Alamo Race Track: herrezen uit het theater en de natuur

'Deze plaat heeft voor hernieuwde inspiratie, geloof en zin gezorgd'

Ingmar Griffioen ,

Op derde album Unicorn Loves Deer sprankelt Alamo Race Track met dwarse, melancholische gitaarpop en folk-invloeden. Zanger-gitarist Ralph Mulder en gitarist Leonard ‘Len’ Lucieer proberen de groei van de Amsterdamse alternatieve band te duiden. Aan de keukentafel van Lucieer wordt langzaam duidelijk dat rust, ruimte en natuur de kernwoorden zijn. ‘Ik ben een buitenmens, heb niets met de stad.’

'Deze plaat heeft voor hernieuwde inspiratie, geloof en zin gezorgd'

Op het derde album Unicorn Loves Deer sprankelt Alamo Race Track met dwarse, melancholische gitaarpop en folk-invloeden. Zanger-gitarist Ralph Mulder en gitarist Leonard ‘Len’ Lucieer proberen de groei van de Amsterdamse alternatieve band te duiden. Zittend aan de keukentafel van Lucieer, tien stappen van de opnameruimte in diens achtertuintje in Amsterdam-Oost, wordt langzaam duidelijk dat rust, ruimte en natuur de kernwoorden zijn. Mulder: ‘Ik ben een buitenmens, heb niets met de stad.’

Vriendengroep rond Mulder en Lucieer
Alamo Race Track draait om zanger-gitarist Ralph Mulder en gitarist Leonard Lucieer. In tien jaar hebben ze een hechte vriendengroep om zich heen verzameld, waaruit de bezetting nu wordt aangevuld met bassist Djurre de Haan (ook actief als Awkward I), drummer Robin Buijs en Rik Elstgeest (aka Eckhardt) op marimba en vibrafoon. Die in de cd-hoes geportretteerde groep vrienden is geen overbodige luxe. Tot de schare behoort ook ex-bassist David Corel, die de band verliet om een wereldreis te maken, maar wel de baspartijen voor deze plaat inspeelde. En als De Haan met Awkward I op stap moet, springt Corel bij. Het is de warmte van die groep en de rust, waarin Alamo Race Track het beste gedijt.

Na het verschijnen van de uitstekende tweede plaat Black Cat John Brown in 2006 en de daaropvolgende tour leek het stil te worden. In werkelijkheid bracht het titelnummer, uitgegroeid tot YouTube-hit en gebruikt in tv-serie Grey’s Anatomy, de band veel aandacht. Het album verscheen in Amerika en ook in Frankrijk, waar de band langs uitverkochte zalen tourde. In 2010 maakten de leden uitstapjes in theaterstuk Innenschau en het multimediale project DeSpeech. ‘Tot 2009 zijn we heel druk geweest met Black Cat John Brown’, vertelt Lucieer. ‘Vanaf 2010 zijn we een jaar zoet geweest met de voorstelling Innenschau. En daarna zijn we meteen begonnen met opnemen.’

'Optreden voelt onnatuurlijk'

Alamo Race Track schreef niet alleen de muziek voor Innenschau, de bandleden speelden ook mee in het stuk van Jakop Ahlbom en gingen zo tachtigmaal op de planken uit de kleren. Een beproeving, geeft Mulder toe. ‘We werden steeds makkelijker. Eerst zeiden we: ‘We spelen alleen muziek’. Toen deden we het toch en kwam die vraag. We zeiden nee, maar je wil de boel niet ophouden en voor je het weet sta je toch tachtig keer in je onderbroek.’

Best een stap, zeker voor Mulder die op het podium gevoelig is voor sfeer. ‘Het is bij mij wel heel duidelijk of ik het naar mijn zin heb of niet. Als er positivisme is, dan heb ik een goede show. Dan maken foutjes ook niet uit, als je het maar samen doet en niet als eilandjes bezig bent. Het hangt ook wel af van het publiek. Als de wisselwerking goed is, dan ontstaat er iets.’ Toch voelt het vrij onnatuurlijk. ‘Mijn moeder begrijpt ook niet dat ik optreed. Ik ben iemand die zich vroeger als er bezoek kwam liever verstopte. Op het podium staan gaat eigenlijk tegen mijn natuur in. Maar dat is daarom ook wel weer goed.’

Hypnotised, banjo en lapsteel meegenomen uit theater
Veel spelen is het devies, weet Mulder. Zeker met een nieuwe plaat op zak. ‘Gewenning, dan creëer je meer rust. Het is een kwestie van tien, vijftien keer spelen. Dat merkte ik met de vorige plaat, op een gegeven moment sta je met je ogen dicht te spelen.’ Dat is het mooie aan muziek, stelt Lucieer. ‘Dat het een proces is dat in principe nooit af is. Dat is met een plaat ook zo, tot je die laat drukken. Live kun je daar natuurlijk wel nog maanden aan door werken. Ieder optreden is weer anders.’

Van de wat donkere composities voor Innenschau vonden sommige nummers in een lichtere vorm hun weg naar Unicorn Loves Deer. Lucieer: ‘We waren niet alleen maar bezig voor de voorstelling, maar gewoon muziek aan het maken en dan ontstaat van alles.’ Ook de banjo en de lapsteel zijn erin gebleven. Mulder: ‘De regisseur vroeg daar om en ik wilde altijd al een banjo hebben. Dit was een mooie aanleiding om authentiekere instrumenten te gebruiken.’ DeSpeech, een project met de bevriende groep LPG, leverde ook albummateriaal op. Daarvoor schreven ze een dag- en nachtversie van het nummer Hypnotised. Een geval van een knip-en-plak tekst, legt Mulder uit. ‘Het voelt wel als één lange koortsdroom, als ijlen nadat je wakker wordt met een gevoel alsof je een oorlog gevochten hebt.’

'Rust en natuur zijn belangrijk voor mijn gemoedstoestand'
De natuur biedt Mulder zowel inspiratie als de rust om teksten te schrijven. ‘Het voordeel van teksten is dat je een soort eigen wereld kan creëren. Ik was veel in Hongarije en Groningen en merk dat ik nog vaak met mijn gedachten daar ben. Het is niet eens wat je beleeft, maar meer de sfeer er omheen. Dat het rustig is en ik buiten veel kan bewegen, is voor mijn gemoedstoestand heel goed. Als ik me prettig voel, merk ik dat de teksten of op dat moment komen, maar meestal een paar weken later. Ik ben eigenlijk constant in mijn hoofd op plekken waar ik geweest ben, waar ik me prettig voel.’

Hongarije is belangrijk voor hem. Het is het land waar zijn vriendin vandaan komt en waar hij een groot deel van de teksten schreef. ‘Ze komt uit Boedapest, een prachtige stad, maar ik heb niet zoveel met steden. Ik kan daar niet over schrijven, dat is allemaal te druk. Het meeste is geschreven bij haar ouders in het noordoosten bij de Slowaakse grens. Dat is een en al natuur. Daar gaan we nu nog steeds om de twee maanden naartoe.’ Mulder vindt zijn inspiratie in de rust. ‘Of juist niet. Dan zoek ik de rust wel op en is het misschien de frictie.’ Lucieer: ‘Wij zijn allemaal natuurliefhebbers en ik vind dat de sfeer van de plaat daar ook wel bij past.’

Unicorn Loves Deer als codewoord voor KGB-operatie
De natuur; Mulder hoort en ziet het ook terug in de muziek van Amerikaanse en Canadese bands. ‘De bossen, uitgestrekte vlaktes en bergen. De rust. Omdat je al die plekken hebt, kun je in je hoofd de ideale plek creëren, met de ideale wandelroutes en huisjes. In Hongarije is het eerste dat me opvalt altijd de geur van die houtkachels. Een dikke rookgeur. Heerlijk.’ Het lijkt dan ook een kwestie van tijd voordat Alamo Race Track een plaat in de natuur gaat opnemen. ‘Dat is zeker één van de plannen. We willen daar wel twee weken gaan zitten en kijken wat er gebeurt. Heel benieuwd wat er ontstaat als je zo lang samen bent.’

Waar de tekst van opener Apples letterlijk is, ‘Ik ging appels plukken bij mijn ouders in Winschoten en er ging een insect op mijn pen zitten’, schuilt achter de titeltrack meer symboliek. ‘Die is wel ontstaan tijdens kerst in Hongarije. Ik had een aardenwerken vaas gezien met de afbeelding van die twee dieren. Een dag later liep ik door een uitgestrekt natuurgebied op zoek naar sporen van beren. Ik had zo’n Russische outfit aan met bontmuts en zag ineens zo’n James Bond-scène met een Nikita-achtige vrouw, die dat als codewoord gaf door haar walkietalkie. Dat betekende dat we een berg verder zouden afspreken om een pakje te overhandigen. Unicorn Loves Deer leek me echt zo’n codewoord voor een KGB-operatie.’

Vierde en vijfde plaat

Het was altijd het idee om na het theater weer op muziek te richten. Mulder: ‘Dat is toch het belangrijkste. Maar ik zou het best wel leuk vinden om daarna weer eens wat met Ahlbom te doen. De plaat is een momentopname. De volgende keer doen we weer wat anders.’ Bij hun derde album denken de Amsterdammers niet direct in termen als carrière-definiërend of succes. Lucieer: ‘Het is wel belangrijk, vooral ook omdat het een gedeeltelijk nieuwe band is. Dat maakt het bijna een eerste plaat.’ Mulder: ‘Het voelt wel comfortabel. Ik heb nu ineens weer zin om snel de vierde en de vijfde te maken. Deze plaat heeft voor mij wel voor hernieuwde inspiratie, geloof en zin gezorgd.’

Unicorn Loves Deer is verschenen bij Excelsior Recordings/V2, was vorige week Album van de Week en is tijdelijk te beluisteren op de Luisterpaal. Op 1 april begint de clubtour in de Muziekgieterij, Maastricht en de band speelt 8 april op Motel Mozaïque in Rotterdam en 19 mei op Festival a/d Werf in Utrecht.