Orgaanklap: Kwarktassen, confetti en gay chicken

Nederpunk band over debuutalbum, en stommiteiten op het podium

Ralph-Hermen Huiskamp ,

Wellicht ken je Orgaanklap al, want anderhalf jaar geleden ging hun eerste single ‘Gunshow’ viral. Dat leek voornamelijk te danken aan de geslaagde combinatie van cartoonesque geweld en zwarte humor. En dat Geenstijl hem op de frontpage zette hielp natuurlijk ook. Daarna werd het een poos stil rond Orgaanklap. Ze traden geregeld op, maar nieuw materiaal kwam niet naar buiten. Tot nu! Volgende week presenteert de band het debuutalbum, en vanaf vandaag is de plaat te beluisteren op de Luisterpaal. Alleen aan de albumtitel merk je al dat er in de tussentijd weinig is veranderd: Kwarktassen. Ben je een keurig type, en weet je niet wat dat zijn: de hoes helpt je een handje. 3voor12 sprak met zanger Tom Eysink Smeets.

Raggende riffs, bijna geen nummer langer dan twee minuten en een zanger die zo hard schreeuwt dat je bijna bang bent dat er nog consumptie uit je speakers meekomt. Subtiel is het niet. Maar dankzij de volle overgave wel ontzettend aanstekelijk. Gooi daar nog teksten bij als ‘Ik heb je niet meer nodig, want mijn hand zit altijd strakker dan je kut’, of een tirade tegen dj’s met als meezingrefrein ‘jouw taak is plaatjes draaien, arrogante lul’ en je hebt de perfecte ingrediënten voor een zweterige zaal met heel veel bier. En dankzij de soms bijna disco-achtige basloopjes is het nergens echt lomp, bij vlagen zelfs dansbaar. "Dat hebben we inderdaad aan onze bassist te danken. Hij is de enige uit de band die echt kan spelen, ons muzikaal wonderkind", vertelt zanger Tom Eysink Smeets. "Het mag echter niet te virtuoos worden. Het moet niet afleiden van het bier gooien en tegen elkaar aanspringen."

De soms bijna puberale teksten zijn ondanks het geschreeuw goed te verstaan. "Het gaat vooral veel over seks, frustraties, hoe ik tegen dingen aan kijk", aldus de zanger. "Als ik een liefdesliedje schrijf, zoals Francoise, dan schrijf ik over hoe ik die liefde ervaar. Dus zing ik niet over haar mooie glimlach, maar dat ik hoop dat ik misschien ooit met haar mag vrijen. Als je een leuk meisje hebt ontmoet, dan trek je je toch twee weken op haar af? Als je last hebt van asociale sjonnies, dan wil ik dat je daar een liedje voor hebt. En als je gedumpt bent, dan probeer ik de situatie voor je om te draaien. Je hebt haar toch helemaal niet nodig? Je hand is altijd strakker dan haar kut. En onder de douche kun je ook met haar spelen zonder haar erbij. Als artiest heb je het publiek te vermaken, dat is je enige taak vind ik. Ik trek het niet als ik half zat sta bij een concert, dat zo’n artiest dan een beetje zielig gaat doen over zijn liefdesleven. Hoezo is het gaaf om een kneus te zijn, vertel me gewoon hoe goed de seks was. Met onze muziek en shows willen we mensen een leuke tijd geven, en punk werkt het best voor ons. We waren ook verrast dat mensen de muziek kunnen waarderen, we zagen onszelf vooral als live-act. Maar het is tof dat we nu een album hebben kunnen maken."

Longen vol confetti
Optreden, daar gaat het dus vooral om. "We doen alles om het publiek te vermaken. Dat gaat zo ver dat ik achteraf wel eens afvraag waarom ik iets in godsnaam gedaan heb. Zo was gitarist Louis van Ooy een keer de hele dag enorm aan de diarree, en dacht ik ’s nachts tijdens het concert dat het een goed idee was om tijdens een nummer mijn gezicht in zijn reet te steken. Ja, toen was ik er zelf natuurlijk ook aan de volgende dag. Maar toch is dat er een beetje in blijven hangen. Laatst deed ik het weer en ging het opnieuw mis. Hij heeft namelijk de laatste tijd vaak een lading confetti in zijn onderbroek, die hij dan opgegeven moment uit zijn boxer kan vissen en op het publiek kan gooien. Sparkle! Dat was ik dus vergeten. Ik was aan het zingen tussen zijn billen, en ademde een enorme lading confetti in. Toen was ik dus twee nummers lang confetti aan het ophoesten, aan het braken, ik viel bijna flauw. Echt best kut."

Andere domme acties die Tom snel oprakelt: "De gitarist heeft de neiging om van steeds hogere dingen te springen. Laatst ging hij op zijn bek, maar daar wilde hij nog een coole move van maken. En dus ging hij een soort van door de zaal rennen, terwijl hij op de grond lag. Hij was even vergeten dat er in glas geschonken werd, waardoor zijn hele rug vol glassplinters zat. Wat wil je ook? Hij heeft vaak hoge leren lazen aan, die zijn natuurlijk spekglad op een natte vloer. Of die keer dat ik de gitarist op mijn nek nam en finaal achterover dwars door het drumstel heen flikkerde. God, dat deed ook pijn."

Gelukkig is het vaak wat minder drastisch, en gaat het vaak goed. "We eindigen vaak in net wat minder kleren dan we bedacht hadden, in een net wat minder mooi lichaam dan we gehoopt hadden. Maar laatst deed ik een keer de snake, die breakdancemove, en die ging gewoon goed. De hele zaal ging uit zijn plaat. Zien ze opeens zo’n mollige jongen een crazy snake doen, dat werkt natuurlijk. Ik had hem vijf jaar geleden voor het laatst gedaan, maar het is net als fietsen, dat verleer je niet."

Gay Chicken
Waar het persbericht rond het album spreekt van homo-erotische humor, klinkt het allemaal eigenlijk vooral ontzettend hetero. Misschien dat de sticker homo-erotisch er opgeplakt is door de platenmaatschappij omdat ze nogal eens optreden in hun ondergoed, met leren laarzen en make-up? "Ik zou het absoluut niet hetero noemen wat we doen. Nou ja, misschien uiteindelijk wel. De stoerste mannen zijn de mannen die een man durven te kussen. We kennen elkaar al vanaf de middelbare school, en toen deden we altijd het spelletje gay chicken. We dreigden elkaar te gaan tongen, en degene die terug krabbelde had verloren. Op gegeven moment word je daar wat beter in, en dan sta je opeens elkaars piemel te strelen terwijl je aan het tongen bent. In dat geval moet je dus altijd voor de anus gaan. Dan win je altijd. Als ik nu zo nadenk is het daar allemaal begonnen, want ik pak nog steeds de gitarist weleens vol op z’n bek tijdens een show. Misschien ligt daar wel de roots van Orgaanklap. In gay chicken."

Kwarktassen verschijnt 9 mei op Suburban Records. Diezelfde avond presenteert Orgaanklap het album in Winston Kingdom, Amsterdam. Je kunt het album nu al luisteren via de Luisterpaal.