Eurosonic dag 3: de Hollandse route

Hoog niveau op mooie locaties

Tekst en foto's Erik Zwennes ,

Nederland is tijdens het vijfentwintigjarig jubileum van Eurosonic Noorderslag het focusland. Dat betekent dat er extra veel Nederlandse bands geprogrammeerd staan door de hele Groningse binnenstad. Een verslag van de Hollandse route op vrijdag.

Hoog niveau op mooie locaties

Nederland is tijdens het vijfentwintigjarig jubileum van Eurosonic Noorderslag het focusland. Dat betekent dat er extra aandacht is voor de Nederlandse scene en bands tijdens het dagprogramma en dat er bovenal veel Nederlandse bands geprogrammeerd staan door de hele Groningse binnenstad. Een verslag van de Hollandse route op vrijdag.

Op de Grote Markt in de regen doet Rigby zijn best om mensen te trekken. Het grote plein is enkel gevuld waar men droog staat. De echte fans moeten het doen met een plek voor het podium, tevens het afvoerputje van een paraplu van vijftig bij vijftig meter, gespannen boven het plein. De zang van voorman Christon is veel bespot tijdens de optredens in De Wereld Draait Door, maar hij is vanavond niet langer de zwakke plek van de band. Sterker, zijn zang ligt zwaar boven op het geluid en staat misschien zelfs wel iets té hard. Maar dit is dan ook powerpop; een bedrijf met een doel. Christon swaggerjacked Kane’s Dinand met zijn mutsje, leren broek, diepe v-hals en kekke ketting. Vanaf vandaag ligt het nieuwe album in de winkels en daarom wordt Groningen getrakteerd op veel nieuwe nummers waaronder de sterke single Solid Ground. Hierna komen er violen uit een doosje. De belangrijkste verandering in het geluid van de band zijn de elektronica en de dansbaarheid van het nieuwe materiaal. “Dit nummer kun je kennen van een reclame. Wie het chocolademerk raadt krijgt een biertje.” Tijdens Breathe valt voor het eerst de stem tegen. Bij de langzame nummers waar Christon laag moet zingen, valt hij door de mand. Uptempo is deze band sowieso op zijn best. Ze weten wat ze willen en spelen met grote gebaren.  Dan is het tijd voor de grote Serious Request hit One Song. "Als ik dit pianoriedeltje hoor denk ik aan Groningen". Een hoogtepunt vormt het nummer hierna. Dead Man Walking speelt de band ‘voor onze jongens in Irak.’ Bon Jovi gitaarsolo’s worden niet geschuwd. Rigby sluit af met een zeer sterk nieuw nummer met een belangrijke strijkerssample. Dit is een hit waar de rest van de band overigens weinig mee van doen heeft. De bassist legt zijn instrument midden in het nummer dus alvast weg om het publiek aan te moedigen en daarna rustig verder te ‘spelen’. Rigby geeft een solide rockshow met enkele interessante aanknopingspunten voor een verdere doorbraak. (7-)

De Staat staat aan de vooravond van hun ‘belangrijke tweede’. Op 4 maart verschijnt het nieuwe album Machinery. In de 3FM tent beginnen de Nijmegenaren met de nieuwe albumopener Ah, I See die ook al te horen was tijden het Twitterfeest van Eric Corton. We krijgen nog eens drie nieuwe nummers te horen waaronder single Sweatshop met zangeres Kelly van The Routines en het door Rage Against the Machine geinspireerde Serial Killer. Het nieuwe materiaal is wederom erg dansbaar, zeer groove gedreven en sterk geproduceerd. Het zijn geen liedjes en het mist de soul van het debuut, maar het smaakt zeker naar meer. Voorman Torre Florim doet op het podium en als producer en schrijver van de nummers denken aan James Murphy van LCD Soundsystem. Het geluid klopt live als een trein, maar ook de opbouw van de nummers heeft veel weg van de aanpak van LCD. Oude nummers als Habibi zijn in de afgelopen twee jaar aangescherpt en knallen er uit. Sleep Tight vormt een hoogtepuntje met een a capella intro in marstempo. Tijdens The Fantastic Journey of the Underground Man blijkt de band voor het eerst een beetje roestig. Ook Wait For Evolution kent wat probleempjes aan het begin. De band herstelt zich tijdens het refrein en het vormt uiteindelijk het hoogtepunt en slotstuk van de set. Belangrijkste conclusie van vanavond is dat De Staat nu helemaal een eigen geluid toegerekend mag worden. (8)

Toen Wende nog een achternaam had (Snijders, red.) maakte ze Franstalige muziek voor veertigers. Tegenwoordig is haar naam simpeler, maar de muziek een stuk gecompliceerder. Enerzijds nog steeds van die kijk-mij-mooi-zingen-muziek, maar ook boeiende schurende arrangementen en energieke uitspattingen. Na een spannend donker intro komen al snel de quasi-Anouk-uithalen. Wende draait haar hand zelfs niet om voor een rap. Dit is een vrouw die zo op de cover van de OPZIJ zou kunnen. De mannelijke veertigers vooraan komen wel langs de feministische meetlat. Het gaat ze immers om de muziek. Muziek die begin deze eeuw behoorlijk fris was en werd gemaakt door onder meer Moloko. Het is misschien dan niet helemaal van deze tijd, maar hier staat een goede band die met goed geluid en een mooi lichtplan een sterke show aflevert. Can We Ever Really Change? vraagt Wende zich af. Blijkbaar wel, want de nieuwe weg die ze is ingeslagen, staat haar goed. Denk aan Anouk geproduceerd door Torre Florim van De Staat. Ze was van plan geen Franse liedjes meer te doen, maar we krijgen er toch eentje. Au Suivant is aardig, maar valt wat uit de toon. Dan volgt een strijkersintro uit een doosje gevolgd door een zeer dansbare track. Hierna een wat gezochte pianosolo met een raar toneelstukje van de toetsenist. Na een slepende ballade waarbij Wende doet denken aan Lilian Hak is het tijd om te verkassen. Volgende keer op tijd beginnen hoor. (7)

...want voor Shaking Godspeed ben je gewoon op tijd. Zeker wanneer de Achterhoekers in De Walrus zijn geprogrammeerd. Voor deze aftandse en smerige kroeg, in een zijstraatje van de Vismarkt, staat een flinke rij mensen. Binnen is het stampvol, heet, donker, het stinkt en de vrouwen zijn wulps. Dit moet de ideale setting zijn voor een Shaking Godspeed show. Hun rauwe rootsrock ‘n roll, punk en melodieuze speedrock is hier voor gemaakt. Het bandgeluid is niet hip, niet al te vernieuwend of briljant op plaat vastgelegd, maar dit is wel echt, puur en ongelofelijk goed gedaan. Zanger en gitarist Wout lijkt te zijn geboren met zijn drie gitaren. Hij bespeelt ze blind en met zijn gehele kronkelende lichaam. Zelden klonk Amerikaanse muziek zo eigen en Hollands. De afwisseling in de nummers is op plaat al fijn (met klassieke A en B kant) maar werkt live nog beter. Godspeed is de perfecte opener, Let the Golden Age Commence (van de EP) heeft de gulden riff, Does it Still Thrill geeft de juiste speedrock injectie en Lately is dat fijne dansnummer. Alive and Well vormt het hoogtepunt met een geweldige middenstuk. De lange orgelintro van We Don’t Have Time zorgt voor rust en spanning in de set. en Pasoa is het anthem om het hieropvolgende bacchanaal in te luiden. Shaking Godspeed heeft ‘het’ en was hier in De Walrus thuis en op zijn best. Goddamn yeah! (8,5)