De onderhandelingen over het anti-piraterijverdrag ACTA zijn bijna afgerond. Vandaag kwam via de Amerikaanse vertegenwoordiging een nieuw document naar buiten, met als opsteldatum 2 oktober. Het zou de zo goed als definitieve versie van ACTA moeten zijn. Opvallend: de meest controversiële punten zijn in deze versie niet te vinden. Vooral over de afwezigheid van een verplicht three-strikes-out strafsysteem wordt met opluchting gereageerd. Website Torrentfreak – kritisch volger van piraterij en de bestrijding daarvan – stelt het zo: “Wat ooit gevreesd werd als verdrag dat de globale copyright lobby veel macht zou geven, is inmiddels afgezwakt tot een paar pagina’s breed te interpreteren aanbevelingen. Een eerste indruk zegt dat er weinig zal veranderen op het gebied van file-sharing.”
Het verdrag is in eerste instantie gericht op de handel in namaakproducten, van handtasjes tot medicijnen, maar er staat ook een hoofdstuk in over het internet. Met name de Amerikaanse contentindustrie (waaronder de RIAA) drong bij de onderhandelaars aan op strenge maatregelen tegen downloaders van muziek. In de Verenigde Staten geldt sinds 1998 de DCMA (Digital Millennium Copyright Act), een wet die strenger is dan in de meeste Europese landen. Dat leidde tot veel opwinding bij burgerrechtenactivisten, die vreesden dat het internet een soort politiestaat zou worden. Ook het Europees Parlement maakte zich zorgen om ACTA, vooral omdat het document in het geheim tot stand kwam. Deze definitieve versie wordt dan ook gezien als een nederlaag voor de Verenigde Staten.
Al zit er wel een addertje onder het gras, denkt Ot van Daalen van Bits Of Freedom. “In het document staat dat landen zich in zullen spannen om samenwerking tussen bedrijven op het gebied van auteursrechtenschending te stimuleren. Met andere woorden: dat providers afspraken maken met de contentindustrie over het afsluiten van gebruikers die in overtreding zijn. Dat is nog gevaarlijker, want dat onttrekt zich aan de parlementaire controle. Je ziet al voorbeelden hoe dat in de praktijk uit kan pakken. In Ierland is op die manier een particulier three-strikes-out ingevoerd, in Engeland begint provider Virgin binnenkort een experiment met verschillende partijen uit de contentindustrie. Deze versoepelde versie van ACTA vormt dus nog steeds een bedreiging.”
Judith Sargentini van GroenLinks maakt zich zorgen om dezelfde passages in het document. Het gaat met name om de passages 2.18 2, 2.18 3 en 2.18 4. “Daar wordt toch echt opgeroepen tot actie”, zegt ze. “ISP’s krijgen een rol als particuliere beveiligingsdienst opgedrongen, en daar ben ik pertinent tegen. Daarmee wordt toch de wens van de contentindustrie gehonoreerd. Het verdrag gaat in principe over namaakspullen, maar in deze passages wordt het misbruikt door de contentindustrie. Ik vind het een achterhoedegevecht. Er is behoefte aan een debat over de toekomst van het auteursrecht.
Die particuliere vorm van handhaving van auteursrecht ligt een stuk minder gevoelig bij het Europees Parlement dan het maken van nieuwe wetten. Dat bleek drie weken geleden toen met ruime meerderheid het rapport Gallo aangenomen werd. In het rapport van de Franse Europarlementariër spreken de partijen zich in beginsel uit voor meer steun aan de creatieve industrie. Vrijwillige afspraken tussen providers en de contentindustrie worden daarin als goed idee voorgesteld. Het Europees Parlement heeft de mogelijkheid het verdrag af te keuren, maar gezien de positieve respons op het rapport Gallo is het zeer de vraag of dat gaat gebeuren.