, die anders staat opgesteld dan in de meeste clubs. Rechts naast de dj hangt een enorme speaker in de ene hoek, en links achter in de zaal hangt de andere grote. Op papier een goed idee, omdat het publiek dan wat minder snel neigt met zijn allen dezelfde kant op te kijken. Maar vanavond blijkt dat, doordat het geluid zo schuin over de zaal heen gaat, er juist opvallend veel gesloten kringetjes ontstaan.
Er zijn dus nogal wat randzaken die Studio Barnhus vanavond moet zien te overwinnen. Ze doen niet aan eigen sets, maar draaien alle drie tegelijk, om en om, hoe het maar uitkomt. Axel Boman de meest extraverte, af en toe zijn tatoeages op zijn armen showend, met twee armen in de lucht een Tiësto-tje pullen als een ander een plaat inmixt. Pedrodollar is de meest schuchtere en lijkt het liefst in de muur achter hem te willen verdwijnen. Kornel Kovacs zit er precies tussenin. Op het eerste gezicht ook een verlegen jongen, maar naar mate de avond vordert, zie je hem steeds meer in zijn element raken. Vol zelfvertrouwen gooit hij het gas open en strooit hij meer en meer rammelende percussie de zaal in. Dat is de rode lijn in alles wat bij Studio Barnhus verschijnt. In alle producties en sets zit een losheid die je weinig tegenkomt. Scratches, plotselinge hiphopbeats, snippets van cheesy vocals. Wat heet, laatst brachten ze nog een Cher-cover uit. Serieuze house en techno mag bij de Zweden nadrukkelijk ook echt leuk zijn.
Mount Liberation Unlimited gooit er in hun liveset nog een schepje bovenop qua losheid. Zo ver zelfs dat het haast klungelig is. Niet zo klungelig als de jongen die naast de dj-booth zijn veters probeert te strikken en vergeet zijn knieën te buigen, maar toch onhandig. De space-disco-tracks van de twee hebben telkens iets te lange intro’s, breaks die gek getimed zijn en riffjes die nog maar net funky zijn. En dan komen er nog wat flauwe gitaarsolo's bij en een vervormer die de zang ongekend lelijk omtovert tot een plastick saxofoonsound. Het heeft alles in zich om te mislukken, en toch is dat het moment waar de kringetjes op de dansvloer voor het eerst openbreken.
Kovacs en Boman kijken alles tevreden aan vanaf de zijkant, terwijl ze ondertussen nog zo lelijk mogelijke selfies met elkaar maken. Als ze na een uur weer overnemen, werken alle trommels en expres verkeerd getimede basloopjes beter dan voor de live-set, maar de vlam wordt nog steeds nergens ontstoken. Het blijft een borrel met af en toe een kringetje dansende mensen en meer en meer dronken mannen die aan vanalles houvast zoeken. Het is nog afwachten hoe de club zichzelf gaat vormen, maar vanavond is Claire meer een kroeg waar je tijdens het bier drinken bovengemiddeld goede muziek kunt horen, dan een plek waar het om de muziek draait en je ook een biertje drinkt. Het is maar net waarvoor je komt, al is dat tijdens ADE natuurlijk het laatste.