Ntb en BCMM herkennen zich in houdgreep uitgeverijen

Buma/Stemra: “Artikel Volkskrant absoluut onjuist”

Atze de Vrieze ,

Vanochtend gooide de Volkskrant opnieuw een knuppel in het auteursrechtenhoenderhok met een frontale aanval op Buma/Stemra. Belangenverenigingen Ntb en BCMM herkennen zich grotendeels in het geschetste beeld, Buma/Stemra zelf neemt afstand van het artikel.

Buma/Stemra: “Artikel Volkskrant absoluut onjuist”

Vanochtend gooide de Volkskrant opnieuw een knuppel in het auteursrechtenhoenderhok met een frontale aanval op Buma/Stemra. Daarin wordt een aantal misstanden aan de kaak gesteld binnen de collectief beheersorganisatie, en wordt geconcludeerd dat muziekuitgeverijen onevenredig veel invloed hebben op het beleid van Buma/Stemra.

Zwakke punt van het Volkskrant artikel is dat het grotendeels gebaseerd is op anonieme bronnen. Toch zijn er ook critici die wel bij naam genoemd willen worden. Johan van der Voet, voorzitter van BCMM bijvoorbeeld, de belangenvereniging voor multimediacomponisten (o.a. makers van jingles en tv-tunes). De club vertegenwoordigt zo’n 185 leden. “Buma/Stemra als bedrijf functioneert goed, de incassering gaat goed, maar met de uitbetaling hebben wij grote problemen”, zegt hij. “Het bestuur zet de lijnen uit en houdt te veel rekening met de belangen van uitgevers. Zij hebben te veel macht. Dat zie je bijvoorbeeld aan het feit dat directie-voorzitter Hein van der Ree in de media zegt dat er een downloadverbod moet komen, terwijl andere zaken op dit moment veel belangrijker zijn.”

Erwin Angad-Gaur van de Nederlandse Toonkunstenaarsbond (Ntb, 3.000 leden) herkent dat beeld. “Een downloadverbod is een typische wens van uitgevers en producenten. Onze achterban wil dat niet.” Het Ntb vindt ook dat uitgevers te veel invloed hebben. “Zo kunnen uitgevers stemmen op de auteursvertegenwoordigers in het bestuur. Buma/Stemra zegt auteurs te vertegenwoordigen, maar dat klopt in praktijk niet. Ze vertegenwoordigen partijen aan wie auteurs hun rechten hebben overgedragen. Ons als vakbond betalen auteurs om zich te laten vertegenwoordigen, bij Buma/Stemra kunnen ze terecht om geld te ontvangen. Dat is een essentieel andere vorm van vertegenwoordiging.”

Feit is dat belangenverenigingen Ntb en BCMM zich tekortgedaan voelen in de huidige organisatie van Buma/Stemra. Ze zijn geen van beiden vertegenwoordigd in het bestuur. BCMM sprak zich daar in 2009 al eens in de media over uit. Ntb is zelfs niet officieel erkend als vakbond, BCMM is dat pas sinds een paar maanden. “Ruim een jaar geleden heeft Buma voor het eerst een multimedia zetel gecreëerd in haar bestuur. Wij hadden daar graag een kandidaat voor aangeleverd, maar aan die wens is volledig voorbij gegaan. Uiteindelijk is op die plek Paul van Brugge terecht gekomen, een kandidaat van Geneco (klassieke componisten, red.) en Palm (songschrijvers, red.), twee clubs die al vertegenwoordigd zijn in het bestuur. Van Brugge is geen lid van onze vereniging, maar wilde dat wel worden als hij meteen in het bestuur mocht. Dat gaat niet zomaar.” Ook is hij verbolgen over het feit dat Buma Cultuur de award show Music In Motion organiseerde voor multimediacomponisten, zonder overleg te plegen met BCMM. “Wij moeten dat via internet vernemen.”

Buma-woordvoerder Frank Helmink neemt de klachten serieus, maar vindt dat sommige argumenten neigen naar stemmingmakerij. Volgens hem steunt het volledige bestuur van Buma/Stemra inmiddels de roep om een downloadverbod, bedoeld om illegaal aanbod tegen te gaan. Ook de verkiezing van bestuursleden zou op democratische wijze gebeuren. “Iedere aangeslotene mag stemmen op de voorgedragen kandidaten”, zegt hij. “Buma is een vereniging, daar geldt one man, one vote. Daar stemmen auteurs over uitgevers, uitgevers over auteurs etc. Stemra is een stichting. Daar stemmen bij bestuursverkiezingen auteurs over auteurs en uitgevers of uitgevers, waarbij bij de uitgevers de omzet meetelt en een uitgever maximaal 10 stemmen kan uitbrengen. Bij alle andere stemmingen geldt ook binnen Stemra: one man one vote.”

Buma/Stemra is het grotendeels oneens met het artikel dat de Volkskrant vanochtend publiceerde. In een uitgebreide verklaring wordt tegengas geboden. “Het Buma-bestuur bestaat uit 12 bestuursleden waarvan 8 auteurs en 4 uitgevers”, stelt woordvoerder Frank Helmink. “Ook het bestuur van Stemra bestaat uit 8 auteurs en 4 uitgevers. Dit is vastgelegd in de statuten die op de website van Buma/Stemra te vinden zijn. Hoe kun je dan nog beweren dat componisten niet goed vertegenwoordigd zijn. Ze hebben per definitie een meerderheid.”

Volgens Frank Helmink kan niet ontkend worden dat binnen Buma/Stemra fouten gemaakt worden, maar zijn de meeste cases die in het artikel naar voren komen onjuist. “Wij hebben uitvoerig contact gehad met journalist Wouter Keuning. Ondanks dat is de basis van zijn artikel een klein aantal anonieme bronnen en een paar feitelijke onjuistheden.” Zo is sprake van een brandbrief uit 2009, waarin gevraagd werd om meer transparantie en betere communicatie. Volgens de Volkskrant zou naar de noodkreet nauwelijks geluisterd zijn, volgens Helmink is dat onjuist.

Helmink overlegt 3VOOR12 een verklaring van Hans Bergfeld, een van de initiatiefnemers van de brandbrief, waarin afstand genomen wordt van het krantenartikel. “Wij ervaren tijdens onze periodieke besprekingen dat men binnen Buma/Stemra bereid is om naar onze problemen te luisteren en daar waar mogelijk in gezamenlijkheid te werken aan oplossingen. Dat resultaten niet altijd binnen de door ons gewenste tijd worden bereikt heeft mede te maken met de complexiteit van de materie. Het is daarbij aan ons om de druk af en toe weer even op de bekende ketel te zetten.” Ook de claim dat alleen componisten die aangesloten zijn bij toonaangevende uitgeverijen kunnen rekenen op subsidie pertinent onjuist zijn.