#ESNS14: Milky Chance ondersteboven van publieksreactie

Gillende meisjes slepen zanger door de show heen

Tekst: Sjoerd Huismans, foto's: André Eggens ,

Wie in aanloop naar Eurosonic de Spotify-playlist eens doorging, liep het risico zich het schompes te schrikken. Wat is dat voor uiterst catchy liedje onder die verschrikkelijk valse zang en goedkope synthesizer? Het bleek ‘Stolen Dance’ van een artiest genaamd ‘Tribute to Milky Chance’ te zijn. Deze was in de afspeellijst terechtgekomen omdat de originele versie van het nummer nog niet op Spotify stond. Dat de verlegen zanger van de echte Milky Chance zijn rauwe stem een stuk beter aanwendt, staat vast. Alleen een show van een uur gaat nog niet helemaal soepel. Gelukkig gaat het publiek helemaal uit zijn dak.

HET CONCERT
Milky Chance, Eurosonic 2014, Vera, woensdag 15 januari 2014

DE ACT
Duits duo – een zanger/gitarist en een producer/dj - dat ultrahippe popfolk met elektronische beats maakt. Natuurlijk is er de hit ‘Stolen Dance’, maar ook andere tracks op het album Sadnecesarry hebben hitpotentie, luister bijvoorbeeld eens naar het upbeat, reggae-achtige ‘Flashed Junk Mind’. Dat album kwam op een piepklein label uit, en in de VS wordt Milky Chance vooral opgepikt door de muziekblogs. Typisch zo’n artiest die het hele muzieklandschap kan verbroederen dus: mellow genoeg voor blowende rasta’s en catchy genoeg voor filerijdende yuppies met de radio aan.
 
HET NUMMER
Tja, het nummer van de avond is uiteraard ‘Stolen Dance’. Het is duidelijk de beste song van de band. De meisjes vooraan hebben er op gewacht en gillen als het herkenbare intro wordt ingezet. Het is dan ook een ontzettend goed liedje; vooral door die aanstekelijke uithaal in het refrein: And I want you / We can bring it on the floor… ‘Stolen Dance’ was al een van de meest ‘geshazamde’ nummer van Duitsland en stond wekenlang op 1 in de charts. De programmeur van de Melkweg draaide het eens en heeft nog nooit zo veel mensen bij zijn DJ booth gezien die kwamen vragen wat hij draaide.
 
HET MOMENT
Frontman Clemens Rehbein is duidelijk wat van slag door de uitbundige publieksreactie. De band is de laatste op het programma vanavond en heeft dus carte blanche om de show te laten uitlopen. Dat doen ze dan ook; uiteindelijk met liefst een half uur. Milky Chance treedt twee keer zo lang op als oorspronkelijk gepland. Na elk nummer overleggen de twee wat ze dan nu weer gaan spelen. Niet elk nummer zit er nog even lekker in. Tot drie keer toe verprutst Rehbein het intro van ‘Down By The River’. De gillende meisjes vooraan vergeven het hem; elke keer juichen ze harder. Tot het uiteindelijk lukt.
 
HET PUBLIEK
Het is ongekend wat een ingrijpende geslachtsverandering het publiek heeft ondergaan in een half uur tijd. Stonden er bij Royal Blood nog vrijwel uitsluitend headbangende mannen, als Milky Chance aantreedt zijn zij vervangen door uitbundig dansende hipstermeisjes. Tussen de nummers door mompelt de verlegen Rehbein wat onverstaanbare dingen in de microfoon, die desondanks met luid gegil begroet worden. Zelfs Vera-programmeur Peter Weening loopt nog even het podium op om Rehbein een hart onder de riem te steken. Het voornaamste resultaat is dat die laatste zich kapot schrikt. Als je al zo’n buzz hebt weten te creëren, dan moet zo’n showcase ook wel goedkomen.
 
HET OORDEEL
En dat gebeurt dan ook. Wat een gevoel moet dat zijn als je zo populair bent dat je een half uur langer mag spelen. Dat lang niet alles soepel gaat, nemen we dan maar voor lief. Milky Chance brengt uiterst lekker in het gehoor liggende popfolk, vooral de combinatie van gitaar met elektronische beats werkt goed. In combinatie met de raspende stem van Rehbein klinkt Milky Chance bij vlagen als een soort Alt-J met The Tallest Man on Earth op zang. Of een minder platte versie van Avicii. Helaas begint na bijna een uur op te vallen dat elke beat ongeveer hetzelfde is en elk akkoordenschema eigenlijk ook. Een show van een uur is dus nog wat te veel voor deze jonge talentvolle band, maar dat we veel meer van Milky Chance gaan horen is zeker. Laat die zomerfestivals maar komen.

DE FOTO