3voor12 bespreekt Album van de Week (16): Kurt Vile

Een roes die nog veel langer mag duren dan de 70 minuten die ervoor staan

Timo Pisart ,

Hoe kan een plaat die zó lang duurt en waar zó weinig in gebeurt, toch zo boeien? Omdat Wakin On A Pretty Daze je, zoals de titel al suggereert, in een hele prettige roes brengt die nog veel langer mag duren dan het cd-formaat toelaat. Je begrijpt, Kurt Vile scoort Album van de Week met een plaat om dagenlang op te dagdromen.

Zou Wakin On A Pretty Daze zijn ontstaan uit één lange stonede jam? Zo klinkt het wel: de meeste nummers rollen tussen de vijf en tien minuten voort zonder dat er écht wat verandert, en met de fade-outs in het gros van de songs wordt gesuggereerd dat ze eigenlijk nog véél langer doorgaan. De akkoorden (soms slechts vier per nummer) worden alsmaar doorgespeeld, de gitaarsolo's - eerder gepingel - gaan nergens echt naar toe. En Vile zelf? Die zingt stoïcijns, monotoon zelfs. En toch, toch doet Wakin On A Pretty Daze iets met je. Wakin On A Pretty Daze brengt je in een prettige roes die nog veel langer mag duren dan de 70 minuten die het album lang is.

Zoals Vile zelf zingt in Too Hard: "Take your time, so they say and that's probably the best way to be." Waarheid als een koe, en Vile neemt zijn tijd om de gouden gitaarlijntjes en stemmige melodieën op je in te laten werken - zonder ze echt op de voorgrond te laten treden, overigens. Hij heeft de tijd gehad om te oefenen: de zanger uit Philadelphia bracht al een aantal lo-fi platen uit op kleine labeltjes, waaronder het prachtige God Is Saying This To You..., de favoriet van uw scribent. In bescheiden kringen werd hij al geroemd, en in 2009 volgde een bredere doorbraak met een release op Matador. Vooral Smoke Ring For My Halo (2011) werd groots opgepikt. Het was de meest behapbare van Vile, met niet te lange liedjes die klonken als Tom Petty aan de prozac.

Fascinerend genoeg wordt Wakin On A Pretty Daze, in theorie een wat moeilijkere, namelijk veel langere plaat, zo mogelijk nog beter ontvangen. Zet hem op en je begrijpt waarom: zelden hoor je zo'n ruimtelijke gitaarplaat waar alles zo ontspannen, laidback en relaxt klinkt. Zelfs wanneer de drums opgewonden voortjakkeren, zoals in Was All Talk, worden de galmige gitaren spookachtig mooi in elkaar verweven. KV Crimes (dat niet klinkt alsof KV echt in staat zou zijn tot een misdaad) is misschien nog iets stuwender met koebel, en perfect om uren achtereen met een auto over de snelweg te cruisen.

Vaker zijn de drums laidback, of beter nog, zoals in Goldtone: niet meer dan een hobbelende percussiepartij die ook op zijn oudere lo-fi-platen niet had misstaan. Was hij knetterstoned tijdens deze jams? Je zou het bijna zeggen, maar zelf zingt hij in het slotnummer: "Sometimes when I get in my zone, you'd think I was stoned, but I never, as they say, touch the stuff. I might be adrift, but I'm still alert. Concentrate my hurt in a gold tone." Da's toch tenminste gedeeltelijk de waarheid, want Vile heeft zijn gouden toon gevonden. Dat heeft hij met Wakin On A Pretty Daze wel bewezen.