De enige gastbijdrage op Wrijving komt van Roscovitsch (Zo Moeilijk) in de track Flamboyant. Zelf komt Aziz ook uit de Waalstad. “Dat ik uit Nijmegen kom, is inderdaad wel terug te horen en een onderdeel van wat mij anders maakt als rapper. Mijn flow is daardoor wat relaxter, kalmer. In combinatie met de robuuste beats van Ramiks werkt dat goed.” Inderdaad komen de beats van de noorderling soms in de buurt van schelle trap. Aziz: “Toen we aan de plaat gingen werken, vroegen we vaak aan elkaar: wat vind jij tof, wat vind ik tof? Ik draaide de nieuwe plaat van Drake vaak en hij zat helemaal in Yeezus van Kanye. Hij luistert ook veel naar James Blake en Thomas Azier, dat komt in de melancholischer tracks wel naar voren. Al die vibes hoor je op Wrijving door elkaar heen.”
Zowel Aziz als Ramiks heeft een muziekopleiding genoten. Aziz is inmiddels afgestudeerd aan de Herman Brood Academie, Ramiks is nog bezig aan de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden. Aziz: “Hij kan daar waarschijnlijk afstuderen op zijn eigen muziek. Dat kan niet iedereen daar zeggen, denk ik. Voor mij heeft de Herman Brood Academie vooral geholpen om een netwerk op te bouwen.” De twee hebben elkaar ontmoet via Murda Turk. “Hij zei tegen me: je moet Ramiks eens checken, dat is een jongen uit Hoogeveen die toffe beats maakt. Dus ik tweette hem en toen bleek hij mij ook al te kennen: ik hoorde dat jij toffe raps maakt.”
Hoogeveen en Nijmegen liggen een aardig eind uit elkaar, vandaar dat Ramiks en Aziz vooral via Facetime aan de EP werkten. “Af en toe waren we ook wel bij elkaar, maar we hebben elkaar voornamelijk via Facetime gesproken. Ik zat op zolder, hij zat in zijn tuinhuis. En dan was ik aan het schrijven en liet hij bijvoorbeeld een beat horen en zei ik: schroef die bpm een klein beetje omlaag. Zo bleven we teksten en beats heen en weer sturen.”
Op de EP zijn veel referenties naar andere muziek en films te horen. Zo rapt Aziz in de brag ’n boasttrack Kasjmir over de Leonardo DiCaprio-kaskraker The Wolf of Wall Street. Aziz: “Ik zat net even in een soort writer’s block toen Ramiks zei: je moet echt die film checken, ik weet zeker dat je er iets mee kan. Dat was ook zo, ik vond die film zo flashy en tof.” Daarna kwamen de lyrics vanzelf. Op andere nummers staan weer persoonlijke relaties centraal. “1 Keer Per Jaar gaat over mijn opa. Ons contact was een beetje verwaterd, maar hij schreef me: zelfs als je me maar één keer per jaar schrijft, is het ook goed. Nu spreken we elkaar om de dag. Hij vond het nummer erg mooi.”
Aziz zingt zelf het refrein: al schrijf je mij 1 keer per jaar / al spreek ik jou een keer per jaar / je handschrift en je stem, die zijn zo herkenbaar. “Ik had wel vaker geprobeerd dit soort refreintjes te zingen, maar dit is de eerste keer dat het echt gelukt is. Ik probeerde het zo natuurlijk mogelijk te doen. Dan hoeft het niet helemaal kaarsrecht zuiver te zijn, mensen horen heus wel dat ik geen echte zanger ben.” De ‘ballad’, inclusief bijpassende kunstzinnige clip van Atlynn Vrolijk, kreeg veel positieve reacties, óók uit de hiphophoek. Aziz: “We probeerden een keer iets heel anders te doen, dus dan is het fijn als dat ook in de hiphopwereld gewaardeerd wordt en bijvoorbeeld veel goede reacties krijgt op Puna. Mensen zien toch dat het puur is: wat vanuit het hart komt, kun je niet haten.”
Aziz: “Wat vanuit het hart komt, kun je niet haten”
Nieuwe EP ‘Wrijving’ met Ramiks nu op de luisterpaal
Nieuw in de stal van hiphoplabel Noah’s Ark: rapper Aziz van Aalst en beatmaker Stephan Boers a.k.a. Ramiks. De twee volg(d)en beiden een popopleiding, maar kennen elkaar via Murda Turk. Aangezien ze honderden kilometers uit elkaar wonen, was Facetime het medium om elkaar beats en teksten te laten horen. Dat resulteerde in de toffe Wrijving EP, vooral door de combinatie van Aziz' lome Nijmeegse flow en de “robuuste” beats van Ramiks. Maar ook was er ruimte voor melancholie zoals in 1 Keer Per Jaar, waarvoor Aziz zelf het refrein zong. “Ik probeerde het zo natuurlijk mogelijk te doen. Dan hoeft het niet helemaal kaarsrecht zuiver te zijn, mensen horen heus wel dat ik geen echte zanger ben.”