Kurt Vile & The Violators zonder concessies het lekkerst

Bitch slap op beide wangen... en een zoen

Tekst Erik Zwennes, Foto's Nick Helderman ,

Kurt Vile en zijn langharige tuig komen Vlieland onveilig maken. Dat gebeurt opvallend vriendelijk vandaag. Vile heeft het naar zijn zin. Hij durft het klein te houden om even later De Bolder te laten trillen. Wie niet terugschrikt voor wat experiment, krijgt veel van Vile.

Bitch slap op beide wangen... en een zoen

Kurt Vile en zijn langharige tuig komen Vlieland onveilig maken. Dat gebeurt opvallend vriendelijk vandaag. Vile heeft het naar zijn zin. Hij durft het klein te houden om even later De Bolder te laten trillen. Wie niet terugschrikt voor wat experiment, krijgt veel van Vile.

CONCERT
Kurt Vile & The Violators, Into The Great Wide Open, De Bolder, vrijdag 2 september 2011

MUZIEK
De oud-gitarist van The War on Drugs maakt sterke soloplaten en heeft onlangs met Smoke Ring For My Halo een toegankelijk en warm album uitgebracht. Zijn uitgesponnen heartland-rootsrock leent zich het beste om met de ogen dicht op mee te knikken. Intiem en klein, maar ook groots en meeslepend.

PLUS
“Thanks for bringing us to the island,” prototype hippie Kurt Vile heeft er zin in. Hij vult stiltes met stomme grapjes, noemt het publiek ‘sweethearts’ en begint zijn set stoer in zijn eentje. Blackberry Song speelt hij zonder effect over stem of gitaar en de break vult hij improviserend licht tokkelend in. De band komt op, maar houdt het nog steeds klein met Runner Ups. De drummer, 40+ kind van Ozzy Osbourne en Meat Loaf, toont zich een begenadigd percussionist. Een enorm rijke laag geluid wordt speels ingevuld door de twee gitaristen die licht duelleren in kleine details. Het prachtige Jesus Fever wordt eveneens improviserend naar een eerste hoogtepunt gebracht. Vanaf het vierde nummer, tourbiecht On Tour, begint Kurt Vile te spelen met zijn zang. Hij leunt zijn woorden tegen de maat, mompelt even om erna sterk te articuleren en blaft soms boos de woorden in de microfoon. Hogere jazzkunst bijna.

MIN
Dan zakt de set wat in met muzikantenliedjes waarbij de energie niet voorbij de rand van het podium komt. Met Ghost Town test de band het publiek. Kabbelend en zoekend sust het mensen in slaap om daarna met feedback en veel noise op beide wangen te bitchslappen. Vile doet nul concessies, op het arrogante af.

CONCLUSIE
Maar hij bedoelt het goed. De Amerikaan weigert simpelweg te pleasen en geeft het aandachtige publiek ook veel terug. Met hoogtepunt Freak Train bijvoorbeeld dat een boos, saxofoon-noise-beest wordt. Of het licht cynische Society Is My Friend waar de bassist de ruimte krijgt. Voor het slotnummer gaat de band weer af en speelt Vile in zijn eentje het kleine en ondeugende Tomboy. “I don’t want to change, but I don’t want to stay the same,” zingt Vile, herkenbaar. Met pretoogjes friemelt hij er nog een paar prachtige gitaarklanken uit. Hij bedankt het publiek en belooft iedereen vanavond op het strand weer te zien.

CIJFER:
8