Isbells heeft geen last van een verwachtingspatroon

“Ik zei tegen de platenbaas: bestel er maar wat minder”

Sjoerd Huismans ,

Stoalin’, de nieuwe plaat van Leuvense folkformatie Isbells, staat nu op de Luisterpaal. De langspeler staat vol met de intieme melancholische momentjes die we al kenden van het eerste album. Maar ook slaat Isbells nieuwe wegen in. Zowel in personeel - twee bandleden zijn vervangen - als in sound. Experiment en toegankelijke pop worden beiden niet geschuwd. Bewust zijn de veranderingen niet: “Er is geen masterplan”, zegt frontman Gaëtan Vandewoude. Hij noemt zijn band onvervangbaar, maar geeft toe dat Isbells nog steeds grotendeels een eenmansproject is: “Het is mijn ei, ik wil het niet delen.”

De vorige plaat van Isbells werd vergeleken met folkhelden als Nick Drake, Fleet Foxes en bovenal Bon Iver. Laatstgenoemde was bij de eerste plaat van Isbells een grote inspiratiebron, die hij nu meer los durfde te laten. Frontman Gaëtan Vandewoude: “Ik had zijn eerste cd For Emma, Forever Ago leren kennen terwijl ik zelf aan mijn plaat bezig was. Het heeft me ongelooflijk geraakt, en het proces zeker beïnvloed. Ik merkte de gelijkenissen: in timbre, het minimalisme, de harmonieën… Op de eerste plaat was ik nog aan het zoeken: Wie ben ik? Wat wil ik? Deze keer ben ik meer naar mezelf toe gegroeid als artiest. Mijn echte ik komt meer aan bod. Ik gebruik mijn eigen stem, zing niet meer krampachtig zo mooi mogelijk.”

Egocentrisch
Op het vorige album stipte Isbells grote maatschappelijke thema’s aan, zoals milieuproblematiek. Deze plaat is persoonlijker, denkt Vandewoude: “Het enige thema is eigenlijk Gaëtan Vandewoude. Niet uit zelfverheerlijking, maar blijkbaar uit noodzaak. Ik had het niet op voorhand bedacht. Als je voor een nieuwe plaat teksten maakt, ga je vragen stellen als: waar wil ik over schrijven, en waarom? Uiteindelijk ben ik terechtgekomen bij persoonlijke trauma’s, of juist kansen. Muziek is een soort zelftherapie. Het is een egocentrische plaat, al klinkt dat negatief. Bij de vorige plaat heb ik af en toe om me heen gekeken, bij deze blijkbaar niet.”

Vandewoude komt meestal met het idee voor een nummer, daarna gaat de rest van de band ermee aan de slag. “Isbells is zowel een eenmansproject als een groep. In een aantal nummers zijn de klank en de ideeën van de band op de cd gekomen. Zowel muzikaal als emotioneel zijn de anderen superbelangrijk, ik had de plaat niet zonder hen kunnen maken, al zouden ze geen noot hebben gespeeld. Maar op zich was het maken van de cd een dictatuur: het is mijn ei, dat ik niet wil delen.” Medebandlid Chantal Acda, zangeres en multi-instrumentalist: “Wij mogen het ei een beetje verwarmen.”

Meer body
Vertrouwd. Dat is hoe veel van de folkliedjes op de nieuwe plaat Stoalin’ van Isbells klinken. Maar andere nummers komen als een verrassing. De titeltrack bijvoorbeeld kent een mystieke sfeer. Andere nummers zijn juist poppy; een kant we nog niet van het doorgaans melancholische Isbells kenden. Vooral Elation valt op door lichthartigheid: My worries wilt / I'm on a high / I've never felt like this before zingt Vandewoude in de song. Hij denkt niet dat de verandering in geluid bewust is: “Elation is een ongelooflijk blij nummer, maar zeker niet minder persoonlijk dan de andere nummers. Uiten dat je blij bent, is iets wat ik een jaar geleden nog niet kon als songwriter. Maar er staan ook hardere nummers op. Er is geen masterplan: je pakt een gitaar en je speelt wat. De ene keer is het van woehoe, het andere moment: ik haat iedereen. Het ontstaat spontaan.” Acda: “Het heeft iets meer body. Gaëtan is verder gegaan dan op de vorige plaat, maar heeft dat zelf waarschijnlijk niet eens doorgehad. Ik zie het als buitenstaander.” Vandewoude: “Maar ‘experimenteler’ noem ik het niet. In het verleden heb ik met andere groepen, geheel andere muziek gemaakt dan nu met Isbells. Voor mij voelt het niet als experimenteren. Meer als spelen en creëren, met de instrumenten die voorhanden lagen. Uiteindelijk is dat hoe elk nummer vorm krijgt. Er staat bijvoorbeeld een marimba op de plaat, omdat Chantal die toevallig had. Daarnaast hadden een grote basdrum, een banjo en kwam Gianni langs met een lapsteel.”

Isbells is bezig met een uitvoerige tour door Belgie en Nederland.

Nieuwe aanwas
De bezetting van Isbells kent wat veranderingen sinds het debuutalbum. Met Nederlandse inbreng: de Helmondse Chantal Acda is nieuw bij de band. Ze verzorgt, naast achtergrondzang, een keur aan instrumenten: onder meer xylofoon, glockenspiel, melodica en percussie. Ook Gaëtans broer Cristophe Vandewoude zit tegenwoordig bij de band. De twee vervangen Naima Joris en Bart Borremans. Acda denkt niet dat het de nieuwe aanwas is die voor de verandering in sound zorgt: “Met de andere bandleden was dat waarschijnlijk ook gebeurd. Alleen op een andere manier, het zijn gewoon andere mensen.” Samen met Christophe is ze bij de band gehaald, wat goed bevalt: “Ik had ook wel wat kritiek op de oude Isbells. Ik dacht: als ik me heel stilletjes manoeuvreer binnen die groep, dan kan ik het wel aanpassen, haha.” Vandewoude: “Ik zei: doe het dan zelf! Vervolgens kwam ik niet meer van haar af. Probleempje met mensen uit Helmond, schijnt. Alle gekheid op een stokje: ik heb haar gevraagd mij uit de nood te helpen.”

Over de reden voor het vertrek van twee bandleden wil de frontman niet veel kwijt. Acda: “We zijn heel inwisselbaar voor hem, haha.” Vandewoude: “Nee, dat is het helemaal niet. Iemand is zelf gestopt, met een ander heb ik de samenwerking stopgezet. Het was tussen mij en hen. Een spijtige zaak: het zijn getalenteerde mensen, ik heb supergraag met ze gespeeld. Ik vond het heel erg, maar heb er geen spijt van. Achteraf is het juist, en kan ik slechts toejuichen wat er gebeurd is. Nu is er een nieuwe plaat met nieuwe mensen, fantastisch.” Acda vult aan: “Het is snel gegaan met de vorige plaat. Er wordt dan zoveel van je verwacht. Er ontstaan sneller frustraties en moeilijkheden dan wanneer het geleidelijk gaat. Soms sla je een andere weg in.”

‘Fucking awesome!’
Vandewoude heeft geen last van de verwachtingen van Isbells ‘moeilijke tweede’: “Dat wordt vooral ingevuld door andere mensen, ikzelf voel dat zelf niet zozeer. Ik relativeer dat verwachtingspatroon, en kijk wel wat het wordt. Zo zei ik bijvoorbeeld tegen de platenbaas: ‘Zou je niet wat minder cd’s bestellen?’ Bij het maken van de plaat had ik wel wat last van druk. Maar nu hij af is, is dat allemaal van mijn schouders gevallen.” De frontman van Isbells relativeert meer, zoals de aandacht voor de band uit het buitenland. Dat die aandacht er is, staat vast. De band vertrekt binnenkort naar China, en speelde eerder optredens in Duisland, Oostenrijk, Zwitserland en Engeland, waar de band op showcasefestival The Great Escape stond. “Ik minimaliseer dat”, zegt Vandewoude. “We zaten bij het Europese boekingskantoor Coda Agency. Via hen zijn we even in Engeland geweest, maar even snel stonden we via de achterdeur weer buiten. Degene bij Coda die ons meenam, was ontslagen. Hij werd bedankt voor zijn diensten, en wij met hem. We zijn maar een kleine garnaal.”

De zanger denkt tegenwoordig wel twee keer na voordat hij het vliegtuig in stapt: “In het verleden hebben we wel eens letterlijk voor vijf man gespeeld. Plezant, maar dat heb ik nu genoeg meegemaakt. Dan ga ik liever met mijn kinderen spelen.” Vandewoudes hoofd slaat nu eenmaal niet snel op hol: “Er kwam een enthousiaste mail van een Amerikaans label binnen. Maar ja, in Amerika zijn ze snel enthousiast. Fucking awesome, great… Wat dat letterlijk inhoudt, zullen we wel zien. Waarschijnlijk betekenen die woorden gewoon: hé, tof.”

Stoalin' verschijnt via Zeal/Konkurrent en is tijdelijk te beluisteren via de Luisterpaal.