Anderhalf uur, staat er. Inderdaad, an-der-half uur voor Fat Freddy's Drop, de Nieuwzeelandse heren die de grote nieuwe Westertent mogen openen op Pitch 2013. Geen enkele liveact op het festival staat zo lang geprogrammeerd. De reden voor deze uitzondering? Ongetwijfeld de mogelijkheid om loom binnen te druppelen bij de prima reggae, soul en zelfs techno en house die de band ten gehore brengt. In de tien jaar dat Fat Freddy's Drop bezig is, brachten ze drie albums uit (plus twee liveplaten) én schopten ze het naar verluidt tot de allerbest verkopende artiest van het eigen land óóit.
Inderdaad blijkt Fat Freddy's Drop een alleraardigste opener voor de grote nieuwe tent. Voor een reggaeband uitzonderlijk hebben ze geen loom groovende bassist of laidback drummer, maar baslijnen uit een synth en een heuse drumcomputer. Wél hebben ze een solide blazerssectie, van die typische backbeatgitaren en af en toe een harmonicasolo, rap en veel soulvolle vocalen. Voilà, daar heeft u uw cross-over tussen een liveact en dance. Denk overigens niet dat die al te vooruitstrevend is bij deze band: met de computer worden af en toe echte drums gesimuleerd, en tsjongejonge wat klinken die bekkens nep. Maar ook wanneer de act meer die technokant op gaat overstijgen de beats soms niet het niveau van de Fruityloops-experimenten van je buurjongen.
#Pitch: Django Django krijgt Pitch op de grond
Fat Freddy's Drop is beregezellige opener van het hoofdpodium
Pitch 2013 is los en op het hoofdpodium troffen wij achtereenvolgens het verwelkomende reggae-techno-feestje van Fat Freddy's Drop en de razend slimme, dansbare artpop van Django Django. En jawel, Django Django krijgt de nieuwe Westertent al op de grond met een sterke set, die alleen een tikkeltje te lang is.
Is dat erg? Nee joh, een wereldschokkende show moet je niet verwachten, maar dit is er wél eentje waar al vroeg het dak eraf gaat. De trombonist staat in 'n kort wit (onder?)broekje te spelen en heeft een gezellig glimmende turquoise blouse over zijn grote buik hangen. Hij is de jongste niet meer, maar blijft de clown én publieksmenner van het stel. En dat publiek, dat eet uit de hand van deze Nieuwzeelanders en vraagt zelfs om een (overigens halfbakken) toegift.
Django Django golft over Pitch heen
Een stuk spannender is de show van het Britse Django Django, waar het tempo al veel hoger ligt. Met hun speelse en razendslimme artpop-debuutalbum gooiden ze begin vorig jaar al hoge ogen en speelden ze drie keer de wereld rond, en dat merk je vandaag. Django Django is een uitstekende liveband geworden: ze bouwen hun liedjes goed uit met samba-breaks, een snufje krautrock en zelfs klapperende kokosnoten en andere vernuftige percussiepartijen. Bovendien zijn ze sinds Motel Mozaïque en Lowlands 2012 aardig gegroeid in podiumpersoonlijkheid: de frontman kwettert droogkomisch dat de 'people of Amsterdaaaaaaam' vooral mee de lucht in moeten schieten. En zijn jullie 'readyyyyy' voor de machtige kokosnoten van Django Django? Ja, dat werkt aanstekelijk.
Toppunten van de set zijn natúúrlijk dat megacatchy hitje Default, het al vroeg in de set verpakte Waveforms dat extra lang wordt uitgebouwd én de (spontane?) sitdown in WOR. En toch heeft Django Django met slechts een debuutalbum op zak net niet genoeg sterk materiaal om een uur lang te boeien. De herrie die de band tussen de songs door maakt haalt de vaart uit de show, lijkt soms niet meer dan opvulling en mist aan impact. Bovendien worden we, anderhalfjaar na verschijnen van het debuutalbum, op geen enkel nieuw liedje getrakteerd en dat is een wat matige score. Laat Django Django als de donder weer de studio induiken mét de energie van de liveshows, dan kunnen ze over een jaartje of twee de festivals nog veel verder op de grond krijgen.