Europese subsidie voor Textures en Go Back To The Zoo

Project ‘Small Countries, Big Music’ om bands uit kleine landen te helpen

Sjoerd Huismans ,

Textures en Go Back To The Zoo krijgen samen met vijf andere bands uit kleine Europese landen, een subsidie van bijna 200.000 euro. Deze subsidie voor het project ‘Small Countries, Big Music’ heeft als doel om de bands te helpen over de grens door te breken. Het Vlaamse managementbureau Keremos (van onder andere School is Cool en Absynthe Minded) zette het project op. Tom De Clercq van Keremos: “Kleine landen zijn benadeeld in de popmuziek.”

‘Alternatieve pop en rock wordt gedomineerd door Angelsaksische en Amerikaanse bands’ zo staat in de omschrijving van het project in een rapport van de Europese Commissie. ‘Bands uit kleinere landen hebben het veel moeilijker om door hun eigen landsgrenzen heen te breken.’ Met behulp van het project kunnen de zeven geselecteerde bands samenwerken om dit gemakkelijker te maken. Tom De Clercq: “We zijn vertrokken vanuit het idee dat kleine landen benadeeld zijn in de popmuziek: een grote hit scoren in je eigen land betekent niet dat je ook in andere landen gedraaid wordt, terwijl een Engelse band die daar een hit scoort overal wordt opgepikt.”

Een klein jaar geleden is het plan geïnitieerd, sindsdien is het gecoördineerd door Keremos. Behalve Nederland en België doen bands uit Turkije, Spanje, Oostenrijk en Frankrijk mee.” Behalve Oostenrijk zijn dat niet bepaald kleine landen, terwijl het project daar wel op gericht is. De Clercq: “Het zijn kleine landen op het gebied van muziek. Al deze landen kunnen zich daar verder in ontwikkelen. Alles draait nog steeds om het Verenigd Koninkrijk. Daar willen we dan ook zeker heen, maar we willen tevens continentaal Europa meer op de kaart zetten.”

Om dat gemakkelijker te maken wil Keremos de managementbureaus van de bands uit verschillende landen samen laten werken. “We gaan onze krachten bundelen en van elkaars netwerk gebruikmaken.” Daniel Regan, manager van Textures, zegt over het project: “Het is een groep mensen die kennis met elkaar gaat delen. De Franse en Oostenrijkse managers komen dan bij mij, zodat ik ze kan vertellen hoe de lijntjes hier lopen: hoe kom je op de radio, wie zijn hier de pluggers? Omgekeerd kan ik bij hen terecht.” De Clercq benadrukt dat de subsidie, in totaal € 197.700, volledig naar de bands gaat en niet naar de managementbureaus: “Het geld is om promotie, showcases, en buitenlandse tours van te kunnen betalen.” Regan heeft nog niet precies uitgewerkt hoe hij de 20.000 euro die Textures toebedeeld heeft gekregen, gaat besteden: “Waarschijnlijk vooral aan promotie in het buitenland. Textures is al heel actief op de buitenlandse markt, maar extra geld voor promotie is altijd welkom.”

Zakelijke samenwerking is niet het enige doel van het project. In de omschrijving van de Europese Commissie staat dat bands ook op artistiek niveau van elkaar kunnen leren, door op hetzelfde podium te staan. Maar volgens De Clercq is het zeker niet zo dat alle zeven bands samen gaan touren: “We hebben niet gekeken naar of de bands muzikaal matchen. Het is mogelijk dat sommige van de bands op hetzelfde podium staan, en dan zullen ze ook zeker samen iets gaan doen. Maar het criterium was meer dat de bands in hun eigen land op hetzelfde hoge niveau zitten.” Regan denkt niet dat Textures met de andere bands gaat spelen: “Qua genre wordt het moeilijk. Textures is de enige metalband die er tussen zit. Wij hebben dus een heel ander publiek.”