Motel Mozaique: Soap&Skin gooit de laptop op de vleugel

Gitzwart klassiek met elektronica, paukenslagen en strijkers als grootse Weense opera

Ingmar Griffioen ,

Het publiek in de Schouwburg waant zich aanvankelijk in de opera: een groots bombastisch intro met aanzwellende klassieke muziek, inclusief beats als paukenslagen en een spookachtige, beklemmende ambiance, die pas onderbroken wordt als Anja Plaschg in zwart gewaad in de enige lichtbundel stapt en lang en klaaglijk uithaalt. Het is de voorbode van een fascinerende, bij vlagen gitzwarte show vol uitersten.

CONCERT
Soap & Skin, Motel Mozaique, Rotterdamse Schouwburg Grote Zaak, vrijdag 20 april 2012

MUZIEK
Modern klassiek, elektronica en beats tot bijna opera van Anja Franziska Plaschg. Een intrigerende, bijzonder getalenteerde en getormenteerde 21-jarige Oostenrijkse. Ze stond als pianiste en violiste al lang als wonderkind te boek en verbaasde als 18-jarige in 2009 met debuut-cd Lovetune For Vacuum, waarop ze razendknap klassieke pianopartijen met duistere elektronica verbond. Sindsdien geldt de Weense als grote Europese belofte. Vandaag heeft ze een zevenkoppig ensemble meegenomen. De set wordt netjes verdeeld tussen nummers van het debuutalbum en het dit jaar verschenen mini-album Narrow. 

PLUS
Ze opent zeer klassiek: Plaschg zit achter de vleugel, maar dan wel met de laptop er bovenop. Het licht is zeer minimaal; de vijf strijkers en twee blazers komen alleen in de schijnwerpers als ze een taak hebben. Muzikaal voegt ze aan de klassieke en minimal music composities à la Philip Glass onder meer zware elektronische beats en stemsamples toe tot bombastische opera-proporties. De halfvolle Schouwburg slaat het geboeid gade. De Weense fascineert, maar is moeilijk te doorgronden. Plots staat ze op, dwarrelt over het podium, draait haar rug naar de zaal, hurkt vooraan en drinkt een flesje water. Als het nummer met een grote slag eindigt, loopt ze weer terug. De volgende song herbergt veel bombast met zwaar strijkwerk, een olifantentrom, een oude house sample en een finale die blijft aanzwellen tot ze zich krijsend van haar kruk laat vallen. Het ingetogen liedje Vater, geschreven voor haar onverwacht overleden vader, is de enige compositie in haar moedertaal en maakt veel indruk. Voyage Voyage, een van de weinige Franse songs en een cover van Desireless uit 1986, zet ze volledig naar haar hand in een opvallend toegankelijke, chanson-achtige versie.

MIN
Heel toegankelijk is het verder allemaal niet en heel zichtbaar evenmin met die spaarzame verlichting. Het dreigt soms wat richting een groteske Within Temptation met het Metropole Orkest ervaring te gaan, maar de variatie voorkomt dat.

CONCLUSIE
Plaschg draagt het grootste deel van de show zelf, ook visueel en dat ze dat kan op deze leeftijd is alleen al een compliment waard. Ze zingt meestal in het Engels, een beetje als Björk. Ze krijst, ze speelt piano en elektronica en dirigeert. In de twee slotnummers komt het tot een grootse finale, waarin ze als een bezetene dirigeert en zich, dan voor het eerst, pal vooraan op het podium, tot het publiek richt: helemaal alleen in een bonte lappenjurk, ondersteund door stem- en horrorsamples, stroboscoop en iets wat een eendenlokfluitje kan zijn, toont ze zich voor het eerst in vol ornaat. Ze laat zich helemaal gaan als een Phantom of the Opera en gaat onder een zware drone en luid applaus af. Anja Plaschg is een onmiskenbaar talent, dat wellicht gebaat is bij wat meer keuzes. Maar het valt te bezien of ze zich laat temmen tot iets dat beter behapbaar en minder wild en onnavolgbaar is.

CIJFER
8-