"Het aanpassen en zelfs verzinnen van herinneringen. De manier waarop we schrijven en herschrijven van ons geheugen om het maar vooral prettig en makkelijk behapbaar te laten zijn." Deerhunter zanger Bradford Cox' uitleg van de albumtitel roept meer vragen op dan deze beantwoordt, een gevoel dat de hele plaat blijft hangen. Je zou het kunnen typeren als de Pitchfork-sound: indierock aangevuld met veel elektronica, pop, shoegaze en wat noise. Halcyon Digest is loodzwaar, vederlicht, en ijzersterk in beiden.
Vroeger was alles beter? Misschien, maar onwaarschijnlijk. Het was wel overzichtelijker: Deerhunter had zichzelf het label ambient-punk gegeven en gedroeg zich daar ook naar. Vaak ontpopte dromerige, met galm- en reverb-doorspekte songs zich tot logge shoegaze of noise. Wie anno 2010 datzelfde verwacht, komt bedrogen uit: zeker, de opener Earthquake klinkt vertrouwd, maar komt nergens zo heftig tot uitbarsting als de naam doet vermoeden. Geen scheurende aardkorst en instortende gebouwen, maar een lome, slepende beat die je de plaat in zuigt. Even lijkt het tot een eruptie lijkt te komen, maar die belofte sterft even snel als ze geboren werd. Dromerige reverb en repetitieve zang- en gitaarlijnen zetten de toon, zoals ook op eerdere platen van het Amerikaanse kwartet te horen was. Toch is er in details veel veranderd ten opzichte van voorganger Microcastle (2007). De band is subtieler en introverter geworden, zonder dat dat ten koste gaat van de inhoud.
En die inhoud is zwart. Hoewel er best wat zonnige popliedjes te vinden zijn op Halcyon Digest - na Earthquake gaat met Don't Cry en Revival het roer radicaal om - blijft het gemoed zwaar. "I have to stand the pain you're in", en "Darkness, always near me" kunnen we uit de mond van Cox optekenen tijdens de twee toch relatief licht klinkende nummers. De dood van Jay Reatard, een goede vriend van Cox die in januari van dit jaar overleed, drukt hier ongetwijfeld zijn stempel: slotnummer He Would Have Laughed werd aan hem opgedragen. Het maakt Halcyon Digest o zo geraffineerd: de teksten zijn (weer) zeer persoonlijk en soms vol opgekropte woede en leed, maar het gebeurt slechts zelden dat dat ook muzikaal tot een uitbarsting leidt.
Als dat dan toch eens gebeurt zorgen de Amerikanen er direct voor dat de melancholie niet de overhand krijgt. De verhouding tussen vrolijke popsongs en zwaarder materiaal is haast één op één, keurig om en om gegroepeerd waardoor paartjes ontstaan. Toch is Deerhunter op zijn best in het tweede deel van het album, dat ingeluid wordt door Desire Lines, verder gedragen door Basement Scene, en een hoogtepunt bereikt in het fenomenaal mooie Helicopter. De single verteld het verhaal van een vermoorde Russische prostituee, maar wordt door gepaste afstand te bewaren nergens een platvloerse sensatiezoeker. Het is niet alleen het hoogtepunt van Halcyon Digest, maar eigenlijk van het gehele Deerhunter-oeuvre tot nu toe, en laat horen hoe zich in de loop der jaren steeds meer op zijn gemak is gaan voelen in de eigen muziek. Het zorgt voor een coherente maar toch zeer afwisselende plaat, waarin zelfs plaats is voor een mandoline en een saxofoon.
Donker en licht, deprimerend en opbeurend. Deerhunter is dit allemaal, en slingert de luisteraar voortdurend heen en weer tussen uitersten. Dat het aan beide zijden van het spectrum weet te overtuigen, komt vooral doordat de band erin geslaagd is zich een groot aantal stijlen en invloeden eigen te maken. De thematiek mag dan zelden zonnig zijn, de muziek danst er even omzichtig als lichtvoetig en optimistisch doorheen. Zowel verstokte fans als nieuwe luisteraars zullen zich kunnen vinden in het zeer afwisselende, hypnotiserend mooie geheel dat Halcyon Digest is geworden. Was vroeger alles beter? Die vraag blijft onbeantwoord, maar dat je ook kunt genieten van het heden laat Deerhunter hier duidelijk zien.
Halcyon Digest van Deerhunter verschijnt op 4AD/V2. Het album staat tijdelijk op de Luisterpaal.