De punkrockscene van San Francisco van eind jaren zeventig is het vertrekpunt voor de levens van de lange stoet personages in de bekroonde roman Bezoek van de Knokploeg van Jennifer Egan. Egan staat vrijdag 18 november op Crossing Border in Den Haag.
‘Ik ben opgegroeid in die stad, in de schaduw van de sixties,’ zegt Jennifer Egan (1962), aan de telefoon vanuit Brooklyn, op de vraag waarom ze in haar fantastische vierde roman, Bezoek van de knokploeg, onder veel meer over de punkrockscene van San Francisco van eind jaren zeventig wilde schrijven. ‘Mijn vrienden en ik hadden daardoor het gevoel dat we tien jaar te laat waren geboren en “alles had gemist”. Wat voor ons daarom zo opwindend en bevrijdend was aan punkrock en de houding die daarbij hoorde, was dat die zo’n totale ontkenning was van die misplaatste nostalgie. Dit waren mensen die zeiden: “Weg met dat liefde-en-vrede-gelul! Wij zijn gewoon kwáád!” En er zijn maar weinig tieners die zich daar niet in kunnen verplaatsen… Daarom is punk ook nooit helemaal weggeweest. In New York zie ik nog steeds jongeren rondlopen met hanenkammen en veiligheidsspelden door hun oor.’
Die sfeer wilde ze oproepen. Het decor gebruiken als vertrekpunt voor de levens van de lange stoet personages die ze in haar met de Pulitzer Prize bekroonde roman beschrijft. ‘Zeker toen ik eenmaal wist dat het geheel over tijd zou gaan. Niets kan de tijd zo laten verdwijnen als een liedje dat je in je jeugd hebt gehoord. Een moment in de muziekgeschiedenis dat mensen intens met elkaar verbond kan enorm Proustiaans zijn.’
Conceptalbum
Klinkt doortimmerd. Maar eigenlijk had Egan geen idee waar ze aan begon toen ze schreef wat het eerste hoofdstuk werd. Ze schreef over Sasha, een meisje dat tijdens een afspraakje toegeeft aan haar dwangneurose en op een wc een portemonnee steelt, toen haar personage plotseling begon te vertellen over een ex-baas die goudvlokken in zijn koffie sprenkelde en pesticiden onder zijn oksels spoot. ‘Wat interessant, dacht ik. Waarom deed-ie dat?! Daar moet ik meer van weten...’
Daarmee was ex-punker en muziekproducer Bennie Salazar geboren. ‘En zo ging het verder. Telkens ving ik vanuit een ooghoek een glimp op van iemand die mijn aandacht opeiste. En na drie verhalen wilde ik niet meer ophouden.’
Een planmatige schrijfster is Egan nooit geweest. ‘Maar het was wel raar om aan iets te beginnen waarvoor ik helemaal geen voorbeelden had. Niet dat ik iets of iemand na wil doen, maar je wilt wel enig houvast hebben. En toen diende zich het voor de hand liggende model aan: het conceptalbum!’
De hoofdstukken zouden liedjes worden die op zichzelf konden staan, maar ook een overkoepelde spanningsboog hadden. Ze moesten allemaal over een ander personage gaan. En ze moesten totaal verschillend zijn in toon, vertelperspectief en vorm. ‘Vaak zijn gelinkte-verhalen-boeken nogal uniform, omdat de schrijver wil benadrukken dat ze een eenheid vormen. Maar op een album wil je ook niet dat alle songs hetzelfde klinken. Dat zou een afgrijselijke plaat worden! Die diversiteit was juist de lol ervan.’
PowerPoint
Die lol spat er inderdaad van af. In, pakweg, een celebrity profile, deels te lezen als voetnootrijke parodie op David Foster Wallace, waarin de journalist-van-dienst het te interviewen filmsterretje aanrandt; een satire rond een Amerikaanse pr-dame die het imago van een Afrikaanse dictator probeert op te vijzelen en zelfs een compleet hoofdstuk geschreven in PowerPoint.
‘Toen ik het besloot te gebruiken, wist ik nauwelijks wat PowerPoint was! Het zat niet op mijn computer, mijn laptop bleek er niet genoeg geheugen voor te hebben en bovendien schrijf ik normaal gesproken altijd met de hand. Maar een groter obstakel was dat je niet kunt zeggen: dit-en-dit is het verhaal dat ik wil vertellen, welke krankzinnige vorm zal ik daar eens bij verzinnen? De vraag is: hoe vind ik een verhaal dat op een afwijkende manier verteld móet worden. En feit is dat er niet zo heel veel verhalen schreeuwen om de kille, corporate sfeer van PowerPoint.’
Dat van een meisje dat vertelt over haar autistische broertje en diens obsessie met pauzes in popliedjes wel, bleek. ‘In een conventionele vorm was het een ramp geworden. Mierzoet en sentimenteel. Maar op deze manier kwam ik ermee weg.’
Het heeft wel iets ironisch dat een vrouw die schrijft met pen en papier volgens sommigen een roman voor de Facebook-generatie heeft geschreven, beaamt ze. ‘Maar het feit dat ik deze netwerkstructuur interessant vond, heeft ongetwijfeld alles met internet te maken. Het gevoel dat je van idee naar idee scrollt en als je ergens nieuwsgierig naar bent, je die nieuwsgierigheid meteen kunt bevredigen met meer informatie.’
Google-proza, eigenlijk, met een ouderwets literaire inborst. ‘Want uiteindelijk draait het boek om de radicale en verbijsterende veranderingen die zich in de loop van een leven kunnen voordoen. Zoals bij Scotty Hausmann. De eerste keer dat hij opduikt, is hij de zanger/gitarist in Bennie’s bandje, die het helemaal gaat maken. In een volgend verhaal is hij een eenzaam, paranoïde wrak. En op het eind heeft hij een mythische cultstatus gekregen. Ik ben dol op dat soort verschuivingen, die teruggrijpen op Proust. Die schreef al over een prostituee die een aristocrate wordt. Scotty is daar een moderne versie van.’
The Passenger
Tot slot hebben we het, onvermijdelijk bij zo’n van popmuziek doordrenkte roman, over de denkbeeldige soundtrack. ‘Ik heb er zelf eentje samengesteld die op mijn website te vinden is, al zou je er talloze kunnen maken. Maar wat er in elk geval op moet is The Passenger van Iggy Pop. Dat liedje over een voyeur, een toeschouwer in het leven, is een sleutelsong voor het boek en mijn leven. Als puber had ik al het gevoel dat ik dat was, en daar leed ik onder. Ik wilde een doener zijn. Maar nu ben ik dolblij dat ik alleen geobserveerd heb en zie ik in dat het mijn roeping was. Om te beginnen zijn veel mensen de ik destijds kende nu dood, gestorven aan drugs en aan aids. En als ik niet zo goed had gekeken, had ik me nu ook niet kunnen schrijven. Eigenlijk is het een loflied op het schrijverschap!’ lacht ze. ‘Al zal Iggy zelf daar waarschijnlijk anders over denken…’
Jennifer Egan staat vrijdag 18 november op Crossing Border in Den Haag.
Jennifer Egan: “Punk is nooit helemaal weggeweest”
“The Passenger van Iggy Pop, over een voyeur, is een sleutelsong voor mijn leven”
De punkrockscene van San Francisco van eind jaren zeventig is het vertrekpunt voor de levens van de lange stoet personages in de bekroonde roman Bezoek van de Knokploeg van Jennifer Egan. Egan staat vrijdag 18 november op Crossing Border in Den Haag.