Concertmarkt onder druk: barst de live-bubbel?

"Boeken op routine is niet van deze tijd"

Atze de Vrieze ,

Geld verdienen met het verkopen van cd's moet je uit je hoofd zetten, the money is on the road. Het is een veelgehoorde redenering in de tijd van downloaden. Maar is dat eigenlijk wel zo? Of begint de live-bubbel langzaam te barsten?

"Boeken op routine is niet van deze tijd"

Geld verdienen met het verkopen van cd's moet je uit je hoofd zetten, the money is on the road. Het is een veelgehoorde redenering in de tijd van downloaden. We hoeven, met andere woorden, helemaal geen medelijden te hebben met artiesten, er is nog geld genoeg te verdienen. Grote acts als Neil Young en The Eagles durfden het aan om honderd euro voor een kaartje te vragen, en slaagden er toch in hun shows uit te verkopen. De bomen leken de laatste jaren dan ook tot in de hemel te groeien. Maar is dat eigenlijk wel zo? Of begint de live-bubbel langzaam te barsten?

Ontslagen
Vorige week maakte MOJO Concerts bekend elf medewerkers te ontslaan. Er zijn minder bands op tour, zo luidde de verklaring, en daardoor kon de gigant 35% minder concerten boeken. Het gaat dan vooral om grote concerten. Zo organiseerde MOJO dit jaar nog geen enkel stadionconcert in De Kuip of ArenA. Vandaag kwamen daar ook nog eens de jaarcijfers van het VNPF, de branchevereniging voor podia en festival bovenop, waaruit bleek dat maar liefst zestig procent van de Nederlandse podia in 2009 verlies draaide. Volgens de Volkskrant dreigt een aantal zelfs failliet te gaan, zeker met de cultuurbezuinigingen voor de deur.

De negatieve tendens in Nederland staat niet op zichzelf. Uit Amerikaans onderzoek bleek deze week dat jongeren tussen de 12 en 24 jaar veel minder naar concerten gaan dan tien jaar geleden. Bezochten ze in 2000 nog gemiddeld 2,1 concerten per jaar, nu zijn dat er nog maar 0,9. Een daling van maar liefst 57%. En als zwaard van Damokles boven de hele sector hangt Live Nation, het Amerikaanse miljardenbedrijf (o.a. eigenaar van MOJO en Ticketmaster), dat recent opnieuw verliezen meldde, niet voor het eerst. De onrust in het bedrijf neemt toe. De laatste maanden verdwenen al verschillende belangrijke topmannen uit het bedrijf, wat bij grote bedrijven vaak duidt op een aanstaande grote verandering. In het geval van The Entertainment Group kondigde het zelfs de val van het bedrijf aan.

Concurrentie van festivals
Jeroen van de Wiel, directeur van het Haagse poppodium Paard van Troje, onderscheidt een aantal belangrijke trends. Bands nemen zo weinig mogelijk risico als ze op tour gaan. Zo gaan ze minder op tour, en willen ze meer geld verdienen. Daarnaast blijven ze vaak korter in dezelfde regio. Onder druk van de recessie vallen de horeca-opbrengsten tegen, en als klap op de vuurpijl wordt het festivalseizoen steeds langer. “Op festivals kunnen bands meer geld verdienen. Daardoor neemt de druk op de laatste drie maanden van het jaar in de clubs toe. Ineens heb je in twee maanden tijd vijf geweldige singer-songwriters staan, die je liever over zes maanden zou verspreiden. Het aanbod is over de breedte kleiner geworden. Voor Nederlandse bands geldt overigens het tegenovergestelde. Waar een band vroeger een tour van tien shows deed, zijn dat er nu twintig. Dat is gunstig voor het aanbod, maar de concurrentie is daardoor juist groter.”

De keuze voor festivals is voor een belangrijk deel een financiële, en daarmee niet altijd de meest verstandige. Volgens Bas Flesseman van het onafhankelijke boekingskantoor Belmont Bookings is het nog steeds mogelijk een gezond bedrijf te hebben in de live sector, maar je moet creatief zijn. "Op routine boeken is niet van deze tijd", zegt hij. "Wij proberen met Belmont vroeg in te stappen en langzaam te groeien. Je ziet soms dat bands zich verliezen in een hype en te snel voor hoge ticketprijzen in een grote zaal staan. Het is moeilijk om dat niveau vast te houden. Het publiek dat achterin de zaal staat te ouwehoeren ben je kwijt zodra de hype voorbij trekt. Voor acts met een lange adem is planning belangrijk."

Spaarzaam
Belmont werkt voornamelijk met indiebands, waaronder Bon Iver, Megafaun, Sleepy Sun en Animal Collective, bands die soms pas bij hun derde of vierde album doorbreken. Volgens Flesseman kan het ook verstandig zijn minder snel te groeien dan zou kunnen. Als voorbeeld noemt hij de Zweedse singer-songwriter The Tallest Man On Earth. "We zijn zeer spaarzaam geweest met zijn shows in Nederland. Onlangs verkocht hij de Oude Zaal van de Melkweg uit. We hadden de show kunnen verplaatsen naar de Max of de grote zaal van Paradiso kunnen vullen, maar dat vindt hij te snel gaan. Wij boeken tours vaak voor heel Europa. Het is dan vaak een kwestie van inspelen op de vraag. Iemand als Damien Jurado bijvoorbeeld was met zijn vorige album zeer gewild in Spanje, terwijl er in Nederland nagenoeg niets mee gebeurde."

De live industrie wil veel en snel, luidt de conclusie. Volgens Jeroen van de Wiel zijn het voornamelijk grote boekers die met veel personeel in een kantoor zitten en in te grote auto’s rijden die de markt onder druk zetten. Hij pleit net als Flesseman voor meer creativiteit. “Met name voor onze meer experimentele evenementen proberen we een goed internationaal netwerk te onderhouden. Zo hebben we wel eens een act rechtstreeks kunnen boeken voor een derde van de prijs die een grote boeker in Nederland er voor vroeg.” Als het grote Live Nation nog verder in problemen raakt, is dat niet per se slecht, denkt de Paard-directeur. “Misschien ontstaat er dan juist meer ruimte.”

Lemmingen
Dat de live-bubbel net zo radicaal zal barsten als de internetbubbel, denken beide heren dan ook niet. Niet alle bands laten zich, gek gemaakt door het grote geld, als lemmingen over de rand van het ravijn jagen. De echt grote problemen ontstaan vooral bij grote investeringen als Aerosmith. “Er zijn genoeg kleine bands die veel touren en er ook nog wat aan overhouden. Ik denk dat de livesector genoeg reinigend vermogen heeft. Als de markt verandert, moet je je simpelweg aanpassen.”