"Hou je hem tegen, Terry?" De tourmanager van Peaking Lights is tegelijk babysitter. Dat moet ook wel, want net toen toonaangevende Amerikaanse blogs het tweede album 936 begonnen op te pikken, beviel Indra Dunis van een zoontje. Het vrolijke blonde mannetje dartelt nu achter Paradiso. Het is een toevallige zomerdag in een druilerige week, en de grachten zijn vol aantrekkelijke bedrijvigheid. Aaron Coyes is een grote kerel met volgetatoëerde armen en een T-shirt van het hippe undergroundblog Gorilla vs Bear. Indra Dunis is een nog langere dame, met een zonnebril en haar dat de neiging heeft voor haar gezicht te glijden. Vadertje en moedertje op tour met hun psychedelische krautdub.
''Fucked modern pop' is onze eigen interpretatie van popmuziek'
Want dat is het wat ze maken, die twee uit Los Angeles. Op het podium stopt Coyes ieder nummer een cassettebandje met een nieuwe backing track in de speler. Daarnaast staat hij aan allerlei knoppen te draaien. Dunis heeft ook heel wat samplers en keyboards voor haar neus, en ze zingt, zo net-niet-zuiver als hoort bij een underground-act als Peaking Lights. "Toen we net begonnen noemden we onze muziek 'fucked modern pop'", verklaart Dunis. "Het is onze eigen interpretatie van popmuziek. Het heeft melodie, het is catchy, maar het voelt ook gebroken."
Tot hun heel eigen geluid kwamen de twee eigenlijk tamelijk per ongeluk. Ze leerden elkaar kennen in de Bay Area, waar ze allebei al jaren in bands zaten. Dunis het meest succesvol in de band Numbers. "Op een gegeven moment wilden we een vriend opzoeken in Texas, om met zijn band op SXSW te spelen. We hadden geen geld om daar te komen, dus richtten we een band op, Peaking Lights. We boekten een tourtje en hadden precies genoeg geld om bij het eerste optreden te komen. Eten namen we mee in een koelbox, want we konden het ons niet veroorloven broodjes onderweg te kopen. Met het optreden verdienden we genoeg om naar de volgende stad te reizen. Zo ging dat. Aan het eind van de tour kwamen we in contact met Sean Reed, die aanbod onze cd-r uit te brengen."
Vintage kleding en platen verkopen in Wisconsin
Geld is niet belangrijk voor het duo, letterlijk zolang er maar genoeg is om bij de volgende stad aan te komen. Een paar jaar lang woonde het paar in Wisconsin, waar Dunis oorspronkelijk vandaan kwam. "We wilden graag ergens goedkoop wonen in een mooi huis met een studio. Ik wist dat dat kon in Wisconsin. We woonden daar in een prachtig huis met een schuur, waarin we feesten organiseerden en konden jammen wanneer we wilden. Naast de muziek hadden we daar seizoensbanen. Aaron in de landbouw, ik bij het Franklin Roosevelt Center. Probleem was dat er in de winter weinig werk was. Daarom besloten we vintage kleren en platen te verkopen via internet. We hebben zelfs een echte winkel geopend daar, die uitgroeide tot een soort community center. Een kleding- en platenzaak, waar bands kwamen spelen en waar de lokale jeugd naartoe trok. Toen Miko geboren werd zijn we terug verhuisd naar Los Angeles. De winkel bestaat nog, we hebben hem verkocht aan een vriend."
Die losse, open geest - zeg maar gerust hippie - vertaalt zich ook in de muziek. "We houden van allerlei soorten muziek, van reggae, psychedelische muziek, krautrock, Afrikaanse muziek, latin jazz, funk, punk. Alles komt samen, en we interpreteren het op onze eigen manier. Ik ben al jaren een platenverzamelaar en heb een tijd in een platenzaak gewerkt. Ook dat heeft invloed. Alles beïnvloedt elkaar, dat is goed. Waar zouden hiphop en Detroit techno zijn zonder Kraftwerk?" "Aaron zei op een dag tegen me: kun je een reggae-beat spelen op de drums? Ehm, nee, dat kan ik niet. Ik heb die achtergrond niet, het is moeilijke muziek om te spelen, omdat het totaal op gevoel aan komt. Hij overtuigde me het toch te proberen, en het resultaat werd Birds Of Paradise. We zullen nooit klinken als een echte reggaeband, en dat hoeft ook niet."
'Waarom komt nooit eens iemand met een goede acid trip in het nieuws?'
Toch is het geen toeval dat van alle vormen van psychedelische muziek het duo het meest nadrukkelijk aan de haal gaat met dubreggae, de meest speelse vorm van psychedelica ooit. De oorspronkelijke dubpioniers in de jaren zeventig en tachtig maakten er haast een spelletje van de snaredrums alle kanten op te laten schieten in het geluidsspectrum, om de bas intenser en dieper te maken dan hij al was. "Dat speelse, dat vinden we mooi", zegt Coyes. "Onze muziek hoeft niet zwaar te klinken, hooguit de bas. We focussen bewust op positiviteit, zonder alleen maar zonnige thema's te willen aansnijden. Zo zijn er dissonante klanken te horen, maar ook mooie melodieën. Ik denk altijd aan een verhaal van comedian Bill Hicks. Die zei: waarom komt er nooit eens een jongen met een goede acid trip in het nieuws? Iemand die lsd geslikt heeft en daardoor het licht heeft gezien en alles positief ziet. Nee hoor, het komt alleen in het nieuws als iemand een pil geslikt heeft en zichzelf in brand gestoken of van een flat geworpen heeft. Waarom zit er altijd zoveel drama in popmuziek?"
Met die filosofie speelde Peaking Lights dus inmiddels drie albums vol. Tweede album 936 werd opnieuw uitgebracht door het toonaangevende Domino-label, net als opvolger Lucifer. Aan de muzikale koers is niet heel veel veranderd. Tracks als LO HI en Cosmic Trades hebben dezelfde trippy sfeer als voorheen ("low…. high", knipoogt Dunis in LO HI). En toch zal het er nu in huize Peaking Lights heel anders aan toe gaan dan een paar jaar geleden. Dat is nu al te horen op het album. Het tweede nummer van de plaat heet Beautiful Son, en die zoon is zelfs letterlijk te horen in LO HI. Dunis: "We kunnen niet meer eindeloos jammen, zoals we dat vroeger deden. Toen Miko nog klein was nam ik hem wel eens in een draagdoek op mijn borst mee naar de studio, dan konden we wel zachtjes repeteren, met koptelefoons op. Nu kan dat niet meer, nu wil hij meedoen. Ach, erg praktisch is het niet, maar dat geeft niet. We zien wel hoe het loopt. Muziek zullen we hoe dan ook altijd blijven maken."
Lucifer van Peaking Lights verschijnt bij Domino/V2. De band keert terug naar Nederland voor Lowlands.
Peaking Lights maakt "fucked modern pop music"
"Waarom zit er altijd zoveel drama in de popmuziek?"
Toen Aaron Coyes en Indra Dunis erachter kwamen dat hun initialen samen het woord 'acid' vormden, wisten ze genoeg. Een maand na hun eerste date tatoeëerden ze elkaars naam eigenhandig bij elkaar op de borst. Het was anders, beter. Een band moesten ze toen nog vormen. Ze twijfelden tussen Clairvoyant en Peaking Lights. Het werd het laatste, terwijl het eerste de titel werd van hun eerste cd-r. Geleid door het toeval was het wonderlijke echtpaar gisteren in Amsterdam, met hun derde album Lucifer op zak.