“My brother and my sister don’t speak to me. But I don’t blame them.” Die intrigerende woorden zijn de enige tekst van James Blake’s I Never Learnt To Share, al worden ze wel steeds herhaald. Eerst met alleen galm, daarna met een tweede en derde stem. Ze worden omarmd door een aanzwellende synthesizer, die klinkt als een kerkorgel, en uiteindelijk opgenomen in een wervelwind van bassen en ontsporende synthesizers. Het voelt overweldigend, maar in feite is het meer een verbluffend goed gevoel voor timing dan een echte storm. Het is alsof Blake eerst een klodder verf midden op zijn doek legt, en de rest van de song zorgvuldig bezig is die met elegante streken alle kanten uit te vegen.
Dat producer James Blake afgelopen najaar een dansvloerhit scoorde met zijn cover van Feist’s Limit To Your Love zal velen verbaasd hebben. Het is immers een pianoballad, kwetsbaar en traag. Dat hij ook nog eens grijsgedraaid zou worden op de radio, was nog veel onwaarschijnlijker. De ultieme tegenpool van een lage subbas is geen hoge toon, zo bewijst hij, het is stilte. Vlak voor de karakteristieke bas invalt die voorwerpen letterlijk laat trillen, laat de Engelse producer vijf, zes seconden stilte vallen. Dodelijk voor radio, en toch werd het nummer tot Megahit gebombardeerd. Wie durft nog voorspellingen aan over zijn album? Een bewust gefragmenteerd klinkende elektronicaplaat met emotionele, geloopte teksten? Hit?
Die hit kwam overigens niet helemaal uit het niets. Vorig jaar al gonsde de naam James Blake rond, voornamelijk onder dubstepliefhebbers. Met zijn EP’s The Bell Sketch, CMYK en Klavierwerke toonde Blake zich een eigenzinnige producer die buitengewoon veel dynamiek toelaat in zijn werk. Niet alleen door variaties in volume, maar ook door subtiele ritmische verschuivingen. Je zou kunnen betogen dat stilte het belangrijkste ingrediënt is in zijn muziek. Dat geldt des te meer voor zijn album, waarop de dansvloer verder weg is dan ooit. Zingen deed hij op zijn EP’s ook al, maar nu pas krijgt zijn soulvolle stem de hoofdrol. Neem Lindisfarne, een song in twee delen. Tijdens het eerste deel is geen instrument te horen, enkel Blake’s stem, bewerkt met een harmonizer, een geluidseffect dat zijn stem in verschillende klankkleuren uiteen laat vallen. In het tweede deel wederom spaarzame begeleiding, opvallend folky, heel licht overstuurd, eerder Bon Iver dan Kode9.
Het knappe is dat het ook daadwerkelijk ergens toe leidt, en dat terwijl Blake allesbehalve liedjes met kop en staart maakt. Zeker in het eerste deel van het album weet hij de spanningsboog van song naar song verder uit te bouwen, met opener Unluck en nieuwe single The Wilhelm Scream als uitschieters. Op veel momenten voelt dit debuutalbum als een schets, tegelijkertijd zit het akelig goed in elkaar. Misschien zelfs wel té goed, in elk geval minder speels dan zijn EP's. De hype rond James Blake was bizar de afgelopen maanden, zeker toen half december zijn album al lekte. Inmiddels zijn de stofwolken neergedaald, zijn velen alweer vertrokken richting volgende snoepje van de week. Maar er zal ook een groep liefhebbers zijn, die zich realiseert dat ze hier kennismaakt met een intrigerend, caleidoscopisch talent.
Het titelloze debuutalbum van James Blake verschijnt bij Universal. Het album is tijdelijk te beluisteren op de Luisterpaal.
3VOOR12 bespreekt Album van de Week (6): James Blake
Geen snoepje van de week, maar een intrigerend, caleidoscopisch talent
Hij scoorde al een dansvloerhit met een pianoballad en zag diezelfde song ook op de radio een succes worden. Wie durft nog voorspellingen aan over zijn album? Een gefragmenteerd klinkende elektronicaplaat met emotionele, geloopte teksten? Hit?