#SXSW14 highlights 2: o.a. Damon Albarn, Kelela en Dirty Fences

Blur-frontman loopt te knoeien, futuristische r&b en elementaire 70s rock 'n roll

Atze de Vrieze, Christiaan Walraven en Wilbert Mutsaers ,

SXSW staat ineens in het teken van dat ene tragische ongeluk op die ene straathoek, maar ondertussen waren en zijn natuurlijk op elke straathoek bands te vinden. 3voor12 bekijkt er zo veel mogelijk en licht voor je uit wat de moeite waard was.

Damon Albarn
Stubb's

In Stubb's, een van de meest aansprekende venues van SXSW, is in principe niets te merken van wat er buiten gebeurd. Blur-frontman Damon Albarn moet eigenlijk om half 1, rond het moment van het incident, aan zijn showcase beginnen, maar hij laat lang op zich wachten. Pas tegen half twee zijn de strijkers en het koor gesoundcheckt, en dan begint Albarn aan een raar, rommelig optreden. Albarn komt binnenkort met een soloplaat, die hij met een ambitieuze band wil vertolken. Er staan ook andere liedjes uit zijn repertoire op het podium, maar de grote hits vermijdt hij nadrukkelijk. Sterker nog: de zanger lijkt de zeurderige kant van zijn oeuvre te willen benaderen, in plaats van het speelse, jongensachtige. Albarn mompelt iets over waarom het zo lang duurde - het lijkt niet te maken te hebben met het incident voor de deur - en moppert even voor twee uur dat hij in verband met de curfew nog maar drie nummers mag spelen. De vraag is vooral of Albarn het zich niet gemakkelijker gemaakt had door in kleinere bezetting op te treden, zeker op een showcasefestival als dit. De strijkers en het koor hebben niet de meerwaarde waar je op zou hopen, en hij komt hier over als een verveelde chagrijn. Dat vindt hij zelf kennelijk ook, want direct na zijn optreden biedt hij op het podium zijn excuses aan. "We spelen nog een keer, en dan hebben we hopelijk meer controle over de show." Een merkwaardig einde aan een toch al rare avond. (Atze de Vrieze)

Kelela
Mohawk

Eerder op de dag is er nog niets aan de hand in Mohawk. Het is mooi weer en de sfeer is goed bij het optreden van Kelela, een jonge r&b zangeres met een futuristische sound. Haar producties zijn heel elektronisch, met invloeden uit bijvoorbeeld de UK bass cultuur. Aan de hitparade heeft ze niet echt boodschap. Kelela is een goede bekende van Solange, de zus van Beyonce die zich de afgelopen jaren manifesteert als de voortrekker van de spannende r&b. In Mohawk treedt ze op met een dj die nonchalant zijn rugzak aanhoudt, maar de zangeres zelf lijkt er zin in te hebben. Ze heeft een nadrukkelijk Afrikaans uiterlijk, met een smal gezicht, scherpe ogen en extreem lange dreads aan een kant van haar gezicht. Met de uitstraling zit het wel goed, met de stem ook. Beste nummer is Bank Head, geproduceerd door het grote talent BC Kingdom, die hier vrijdag ook nog optreedt. Noteer maar: Kelela deed het hier beter met dj dan Banks een dag eerder met dj. (Atze de Vrieze)

Aloe Blacc
Stubb's

Met 'I need a dollar' rook hij in 2010 voorzichtig aan het eerste succes, maar met de Avicii wereldhit 'Wake Me Up' werd Aloe Blacc afgelopen jaar definitief uit de anonimiteit getrokken. Op de 'Def Jam 30 anniversary party' en op de dag van zijn derde albumrelease zet Aloe Blacc een overtuigende, fexibele soulshow neer voor een publiek dat hoofdzakelijk bestaat uit een bijzondere mix van 'interactive geeks' en hiphop lovers. Die laatsten zijn in de meerderheid en lijken vooral gekomen voor Pusha T, 2 Chainz, YG, Method Man en Redman, die allen later op de avond hun opwachting nog maken. Aloe Blacc weet ze direct voor zich te winnen door na R&B opener en huidige single 'The Man' - met verwijzing naar Elton John's 'Your Song' - het publiek toe te spreken over de legacy van hiphop en het Def Jam label in het bijzonder. 'You gotta know where you come from, hiphop is still alive'. De soul-uitvoering van 'Wake Me Up' geeft Blacc's band de ruimte om te laten horen wat ze kunnen, strakke blazers, ADHD-drummer en Aloe zelf die in smooth maatpak er niet voor schroomt quasi nonchalant het podium over te dansen. Nieuwe tracks van zijn album zoals 'Here Today' en 'Love Is The Answer' laten een volwassen Aloe Blacc horen, gelikt maar nergens over het randje. Terwijl voor het publiek zichtbaar on stage en backstage vele grote hiphopnamen zich verzamelen voor de rest van deze Def Jam avond, speelt Aloe Blacc's band 'Ni**as In Paris' als geïmproviseerde toegift, ongetwijfeld als tribute aan de zojuist ook in Stubbs gearriveerde Jay Z en Kanye West. (Wilbert Mutsaers)
 

Bipolar Sunshine
Latitude 30

De uit Manchester afkomstige Adio Marchant alias Bipolar Sunshine is een intrigerende muzikant. Zijn zang houdt het midden tussen rap, indiepop en soul, zijn indiepopnummers klinken overwegend vrolijk en zijn teksten verraden een persoon die door gebroken relaties flink is aangedaan. Via zijn nummer Love More Worry Less wist hij afgelopen jaar al flink wat aandacht te krijgen in Engeland, maar 2014 moet hem naar een hoger niveau gaan brengen en dat is met zijn huidige viermansformatie helemaal geen overmoedige wens. Een groot aantal mensen in het publiek vanavond heeft hij in ieder geval al weten te overtuigen. Bij Where Did The Love Go gaat een meisje in fluorescerende jurk tekeer op de eerste rij: "I love you, I love you, I loooove you!" Ze is helemaal de weg kwijt en enorm afleidend voor zowel de band als de rest van het publiek. Bipolar Sunshine lost het keurig op. Hij heeft door dat ze aandacht zoekt, pakt haar hand, zingt een paar zinnen voor haar en laat haar daarna gekalmeerd achter. Iedereen blij, dan kan iedereen van deze bijzondere nieuwe act genieten. (chris walraven)

Dirty Fences
Hotel Vegas

Hoe belangrijk context is, blijkt maar weer eens als je een willekeurige band bekijkt in Hotel Vegas, een waar paradijs voor garagerock en psychedelic. De venue bestaat uit twee donkere kroegjes met lage plafonds en een dubbel podium in de sfeervolle tuin. Deze plek ademt rock 'n roll. Hoe zou Dirty Fences, uit Brooklyn, het doen op een Hollands nieuwbouwpodium in pak hem beet Utrecht of Tilburg? Hier is het kwartet in elk geval een echte sensatie. Het publiek staat pal op het podium, en de voorste rij wordt regelmatig over de monitors heen geduwd door de mensen er achter. De mannen op het podium hebben scheve bekken, goede snorretjes en lang haar, gejat uit dezelfde tijd als de muziek: de 70s, ergens voor de punk losbarstte, maar wel al in die richting. Rauw en elementair, maar ook technisch goed en met nu en dan een vlammende solo. Heerlijke set van een band waar je spontaan dronken van wilt worden. (Atze de Vrieze)