Zo zeker als het feit dat de paus op zijn knieën gaat, zo zeker is het dat ik jaarlijks in maart in het land van de onbegrensde mogelijkheden op pad ga om uit te vinden wat hot is en wat not. Verder ben ik hier om me drie keer in de rondte te netwerken, mijn relaties met agenten en artiesten te versterken en nieuwe Best Friends Forever in mijn adressenboekje toe te voegen.
Dit jaar doe ik drie steden aan: Austin voor SXSW (South By South West), Los Angeles om te hangen met Junkie XL en Miami voor ruim vijf dagen Music Winter Conference, tegenwoordig Music Week Miami. Er is gelazer rond de data en titel van de legendarische week in Miami maar dat leg ik later nog wel eens uit.
Over Junkie XL kan ik nog weinig zeggen, daarover ook volgende week meer, maar één ding staat als een paal boven water, onze recente samenwerking beviel erg goed en gaat een vervolg krijgen. Afgelopen zomer hebben we een nummer gemaakt getiteld In The Name Of Holy Music, en we hebben besloten deze apocalyptische big-room disco hit, met de stem van horror koning Vincent Price, weg te geven aan alle lezers van dit dagboek. Je kan het nummer HIER via ons Rauwblog downloaden, gratis en voor niets.
Voor nu in ieder geval goed nieuws, de kop is er af! Ik ben in Texas en zit nu aan een eikenhouten tafel in een gehuurd huis te tiepen terwijl de zon door het raam achter me een zweetnek bezorgd. Het is al goed warm hier dus, en de temperaturen beloven alleen maar hoger en hoger te gaan worden.
Maandagavond zijn we rond middernacht, na een reis van zestien uur, via Atlanta in Austin doodop aangekomen. Het voorafgaande Rauw weekend hakte er weer behoorlijk in. De katerige zondag heb ik besteed aan wegwerken van een To-Do list waar geen einde aan kwam. Met een paar uur slaap ben ik maandagochtend op mijn tandvlees richting Schiphol gereden.
Vorige jaren had ik altijd wel wat te melden over een avontuurlijke reis en de nodige ellende bij de grens, maar helaas verliep het allemaal erg vlotjes dit keer. Opvallend waren de vele gitaren die mee aan boord gingen van Atlanta naar Austin. Maar toppunt was een staande ovatie voor militairen die aan boord kwamen. 'Respect to the men who serve our great country' klonk het door het intercomsysteem. Het drong nauwelijks tot me door hoe anders dit land toch is als Nederland, waar nationalisme op een heel andere manier hoogtij viert. Van de Amerikanen kan ik het ondertussen wel hebben, van de Nederlanders schrik ik me dood de laatste tijd.
Ik ben hier samen met een bonte bups vrienden: mijn partner in crime Sander, agent Judith van Barkers en niemand minder dan dj Wannabe A Star. De dames zijn voor het eerst in Austin en lichtelijk opgewonden: ze praten, sinds ik wakker ben, honderd uit op het hoogste volume.
Vandaag is ook guerrillamarketing guru Miel Hollander aangekomen vanuit Houston. Hij kwam aanrijden in een glimmende BMW-sportwagen met roze nummerplaten. In de achterbak lagen, naast een bescheiden tasje kleding, ook twee flessen ordinair dure champagne. Roze nummerplaten in Texas zijn absoluut NOT DONE, flessen champagne op SXSW zijn absoluut NIET in schwung en arriveren in een sportwagen is totaal de plank MISSLAAN. En daarom houden we van Miel, een beetje tegendraadsheid zijn we niet vies van.
Onze ploeg is nog niet compleet, straks komt Michiel, de manager van onder andere Junkie XL, uit Los Angeles aan en morgen komt ook de altijd hippe en vlotte Olga, de über-boekster van ID&T. Dan is de familie waar we deze week de straten van Austin mee gaan afschuimen compleet.
Ons huis hier is misschien het beste te vergelijken met een zwaar christelijke versie van Pipi Langkous' Villa Kakelbont. Er hangen overal tegeltjes met spreuken over God en quotes uit het sprookjesboek dat de bijbel genoemd wordt. Het huis staat vol met ingelijste foto's van een overgelukkige familie (té gelukkig, dus doodeng) en er hangt een gigantische Amerikaanse vlag achter glas aan de muur. Daarbij komt het feit dat alles smetteloos schoon is en alle artikelen in de keukenkasten op alfabetische volorde staan.
Alles bij elkaar opgeteld voelen we ons hier ietwat ongemakkelijk. We roken buiten, we leggen papiertjes onder onze glazen om kringen op tafel tegen te gaan en kijken om ons heen als we iets schunnigs zeggen of doen, bang dat er verborgen camera's hangen. De eigenaresse heeft vanuit het skioord waar ze op vakantie is met haar gezin al een paar keer ge-sms’t... We hopen eerlijk gezegd dat ze nooit meer terug komen.
Nu ik dit schrijf is het alweer wat uurtjes verder, en voelen we ons al meer thuis. We zijn inmiddels lichtelijk verbrand door het ophalen van onze fietsen bij de verhuur aan de andere kant van de stad. De koelkast zit vol met ecologisch verantwoorde lekkernijen en de SXSW passen zijn opgehaald en hangen te glimmen om onze nekken. Er staan op het moment zes laptops te snorren, de doos Lone Star bier is geopend en we zijn braaf met z'n allen de SXSW website aan het uitspitten op zoek naar bandjes die we moeten checken.
Morgen begin ik dan eindelijk aan de muziekmarathon en lange wachtrijen voor de deur van de locaties. Maar eerst moeten we uitzoeken waar we absoluut heen moeten. Dat is een megaklus, want per dag zullen hier zo'n vierhonderd artiesten optreden. Van gospel-rap gespeeld op een Casio spelcomputer tot Indiase Country & Western, van imitatie Justice’s met lange banjosolo's uit Korea tot lokale bandjes die zich specialiseren in Finse heavymetal gespeeld op een blokfluit. En alles wat daar tussen in zit. En, geloof me, er zitten juweeltjes tussen. Maar het is schatgraven zonder schatkaart.
Joost van Bellen op SXSW: De juweeltjes vinden is als schatgraven zonder schatkaart.
Dagboek SXSW/LA/Miami: Dag 1 en 2
Joost van Bellen houdt een dagboek bij vanaf SXSW in Austin, zijn bezoek aan Junkie XL in LA en eindpunt Miami voor de Miami Music Week. Hij zal in deze dagboeken tot in detail zijn ervaringen opschrijven. Deel 1: “Ons huis lijkt op een zwaar christelijke versie van Pipi Langkous' Villa Kakelbont. Er hangen overal tegeltjes met spreuken over God en quotes uit het sprookjesboek dat de bijbel genoemd wordt.”