#LC12: The Walkmen krijgt eindelijk een verdiende volle zaal

Oeuvre-set van bitter naar onverzettelijk

Atze de Vrieze ,

Met je zevende album op een showcasefestival voor nieuwe bands staan, dat is nog nooit gebeurd. Maar programmeur Ben Kamsma kijkt in eerste instantie of er rek in een band zit. En dat zit er in deze groep zeker. Net toen The Walkmen met het zesde album eindelijk dreigde door te breken in Nederland, ging het mis op Crossing Border. Niet met de band zelf, die speelde geweldig. Maar omdat The National in de andere zaal te veel volk trok, stuurde de organisatie iedereen weg en stonden de Amerikanen voor een lege zaal. Op Lowlands moest The Walkmen als underdog opboksen tegen bekende namen. Vanavond op London Callling krijgen ze eindelijk de volle zaal die ze verdienen.

CONCERT
The Walkmen, London Calling, Paradiso Amsterdam, grote zaal, 3 november 2012

MUZIEK
Ook uniek: The Walkmen krijgt maar liefst anderhalf uur de tijd, en kan dus naar hartelust putten uit die vele albums. Een decennium geleden begon de groep als een Strokes-achtige sturm-und-drang-band, met single The Rat uit 2004 als bijna-doorbraak. Gaandeweg werd de muziek wat rustiger en daardoor ook subtieler en meer gelaagd. Ze ogen als volwassen mannen in hun zondagse pakken, maar belegen oudemannenmuziek maken ze absoluut niet.

PLUS
Intussen verdween helemaal niets van het vuur, zeker niet bij frontman Hamilton Leithauser. De aderen in diens keel spannen zich bij elke noot aan, als hij de microfoonstandaard naar voren buigt. Hij maakt zich er geen moment vanaf. Meteen vanaf opener Line By Line laat The Walkmen zijn ervaring en klasse zien. Het nummer begint kalm, met een tokkelende akoestische gitaar als vertrekpunt, en mondt uit in een gedreven rocksong met orgel. De man achter dat orgel, Paul Maroon, is de stille kracht van de band, vooral als hij gitaar speelt. Drummer Matt Barrick brengt soms een verrassende Motown-touch met die tamboerijn op zijn bekkens. Bij elkaar zorgen ze voor een enorme dynamiek, zowel binnen een nummer als in de set als geheel. Al vroeg in de set horen we sterke songs als Heartbreaker en Blue As Your Blood. Langs de oudjes On The Water en In The New Year trekt het richting de apotheose van de set. De nieuwe single Love Is Luck verklankt de teleurstelling over het verdwijnen van de passie waarmee de liefde zich aandient. "After the fun, after all the bubblegum. You can't deny it, the poets are wrong". Even daarvoor de titel die het oeuvre van de band samenvat: Everyone Who Pretended To Like Me Is Gone. Maar die bitterheid neemt nooit de overhand, zeker live niet. Daar ligt de power van de band, uit teleurstelling putten ze een enorme levenskracht. We Can't Be Beat, vertolkt dat gevoel vlak voor het eind uitstekend. Eerst is er de teleurstelling, dan het verbeten herhalen van de titel. En niemand in de zaal - ook de kletsers achterin niet - kan de uithaal gemist hebben waarmee de onverzettelijkheid ingeluid wordt.

MIN
Het geluid is wel erg schel, wat zich vooral wreekt bij harde nummers als Angela Surf City.

CONCLUSIE
Hoe goed de band ook speelt, dit is nog steeds niet de zegetocht waar fans al zo lang naar uitzien. De band strijdt tegen het geluid en tegen mensen die het simpelweg niet willen begrijpen. Heel goed, zo lang ze blijven knokken, worden ze alleen maar beter. The Walkmen is al een paar jaar een van de beste en meest gedreven indiebands ter wereld. En de honger blijft.

CIJFER:
9