5 Days Off dag 3: Melkweg tast in het duister op mysterieuze DMZ night

Van extreem plat tot diepgaand, van hollen naar stilstaan

Atze de Vrieze ,

"Heeft James Blake al gedraaid?" Het is dé openingszin van de derde 5 Days Off avond. "Jazeker, die draaide al tussen elf en twaalf." Ze hadden het kunnen weten. Er is vanavond geen timetable, want de nacht wordt gehost door DMZ. Het enige dat we weten, is dat in de grote zaal van de Melkweg naast Blake dubstep zwaargewichten Digital Mystikz, Loefah, Kode9 en Skream - op de line-up staan.

Van extreem plat tot diepgaand, van hollen naar stilstaan

"Heeft James Blake al gedraaid?" Het is dé openingszin van de derde 5 Days Off avond. "Jazeker, die draaide al tussen elf en twaalf." "WAT?! Dat meen je niet. Ik ben er pas net, ik was nog even een discodutje aan het doen." Tja, helaas pindakaas, het halve publiek heeft het gemist. En eerlijk: ze hadden het kunnen weten. Er is vanavond geen timetable, want de nacht wordt gehost door DMZ, de dubstep godfathers uit Croydon, Londen. Het enige dat we weten, is dat in de grote zaal van de Melkweg naast Blake dubstep zwaargewichten Digital Mystikz, Loefah, Kode9 en Skream - op de line-up staan. Mannen die stuk voor stuk in staat zijn een club op hun grondvesten te laten beven.

Geen timetable, geen licht en liever ook geen foto's: DMZ houdt er zijn geheel eigen regels op na. En dus staat ie daar ineens, in het donker, het frêle wonderkind. Hij scoorde zomaar een hit met zijn Feist-cover Limit To You Love, en daardoor is hij een van de heetste namen van het festival. Over een maand is hij terug voor een live optreden, vanavond mixt hij plaatjes.

Een echt goede dj is hij niet, maar boeiend is het wel degelijk. Een set van James Blake is als een doos vuurwerk met allerlei potjes waarvan je niet precies weet wat ze zullen doen. Hij gaat van gestripte garage naar überzware bass crunk. Vervolgens een heel trage eigen track en terug naar bijna niks. Technisch misschien niet overweldigend, maar de jongen heeft een weergaloos gevoel voor smaak, dat is onmiskenbaar. Zo vroeg op de avond vraagt niemand nog om klappers en heeft Blake zelfs volledige aandacht als hij zijn mechanische soulsong Unluck instart. Zijn uurtje is voorbij voor je er erg in hebt, maar gek genoeg is dat eigenlijk ook wel goed.

De avond moet zelfs nog goed en wel beginnen als Blake klaar is. In de Oude Zaal staan twee live optredens in de planning, van Darkstar en Kode9 + the Spaceape. Die eerste speelde het afgelopen jaar al een paar keer in Nederland, en steeds waren de geluiden negatief. Ook dit keer weet het trio (met androgyne zanger) allerminst te overtuigen. Ze mikken op een ingetogen, broeierige sfeer, maar eigenlijk is het net niks, en ook opvallend minder dan op hun album. Geen groove, geen seks, ook geen echte liedjes, zelfs niet als ze Radiohead's Videotape coveren. De drums willen maar geen beat worden, de zang is flets. Veel genregenoten leggen verschillende elementen - bass, beats, melodielijnen - scheef over elkaar, zodat je organische muziekstukken krijgt, continu in beweging. Bij Darkstar is de ontwikkeling voorspelbaar en ben je na een minuut of tien eigenlijk helemaal niet meer benieuwd waar het naartoe gaat.

Even dreigt Kode9's sfeervolle elektronica hetzelfde lot te krijgen. Het soundsystem in de Oude Zaal is een stuk minder dan dat in de Max (zeker met die gigantisch extra aangerukte sub woofers vooraan), en daardoor komen de diepe tunes minder over. Zijn mc - The Spaceape - is in eerste instantie ook niet al te gelukkig gemixt. Maar gaandeweg trekken ze dat helemaal recht. Liefhebbers kijken ongetwijfeld uit naar dit optreden, want vijf jaar na hun monumentale album Memories Of The Future zou een nieuwe langspeler in aantocht zijn. Het duo speelt dan ook vrijwel alleen nieuwe tunes. Spaceape klonk vijf jaar geleden buitenaards, alsof zijn vocalen op halve snelheid afgespeeld werden, wat een spooky, hallucinerend effect had. Anno 2011 is hij extraverter, opzwepender, en dat geldt ook voor Kode9's producties. Al zal het duo nooit voor de rechtse directe gaan. Dat nieuwe album zou zomaar eens een van de meest spannende releases van het jaar kunnen worden.

Sowieso zijn ze voor de meeste mensen een stuk lastiger te behappen dan Loefah's full blast acid garage in de Max. Loefah is een van de pioniers van de dubstep, maar die titel is hij inmiddels al weer ruim voorbij. Tegenwoordig concentreert hij zich op zijn eigen label Swamp 81, waarop onder meer binnenkort underground hit Sicko Cell verschijnt, een cocaïne anthem waarover in de scene al maanden gespeculeerd wordt wie het nu gemaakt heeft. Loefah draagt een shirt met daarop de cijfers 808 909 727, en eigenlijk mist nog het getal 303. Inderdaad, verwijzingen naar klassieke Roland drum- en bascomputers, die veel gebruikt werden om acid house te maken. En dus horen we bij Loefah ratelende drums en nerveuze bassen. Heel af en toe maar gooit hij de schuif vol open met een zware dubstep tune, en dat maakt de ontlading op die momenten groter.

Een spannende set, zeker vergeleken met het toch wat meer voorspelbare machismo van Digital Mystikz. Mala en Coki gaan voor old school blazen, en dat is precies waar de Melkweg op dit moment naar snakte. De moshpit reikt tot aan de bar achterin de zaal, handen zwiepen door de lucht. Ze zijn bovendien een baken van verfijndheid vergeleken met Skream. Hij moet de avond tot een hoogtepunt brengen, maar hij splijt 5 Days Off in tweeën, in haters en fans. Een deel van het publiek haakt hoofdschuddend af, de andere helft vangt de vette vissen, die de dj ze toewerpt, als hongerige zeehondjes.

Skream, hij moet zich voorgenomen hebben: als dubstep aanslaat bij de mainstream, dan ben ik er bij. Of het nu in de mix met pop, rock, trance of house is, ik ben erbij. Zijn laatste album was een stevige poging om die cross-over tot stand te brengen, maar het flopte hopeloos. En dan zit hij ook nog in Magnetic Man, het supertrio met Benga en Artwork. Toen hun album uitkwam hing Londen vol met billboards, en toch is het niet het alles verwoestende succes geworden waarop duidelijk ingezet was. Natuurlijk werkt Magnetic Man's I Need Air ook vanavond als een trein. Dat geldt ook voor zijn nieuwe remix van Cassius' I <3 U So.

Skream draait de Melkweg dol met monsterlijke rock cross-overs, met hak- en zaaganthems en karakteristieke elektrocutiedansjes. "You can fuck right off! Remix!" En daar gaat ie weer, reeeewind! De tweede helft van zijn set draait hij zo'n beetje iedere track terug naar het begin. Het idee - en dat moet Skream toch ook weten - is dat je opbouwt naar een piek, naar de beste track in je set, en dat ie die, op het toppunt van de adrenaline, een backspin geeft. Zelfs Rage Against The Machine's Killing In The Name krijgt een slinger. Elke tune onderbreken, dat slaat nergens op. Sterker nog: het is dodelijk voor de flow. Geen tempo, geen spanningsboog, alleen maar opportunistische megaklappers met te catchy refreintjes. Er zitten hits tussen, zeker, maar hij timet ze lomp en verkeerd. Skream ziet eruit alsof hij er met zijn hoofd niet bij is, en zo klinkt hij ook. Ontluisterend.

Wat zou Skream ervan vinden dat hij - met al zijn ambitie - voorbij gestreefd is door die fris ogende slungel aan het begin van de avond? Hoe is het mogelijk dat die knul een radiohit scoort met zo'n rare ballade, dat hij omarmd wordt met die introverte, schetsmatige muziek? Hoe dan ook: deze DMZ night was er een van pieken en dalen, van hollen en stilstaan, van extreem plat of aangenaam bekend naar diep en vooruitstrevend.