LGW14: Fuzzland: alle ogen gericht op Curtis Harding

Maar er is natuurlijk veel meer te zien

Atze de Vrieze en Tim van der Steen ,

Twee jaar na Fuzzbox keert Le Guess Who? terug naar de garagerock. Fuzzbox, Fuzzland, het is in feite een andere naam voor hetzelfde. Dit keer strekt het zich uit over twee dagen en meerdere locaties. Al ontstaat op de zaterdagavond direct een potentieel probleem: garagesoulzanger Curtis Harding scoorde ineens een 3FM Megahit en lijkt veel te groot voor de EKKO. Gelukkig is dan uitwijken naar Moira of ACU ook nog een optie. Enfin: in fuzz we trust!

EKKO is dus het centrum van Fuzzland. Niet dankzij de sympathieke Uruguayaan Juan Wauters en de vier Madrileense meisjes van Deers, die hier enkel staan omdat ze vier Madrileense meisjes zijn. Nee, het gaat om het gouden trio van de avond: eerst Benjamin Booker, dan Curtis Harding, en tot slot King Tuff. 
 
Laten we beginnen bij Benjamin Booker, een Afro-Amerikaan die deze zomer debuteerde met een heel aardige plaat op Rough Trade. Het is maar een klein mannetje, maar Booker heeft een hoop power in zich. Zijn set begint vlammend. De zanger staat met licht gebogen rug, op zijn tenen, de ogen dicht, en de vlammen spatten er vanaf. Booker is hier als trio, en zijn geluid is super compact. Halverwege ruilt de bassist zijn instrument in voor een viool, en dan zitten we ineens midden in de delta blues en gospel. Een plichtmatig intermezzo? Toch niet, het plaatst deze set in een andere context, en ineens hoor je in al die andere, jakkerig gespeelde songs ook de zwarte ziel. Tegen het einde speelt Booker zijn single 'Violent Shiver', toch zeker top 5 garagerock van het jaar. De jongens vooraan weten dat overduidelijk. Deze man legt Curtis Harding het vuur aan de schenen.
 
Hij zal het vast niet als een competitie zien, maar gretig is Curtis Harding wel. Zo gretig dat hij domweg twintig minuten te vroeg begint. Dat is echt niet de bedoeling, blijkt wel als na het eerste nummer de stage manager zich meldt bij gitarist Danny Lee. Kort overleg volgt, en na enig schouderophalen besluit de band dan maar door te spelen. Het is uiteindelijk een zegen voor Le Guess Who? De set van Harding is degelijk tot goed: de soulliedjes van zijn debuutalbum Soul Power worden net wat rauwer gespeeld dan ze in de studio vast gelegd werden, en dat is goed. Het is ook een beetje uit nood geboren, aangezien de gitarist van de band aan de grens achtergebleven is (morgen in Paradiso is hij er weer bij). De bassist schoof door naar de gitaar, de toetsenist speelt met links de baspartijen. Je kunt horen dat ze inmiddels twee shows hebben geoefend, maar het blijft een beetje gemankeerd. Sterke nummers 'Next Time' en 'Castaways' stijgen in elk geval niet echt boven hun studioversies uit.
 
En toch komt het uiteindelijk helemaal goed. Single 'Keep On Shining' blijft wel fier overeind, en dan wordt het ECHT goed. We krijgen eerst een bonusliedje: een nummer van Night Sun, de band van Curtis en Danny met Cole Alexander van The Black Lips. Het is zomaar een hoogtepunt in de set. Als Harding vervolgens zijn spullen begint in te pakken, stapt boeker Jacco van Lanen hoogstpersoonlijk het podium op om hem in te fluisteren dat hij het momentum maar beter even kan pakken. Er volgen nog twee extra nummers, en het wordt alleen maar beter. Het lijkt wel of na het afwerken van de set de druk een beetje weg is en de zanger gewoon weer gaat spelen. Het is speelser, energieker, gewoon beter. Laat het vooral elke keer zo rommelig gaan, zou je zeggen. 
Dik een uur later is EKKO opnieuw helemaal vol, voor King Tuff. Of Tuffy, schijnt ie nog liever te horen. Tuffy is een lekker stevig aangezette Amerikaan met lang haar dat onder een petje vandaan kriebelt, en een stevig duivelse pretoogjes. Hij draagt een ouderwets spijkerjack met van die opgenaaide logootjes. Ontzettend hardrock natuurlijk, en daar is Tuff dan ook wel van. Hij is de bad boy rocker van de avond, met stevig rockende songs. Niemand trapt het fuzzpedaal zo grof in als hij, en uit zijn power-riffs laat hij nu en dan echt heerlijke wah wah gitaarsolo’s voortvloeien. King Tuff’s muziek is rauw en direct, maar zit ook vol knipogen. 'Black Moon Spell' - het titelnummer van zijn nieuwe plaat en de opener van de set - heeft een glamrock-feel, en even later staat Tuff zowaar met zijn heupen te wiegen. Hij combineert striphelden met voodoorituelen, twee losse componenten die allebei draaien om het oproepen van superkrachten. En die komen los, in elk geval bij het publiek, dat er een wilde, woeste bende van maakt.
 
King Tuff is de perfecte apotheose van de sterke avond in EKKO. Anderhalf jaar geleden hadden ze nog de ondankbare taak om aan te treden na Thee Oh Sees in de Helling. Daar heeft de band geen goede herinneringen aan overgehouden. Zoals zanger King Tuff vanmiddag zei: ‘you don’t want to play after those guys, there’s just too much energy’. Nu werkte de volgorde heel goed. Benjamin Booker heel straf en direct, Harding de man met de liedjes, King Tuff krijgt de moshpit jackpot. 
Maar er is meer, veel meer. Fuzzland heeft haar kolonieën vanavond in Moira en ACU. Yonatan Gat trapt af in het piepkleine ACU zaaltje, het is het solo-project van de gitarist uit Tel Aviv. De instrumenten staan op de grond, direct tussen het publiek, in plaats van op het podium. In het pikkedonker start de drummer zijn neurotische grooves, Gat bespeelt een triangel met een zaklamp. Een voor een zetten de drie muzikanten een schemerlampje aan om zichzelf te belichten en leveren een aardig potje psychedelische improvisatiejazz op hoog tempo met oosterse invloeden in de gitaarlijnen van Gat.

 

The Coathangers, alsof je rebelse zusje gisteren een punkbandje is begonnen.
Drie dames met tatoeages en zwart haar op het podium in gematchte outfits, notabene met hun eigen bandshirtjes aan. Het begon als een grap voor een feestje, mensen vonden het leuk dus gingen de dames er maar mee door. Als het volume op 10 staat, valt het iets minder op dat de dames echt niet kunnen spelen. Bij de stukken met rustig gepingel stoort het. Tel daarbij op het kinderlijke stemmetje van de zangeres/gitariste. De drumster is een heuse verschijning vol tattoos en een doorleefde stem die doet denken aan Guano Apes in de ruige stukken. Vandaag is ze nog jarig ook. 'Let's play a game called guess my age,' ze zegt 36 te zijn. Dat zie je er niet aan af. The Coathangers zijn inmiddels acht jaar bezig. Dat hoor je er niet aan af en misschien is het tijd om iets anders te gaan doen.

Gelukkig is daar de garagerockabilly van The Intelligence. 'Can I get some reverb, I sound like Elvis in my head,' zegt zanger Lars Finberg. Dat kan zeker, we zijn op Fuzzland. De zang neigt naar gesproken woord, en klinkt wat als Alex Turner van Arctic Monkeys. De ritmesectie is hyper en krijgt extra kleur met een surfgitaartje.

Dan is er Liquor Store. 'Who needs romance, when you've got a hand?' knalt 'Vodka Beach' de zaal in, die inmiddels voelt als een louche saloon. Liquor Store 'from New Jersey in the US of A' is ongenuanceerd, vuig en rock n' roll. Vooral die gitarist met zijn snor, gouden kettingen en kwaaie kop passen perfect. Hij maakt het af door geregeld van zich af te roggelen. Het zijn prachtige karakters op het podium, de mix van classic- en garagerock in combinatie met schunnige teksten doet het prima.

Het echte gekkenhuis krijgen we voor onze kiezen bij zZz, het Amsterdamse duo dat een soort duistere elektropunk serveert. Door wat technische mankementen beginnen zij later dan gepland, waarvoor drummer Björn Ottenheim zich meermaals verexcuseert. Hij kan er weinig aan doen, en het geeft de zaal de tijd om vol te lopen. Het is inmiddels twee uur geweest, en als de set begint is Moira afgeladen. Er gaat veel fout tijdens het optreden, en misschien maakt juist dat het vandaag fantastisch. Na 'House Of Sin' en 'Ecstasy' ontstaat een wilde pit, iemand valt vol over de monitor van toetsenist Daan Schinkel heen. Ook zijn keyboards worden van hun plek geramd maar de mannen spelen door, achterin heeft waarschijnlijk niemand het gezien. Halverwege de duistere set gaat plotsklaps de zaalverlichting aan, het geeft een vervreemdend gevoel. Als de lichten weer uit zijn, gaan we weer op volle kracht vooruit. Voor zZz zelf was het waarschijnlijk niet het beste optreden, maar voor Moira viel alles op zijn plek.