ADE15: “Pop another pill!” The Partysquad smeekt vergeefs om gekte

Rebel Yard krijgt de Melkweg niet aan

Tekst Cécile van Wijnsberge, foto's Jelmer de Haas ,

Om half vijf op de donderdagochtend van ADE15 krijgt Rebel Yard in de Melkweg de prijs voor de allerzieligste sit-down aller tijden. Er is nog maar een handjevol mensen aanwezig tijdens de finaleset van Boaz van de Beatz, en niet eens de helft daarvan neemt de moeite om door de knieën te gaan op verzoek van MC Leonardo. Een enkeling kijkt op z'n telefoon of drinkt een laatste slokje bier. Vanaf de achterwand voel je de hongerige ogen van wanhopige mannen in je rug prikken. We hadden hier allemaal al lang niet meer moeten zijn.

Een Rebel Yard-labelnight op ADE zou gegarandeerde gekte moeten zijn. The Partysquad bundelde de krachten met het almachtige EDM-label Spinnin' voor een nieuw label waar dat gefreakte afro-electro-house-geluid een thuis zou vinden. Vanavond halen ze een aantal vrienden uit binnen- en buitenland naar de Rabozaal van de Melkweg voor wat Ruben van The Partysquad later op de avond “one of the craziest parties of ADE” zal noemen, maar dat blijkt toch iets te rooskleurig ingeschat.

Bij binnenkomst zijn we nog hoopvol. Goed, tijdens de set van Nederlandse dj/producer Yung Felix is het nog niet druk, maar men lijkt er zin in te hebben. Plukjes mensen doen al wat huiverige pogingen tot dansen. Felix is niet gierig met de hitjes: we horen Drake's ultieme huil-hit Hotline Bling, en de prima partytrapmix van No Flex Zone, die Felix maakte met Yellow Claw. Het publiek is overwegend mannelijk, maar zowel de heren als de spaarzaam aanwezige dames hebben vanavond wat extra moeite in de outfit gestoken – vaak een goed teken voor de sfeer. Met goede zin en een drankje in de hand vraagt het publiek zich af wanneer het echte feest zal gaan beginnen.

In het tweede uur pakt Gomes het iets dieper en duisterder aan, met minder tunes en meer beats. Hij houdt zijn set vanavond aardig tam met lekker veel warme grime, maar dat langzame opwarmen heeft het publiek ook nodig. De ongemakkelijkheid van nuchter dansen in een zaal vol gaten wordt enigszins gemaskeerd door een dik rookgordijn, maar zelfs dat kan de gelatenheid niet uit de tent halen. Gomes' mc probeert het geheel nog wat op te hypen: “Als jullie muziek willen, ladies make some noise!” Er komt niet zo veel noise, want er zijn niet zo veel ladies. Of überhaupt mensen.

Toddla T bedankt voorafgaand aan zijn set nog graag even het hele eiland Jamaica, want daar komt de “real dance music” vandaan, aldus de Britse producer. “Not this loud shit!” Hij opent met Dawn Penns moderne klassieker You Don't Love Me (No, No, No) en even lijkt de sfeer om te slaan: reggaehits zijn altijd crowdpleasers. “Real dancehall music!”, roept hij nog een keer, en hoppa, hij gooit er een dancehall remix van Drop It Like It's Hot achteraan. Zo gaat dat nog even door: Toddla T roept iets in een bijna Jamaicaans accent waarvan je je af kunt vragen waar deze witte jongen uit Sheffield het vandaan heeft (“Dis da real ting! Trust me!”) en draait vervolgens een hit in dancehall- of grime-versie. Sean Pauls Gimme The Light, Niggas In Paris, een superplatte Eurohouse-versie van Bitch Don't Kill My Vibe. Dieptepunt in deze categorie: “Where's all my weed smokers in the house tonight? Ganja man!”, gevolgd door O.T. Genasis' onontkoombare YouTube-hit CoCo, maar dan in een om onverklaarbare redenen gekuiste versie. In plaats van “baking soda” (cocaïne) gaat het in deze bewerking om huis- tuin en keukenwiet. “I'm in love with the ganja” dus.

Het is inmiddels halverwege de avond en we beginnen de hoop beetje bij beetje te verliezen. Er is totaal geen liefde in de zaal. Vooraan proberen een paar mensen het nog, maar de achterste helft van de zaal staat stil met de armen gekruist rond te turen. Het is niet druk genoeg om je de anonimiteit te geven die nodig is om op zo'n avond alle remmen los te gooien, dus kijkt iedereen maar een beetje angstig naar wat de rest aan het doen is, als een klassenfeest waarop iedereen nuchter is en niemand voor schut wil staan.

Dan is er een klein moment van opleving. De zaal wordt helemaal donker, en na een korte stilte knalt Diztortion zijn eerste track erin: Where Are Ü Now, de sentimentele comeback-hit van Justin Bieber met stuiterende dolfijnbeats van Skrillex en Diplo. Überhaupt een onweerstaanbare track, maar de grime remix die Diztortion er na het eerste refrein van maakt doet het 'm echt. Sowieso lijkt men wel op grime te zitten wachten; tracks van Lethal Bizzle, JME en Stormzy krijgen zelfs wat meezingers. Het is nog steeds niet écht aan, maar gezelliger dan dit zal deze nacht helaas ook niet meer worden.

Hoofdact The Partysquad vindt het tijd voor grof geschut, en ze nemen meteen de interessantste gast van de avond mee. Ms Dynamite komt er lekker in met haar hit Dy-Na-Mi-Tee uit 2002, die vanavond uiteraard een flink aangedikte remix krijgt. Daarna spit ze een aantal razende grime tracks met een bewonderenswaardige energie. Als je alleen naar Ms Dynamite zou kijken, krijg je bijna het idee dat dit een heel leuk feestje is. Maar een feestje maak je niet alleen, en al haar verwoede pogingen tot publieksparticipatie worden beantwoord met een muur van onwil.

Ook Ruben van The Partysquad probeert het nog even: “It's time to get crazy! Get more drunk, pop an extra pill!” Drugsdoden ten spijt, je snapt waarom hij het vraagt.

The Partysquad doet wel altijd wat ze beloven: feestelijk draaien. We horen wat Major Lazer-tracks, Feest DJ Ruud komt nog even langs. Subtiel is het allemaal niet natuurlijk, maar dat hoeft ook helemaal niet. Wat wel moet op zo'n avond is hard gaan, en dat gaat voor geen ene meter. Het is ook eigenlijk een beetje ongezellige muziek; je kunt er maar één kant mee op. Het is of plankgas, of naar huis. Wel pluspunten voor Ruben, die zelf toch ook moet inzien wat er (niet) gaande is, maar het desondanks dapper blijft proberen. Hij staat op de tafel, roept nog een keer op tot wat extra drugsgebruik of handgezwaai en verliest nergens zijn enthousiasme: “This is the craziest party of the Amsterdam Dance Event!”. Eén keer bedenkt hij zich: “Usually we do this Dutch thing called a sit-down...” Nee!, denken we. “But we're not gonna do that today.” Pfoe. “I just wanna see all the crazy chaos!”

Gekte en chaos, dat is nu precies waar je bij een Boaz van de Beatz-set op rekent. Om vier uur 's nachts is van het publiek alleen de harde kern over gebleven, en dat is niet eens een tiende van wat er in de Rabozaal past. De sfeer is inmiddels ingekookt tot een heel naar goedje. Er zijn een aantal mensen die Rubens advies op hebben gevolgd en nu te ver heen zijn om normaal te kunnen functioneren, een paar eenzame kerels in gebleekte spijkerbroeken en een kluitje hardcore fans die zo dicht mogelijk bij Boaz zijn gekropen. Daar vooraan is het natuurlijk hossen geblazen. MC Leonardo schreeuwt zich schor in een poging nog een laatste beetje uit deze nacht te persen, maar het is eigenlijk al veel te laat. Zelfs alle vijf de pillen in je broekzak hadden deze nacht niet kunnen redden.