LGW15 The Pop Group heeft niets aan kracht ingeboet

Reusachtig postpunkicoon Mark Stewart blijft relevant

Atze de Vrieze ,

“Capitalism is the most barbaric of all religions”, snauwt de reusachtige Mark Stewart ons toe vanaf het podium van de Ronda. “We are all prostitutes, everyone has their price.” In een week waarin Europeanen zichzelf en al hun normen en waarden noodgedwongen onder de loep nemen, is de terugkeer van The Pop Group wel op zijn plaats. En wat blijkt: ook muzikaal heeft de band niets aan kracht verloren.

Een half uur is hij er maar, 's middags in Village Wolvenplein. Het idee is een interview van tien minuten, en zodra hij de bar binnen stapt weet je al dat dit zo'n figuur is die je veel liever drie uur zou willen spreken, en ook dat ie zich onmogelijk in tien minuten laat duwen. Mark Stewart, frontman van een band die eind jaren zeventig amper vier jaar bestond en maar twee albums maakte, maar die toch uitgegroeid is tot een icoon van de postpunkgeneratie. Een avant-gardistische band met een grote liefde voor catchy poptunes, zeer politiek en - zo is vandaag in een oogopslag duidelijk - hoogst charismatisch.
 
Stewart is een gigantische vent in alle opzichten. Hij is lang en breed, heeft een enorme buik, maar vooral een robuuste kop met stevige wenkbrauwen. Met hem mee is een tourmanager, een kleine, vriendelijke dame die hem voortdurend orders geeft. "Mark, ga nu op die kruk zitten." Het is nodig kennelijk, want hij is moeilijk te dirigeren. Niet op een vervelende manier trouwens. Zo raakt hij tijdens een kopje English tea with milk in gesprek met de 14-jarige snuffelstagiair. “Really, fourteen?! Amazing!”
 
Intens blijkt ie in het interview, als ie met brede armgebaren vertelt hoe ie als jonge jongen in Bristol dingen verzon omdat ze nu eenmaal uit zijn hoofd knalden. En hoe mensen als Nick Cave en David Bowie er dol op waren. Hoe Matt Groening, de man achter The Simpsons, hem een paar jaar geleden vroeg de band weer bij elkaar te brengen op 'zijn' editie van ATP. The Pop Group en The Stooges. Iggy hapte toe, Mark Stewart twijfelde, maar het idee groeide toch. En over Citizen Zombie, het eerste Pop Group album in drie decennia dat dit jaar verscheen, een plaat waarop Stewart een wereld schetst waarin de mensheid brein voor brein uitgeschakeld wordt. 
 
Dat interview volgt later op 3voor12, maar wat in elk geval nu vast mag blijven hangen is de zinderende energie die van deze figuur uitgaat, super toegankelijk en tegelijk ongelofelijk intimiderend. Brute kracht en intellectuele power. Die combinatie zien we ook 's avonds op het podium, als hij zelfs het lelijke, lompe titelnummer van zijn nieuwe album tot leven kan wekken. Als hij klassieker We Are All Prostitutes de zaal in smijt. Weergaloos is ook She Is Beyond Good And Evil, de perfecte fusie tussen punk en funk die LCD Soundsystem, The Rapture en het hele DFA label als blauwdruk gebruikt hebben. 
 
Naast Stewart kent de band nog vier leden, waaronder een gitarist die duidelijk van de volgende generatie is. De andere gitarist, de bassist en de drummer zijn niet zulke opvallende types als hun frontman, maar wel uitstekende muzikanten. Ze beheersen grauwe avant-gardistische punksongs, maar kunnen er ook een opvallend luchtig discogeluid uit persen, een combi die ook artiesten als Arthur Russell, Shriekback en ESG in die tijd beoefenden. Met name de tweede helft van de set voelt super urgent en absoluut niet gedateerd, en steeds is het weer Stewart die de performance trekt. 
 
We mochten best wat verwachten van de terugkeer van The Pop Group, zeker na de goede berichten vanaf Best Kept Secret, maar dat ze hier in de grote Ronda zaal zouden tekenen voor een van de allerbeste shows van het hele weekend, dat is toch echt een verrassing. Kwamen we maar vaker dit soort explosieve karakters tegen.