#BKS13: Puberaal rammen met Skaters

Newyorkse schoffies hebben meer oog voor bier dan publiek

Tekst: Paul Bijkerk, Foto's: Connor Clerx ,

In de keiharde regen proberen kleine groepen mensen te schuilen in de tent van Stage 3. Wanneer de bui langzaam lijkt te verdwijnen, blijken mensen niet overtuigd door de snoeiharde punk van de schoffies van Skaters. Vanavond plus rammen ze er op standje +2 een gigasnelle en harde set doorheen. Met invloeden vanuit de jaren 70- en 80 punk spelen ze een vluchtig afgeraffelde show.

MUZIEK:
Het Newyorkse punktrio heeft de coördinatie niet om op een skateboard te staan, de naam doet ze enkel denken aan hun jeugd, die zich wel in het skaterswereldje afspeelde. De bandleden hebben al in andere muzikale projecten gezeten: zanger Michael Ian Cummins en drummer Noah Rubin speelden voorheen samen in The Dead Trees en gitarist Joshua Hubbad speelde eerder in Dirty Pretty Things. Ze worden geïnspireerd door melodische punkbands uit de jaren 70 en 80 zoals The Ramones, The Clash en The Pixies. Vorig jaar brachten ze de eerste EP 'Schemers' uit, in Engeland speelden ze al meerdere uitverkochte shows. 

PLUS:
Vandaag staan ze met zijn vijven op het podium. De frontman Cummins lijkt heeft met zijn kisten ook uiterlijk voor de punk te hebben gekozen en laat zich compleet gaan. Tussen de nummers door wordt ineens het nummer Don't Stop Believin' (Midnight Train) van Journey ingestart, de bandleden lijken dit moment nodig te vinden om even samen te proosten en in een teug de blikken bier te verorberen. 

MIN:
Met amper zes liedjes, die er in een tijdbestek van 25 minuten doorheen geramd wiorden, is het wat kort en zeer rommelig voor een festival. Met enkel een EP en een paar singles op zak is het daarom misschien eerder iets voor een showcasefestival. Tussen de bedrijven door wordt er flink Canadian style bier gedronken (gat onderin het blik perforeren en aan de mond opentrekken om in een teug leeg te drinken). Frontzanger Cummins oogt al goed beschonken, waardoor hij een soort misplaatste Liam Gallagher-nonchalance over zich heen krijgt met een zeer norse blik. Verder is de drummer niet scherp vandaag; naast de drumcomputers die hij ook bestuurt lijkt hij wat houterig het ritme aan te houden. De gitaarriffs rammelen hier en daar nog, wat misschien niet geeft bij een punkband. Erger is dat het vierde nummer halverwege door wordt stilgelegd om even in een onderonsje een meningsverschil over de muzikale keuzes met de bandleden uit te praten. Een conversatie die lachend als een boer met kiespijn afsluit.

CONCLUSIE:
De jongens lijken de show totaal niet serieus te nemen. De band straalt vooral puberale nonchalance uit. Uitgedaagd door deze hard rammende punk wordt door een klein clubje bezoekes tijdens het laatste nummer toch nog een moshpit gevormd. De band leek meer oog te hebben voor snelheid dan voor detail. Daarbij hadden ze nog meer oog voor het bier en dan is de optelsom snel gemaakt.  

CIJFER:
4