Liars verbrandt opnieuw alle schepen

“Popdogma’s worden zwaar onderschat in de kunstwereld”

Erik Zwennes ,

Liars is de favoriete band van veel muzikanten. Misschien wel omdat ze doen wat andere bands stiekem zouden willen, of zouden willen durven: bij elke plaat weer de schepen verbranden en volledig vanaf nul beginnen aan een nieuw project. Het zal ze nooit wereldfaam en volle zalen opleveren, maar een slechte plaat heeft het ook nog nooit opgeleverd.

WIXIW, het zesde studioalbum van de Amerikanen, is wederom een enorm spannende plaat geworden. Ditmaal zonder de klassieke instrumenten en veelal gebaseerd op sonische experimenten en daaruitvolgende samples. Hebben we het nu over een vrij onmogelijk Philip Glass project? Nee, Liars maakt in de basis gewoon popmuziek en ook op WIXIW staan weer een aantal scherpe liedjes-liedjes. Voorman Angus Andrew, van oorsprong Australiër, praat graag over de muziek. “Wij zijn geen muzikanten die demo’s aan vrienden en relaties laten horen, dus dit is de eerste mogelijkheid om andere interpretaties te horen.” Een gesprek over creatie, popmuziek en beeldtaal.

Hadden jullie een compleet leeg canvas bij de start van de opnames, of was er van tevoren een duidelijk artistiek idee waar het heen moest?
“Met de vorige twee platen (Liars, 2007 | Sisterworld, 2010) heb ik me echt gestort op puur songschrijven. Met het idee: als ik in een band zit, kan ik maar beter eens leren ‘echte liedjes’ te schrijven, met een kop en staart. Nu wilde ik dat weer loslaten en me richten op wat mij het meest boeit aan muziek: interessante geluiden en muzikale stemmingen in plaats van refreintjes en coupletten.”

Is er bij jullie de mogelijkheid dat je zo’n proces in gaat en niet met een album ‘naar buiten komt’?
“Absoluut. Falen kan soms juist betekenen dat je op de juiste weg zit, dan wordt het pas echt interessant. Voor deze plaat hebben we echt enorm veel weggegooid. Veel bands hebben een plaat eigenlijk al voor negentig procent af wanneer ze de studio in gaan. Voor ons is het edit-proces misschien wel belangrijker dan het voorwerk. Zeker voor deze plaat hebben we een enorme database aan geluid opgebouwd, waarna het echte werk pas begon. Ter voorbereiding heb ik me met Aaron (gitarist/toetsenist, red.) opgesloten in een hutje in het bos. Daar zijn we gaan aanklooien met software tot we tot het inzicht kwamen dat we helemaal niet hoeven te demoën, maar gelijk to the point konden komen. Dat neemt een flinke barrière in het proces weg.”

Wat maakt jullie drie zo’n creatieve groep, waarom werkt het al die jaren al zo goed?
“Het scheelt dat we nooit klassieke rollen hebben gehad. Het is niet zo dat ik alleen de zanger ben, dat Aaron enkel zijn gitaar pakt en Julian drumt. Ik kan echt weken bezig zijn met drumpartijen en de klank van drums op de plaat. Als je elkaar die ruimte geeft, blijft het lang interessant.”

Lijken jullie op elkaar?
“We hebben sterk verschillende persoonlijkheden, maar delen dezelfde doelen. Ik verbaas me er vaak over dat we ondanks onze verschillen wel op één lijn weten te komen binnen het proces. Het is nooit zo dat één van ons een black metal plaat wil maken en de ander helemaal in de jazz zit.”

Jullie hebben eigenlijk altijd gelaveerd tussen audiokunst en popmuziek, is het zo logisch dat sonische experimenten bij jullie eindigen in een liedje? Waarom toch die popdogma’s aanhangen?
“Deels zou je iets wel eens gewoon een sonisch landschap willen laten zonder er een structuur in aan te brengen. Maar ik denk toch dat we die structuur aanbrengen net wat spannender vinden. Dat het toch wat gemakzuchtig zou zijn om het bij sound te laten. Popdogma’s worden zwaar onderschat in de kunstwereld. Daarnaast zul je ‘liedjes’ bij ons vaak ook tussen haakjes moeten zetten. Maar het is waar: wij houden van ‘luisterbare muziek’, wederom tussen aanhalingstekens. Wij houden net zo veel van Throbbing Gristle als van Britney Spears. De techniek maakt zoveel muziek toegankelijk, je moet wel heel hard je best doen, willen al die benaderingen van muziek je niet inspireren. We hebben genoten van al het experimenteren; compleet losgaan in sonische onzin. De truc is uiteindelijk om de samenhang die je in je hoofd hebt, ook duidelijk te krijgen voor de luisteraar. Leuk dat het voor ons één geheel is, als de luisteraar geen touw kan vastknopen aan WIXIW dan is de missie gewoon mislukt.”

Qua beeldtaal is Liars meestal vrij donker, sommige zullen het macaber en sadistisch noemen, waar komt dit vandaan?
“Je zou kunnen zeggen dat we niet de meest vrolijke onbezorgde mensen zijn. Dat komt terug in de muziek, al forceren we dat niet. Deze plaat is qua sfeer een stuk lichter, maar in beeld komen we toch weer terug in de herkenbare thema’s. Dat heeft ook te maken met de visie van een regisseur. Wij kiezen iemand, maar geven die persoon wel de ruimte. De video voor No.1 Against the Rush ontstaat dan, dan ga je ook niet dwarsliggen. Ik vind hem trouwens te gek geworden, maar het is dus iemand anders zijn interpretatie, niet de onze.”

Met elk album gooien jullie, in zekere zin, het oude gereedschap en het oude geluid weg. Daarmee verlies je onderweg vast en zeker ook liefhebbers. Hoe bouw je zo’n fanbase opnieuw op?
“Het is overduidelijk niet de meest verstandige marketingstrategie, dat is een feit. En in zeker zin bewonder ik muzikanten die gewoon met z’n vieren in een oefenruimte ieder hun eigen instrument bespelen, zodat de fanbase ook weet wat te verwachten. En dat zeg ik zonder enig cynisme. Alleen wij kunnen dat gewoon niet, of in ieder geval niet jarenlang interessant houden. Wij moeten zo werken om zelf ook geinspireerd te blijven. Maar je hebt gelijk: mensen zullen het ene album tof vinden en wellicht niets kunnen met het volgende. Dat is de prijs die we betalen.”


Vanavond speelt Liars exclusief in Tivoli de Helling te Utrecht met als voorprogramma garagerockheld Mikal Cronin. Beluister WIXIW nog enkele dagen op de Luisterpaal.