The Walkmen: harder werken en meer praten

'Soms moet iemand tegen je kunnen zeggen dat iets heel erg slecht is'

Sander Kerkhof ,

Met Lisbon maakte het New Yorkse vijftal The Walkmen hun beste album tot nu toe. Ze zijn een paar illusies armer – maar ouder, wijzer en beter in staat om het leven te vertalen in rauwe en eerlijke popsongs. Binnenkort staan ze op het Crossing Border festival.

'Soms moet iemand tegen je kunnen zeggen dat iets heel erg slecht is'

Met Lisbon maakte het New Yorkse vijftal The Walkmen hun beste album tot nu toe. Ze zijn een paar illusies armer – maar ouder, wijzer en beter in staat om hetm leven te vertalen in rauwe en eerlijke popsongs.

In 2004 brak The Walkmen door in de VS met het album Bows + Arrows en de geweldige single ‘The Rat’, waar ze zelfs David Lettermans Late Show mee haalden. Ondanks de hype volgde niet de doorbraak. Het was ook niet dat de band daar zelf echt naar op zoek ging. The Walkmen ploegden door in hun eigen tempo. Na A Hundred Miles Off (2006) en You & Me (2008) lijkt met het in september verschenen zesde studioalbum Lisbon een nieuwe periode aangebroken voor het vijftal.

Drie Walkmen-leden, middertigers inmiddels, zijn de stad ontvlucht en hebben New York ingeruild voor de relatieve rust en de lagere huizenprijzen van Philadelphia. Ze wonen in de suburbs, zijn inmiddels getrouwd en hebben kinderen. Alleen frontman Hamilton Leithauser en zijn neef, voormalig keyboardspeler en tegenwoordig bassist Walter Martin, wonen nog in Brooklyn. In een hip lunchcafe in DUMBO (Down Under the Manhattan Bridge Overpass), het stukje Brooklyn dat nu definitief is overgenomen door galerieën en kunstbobo’s, bediscussiëren ze de tornado van regen die de bloedhete zomer nu definitief heeft verjaagd uit de stad. Leithauser, in zwartleren jack, is de enigszins verveelde, maar niet onaardige frontman. Walt Martin is enthousiaster, maar heeft haast. Over een paar uur vliegt hij naar Parijs om zijn vrouw op te zoeken die ‘iets doet’ tijdens de fashion week aldaar.

The Walkmen is rond 2000 opgericht in New York en bestaat uit vijf jongens die naar dezelfde privé-highschool St.Albans in Washington D.C. gingen, grootgebracht op een dieet van Fugazi en andere lokale hardcorehelden. Drie van de vijf, waaronder Walt Martin, maakten halverwege de jaren negentig korte tijd furore met post-dc-punkband Jonathan Fire*Eater. Rond de eeuwwisseling verhuisden alle latere Walkmen-leden naar New York. In de tijd dat de Lower East Side de hipste plek van Noord-Amerika en omstreken werd, dankzij The Strokes en Interpol, verhuisden Leithauser en Martin naar het  goedkopere Harlem. ‘In die tijd was er ook rond Harlem een buzz, Bill Clinton had zijn kantoor verhuisd naar om de hoek bij onze studio op 132rd St., maar uiteindelijk is er weinig van terecht gekomen.’

Verkeerde beslissing

Het nieuwe album Lisbon is voor het eerst niet in in zijn geheel opgenomen in New York, maar ook gedeeltelijk in Dallas, Texas. ‘De plek op zich maakte niet zo veel uit, maar dat we weg waren uit New York had veel invloed op onze houding. In de studio in Manhattan waar we onze vorige plaat hadden opgenomen, raakten we snel verveeld; lui omdat we de eigenaar goed kenden. In Dallas moesten we ons wel beter gedragen.’

Leithauser haalt zijn schouders op over het feit dat het grote succes The Walkmen (nog) niet ten deel is gevallen. ‘We hebben vast ergens een verkeerde beslissing genomen, want we zijn er nog niet rijk van geworden,’ grapt hij. ‘Je komt in zoveel situaties terecht waar je niet precies weet welke kant het op gaat met de band.’ Toch denk hij dat ze het best op een gezonde manier gedaan hebben. ‘We kennen veel bevriende bands die echt populair zijn geworden en we kennen ook veel bands die niet meer bestaan. Dat we ergens daar tussenin zitten stemt me eigenlijk best tevreden.’

Het is een geruststellende uitspraak van de zanger wiens teksten getekend zijn door teleurstelling, frustratie en spijt. Zoals hij huilt in het eerder genoemde ‘The Rat’: ‘When I used to go out, I’d know everyone I saw... Now I go out alone, if I go out at all...’ Op Lisbon drijven nog steeds dezelfde wolken boven zijn hoofd. Hij ziet de zon wel ergens in de verte, soms voelt hij zelfs de warmte. Toch is er altijd en in elke gedachte een grote ‘maar’. Leithauser is de loser, de eeuwige tweede, degene die altijd in de steek gelaten wordt. Hij speelt de rol nog steeds met verve, maar de woede is inmiddels wat ingetogener, meer gekanaliseerd. ‘Ik werd ook een beetje moe van al dat geschreeuw.'

Flarden van een minuut

Lisbon is muzikaal diverser dan de vijf voorgaande Walkmen-albums. Simpelweg het resultaat van harder werken, verklaart Martin. ‘We zijn heel erg lang bezig geweest met het in elkaar zetten van de songs, wilden alles tot in detail goed doen. De eerste langzamere nummers die we schreven waren best goed en we realiseerden ons dat het best een idee was om daarop te focussen.’ Een andere werkwijze ging vooraf aan de verandering, die op het vorige album You & Me ook al hoorbaar was. Keyboardspeler Walt en bassist Peter Bauer ruilden van instrument.

Leithauser vertelt dat ze in songs als ‘Victory’ en het ‘Ring Of Fire’- echo’ende ‘Blue As Your Blood’ het geluid van vroege rock-’n-roll opnamen uit de Sun Records studio’s wilden benaderen. ‘Je kunt ook luid spelen met alleen bas, gitaar en drums. Zonder franje. Omdat we vroeger alles heel hard speelden was het makkelijker om een soort ‘fuzzfactor’ te hebben. Teksten waren minder goed verstaanbaar en niet alle ideeën even goed doordacht. Toch zijn we niet per se minder hard gaan spelen. Het is meer dat we alle overbodige bullshit hebben weggestript. Daarna kwamen de teksten vanzelf veel meer op de voorgrond.’

Vroeger praatten ze nooit onderling over de inhoud van de teksten. Dat waren gesloten kaders. Leithauser was altijd in zijn eentje verantwoordelijk, maar werkt nu via e-mail samen met Martin. ‘Toen iedereen nog in New York woonde, schreven we vaak samen nummers in de oefenruimte. Heel contraproductief. Nu sturen we elkaar fl arden van een minuut, vullen aan, becommentariëren.’ Het werkt, want de teksten zijn een stuk sterker geworden, vindt Leithauser. ‘Je hebt ineens iemand om mee te praten. Als je altijd alleen werkt, weet je vaak niet waar je staat. Soms moet iemand tegen je kunnen zeggen dat iets heel erg slecht is.’ Dat ze samen nog in de zandbak gespeeld hebben, helpt daar zeker bij.

Waarom het met The Walkmen wel lukt en met de andere bands waar ze eerder speelden niet, weten ze niet precies. Martin: ‘Bij Jonathan Fire*Eater had het veel te maken met clashende ego’s. In The Walkmen heerst er een soort van democratie. Het is lastiger om risicovolle dingen te doen of een stunt uit te halen met de band, omdat iedereen het er altijd mee eens moet zijn.’ Leithauser glimlacht: ‘Maar het werkt. Bijna.’

The Walkmen speelt op zaterdag 20 november op Crossing Border en doet een speciale live sessie op het 3VOOR12 podium. Lees meer op de speciale festivalsite. Op zondag 21 november is de band te zien in het Utrechtse Tivoli Oudegracht.