De toekomst van veel Nederlandse poppodia wordt bedreigd door alsmaar oplopende kosten voor gages en huisvesting. 60% van de leden van de Vereniging van Nederlandse Poppodia en -Festivals (VNPF) heeft, ondanks een flinke ticketprijsverhoging, in 2009 een negatief resultaat geboekt. Zo liepen voor het eerst in vijf jaar de bezoekersaantallen per activiteit terug. "Daar komt die BTW-stijging nog eens overheen", reageert Berend Schans, directeur van branche-organisatie VNPF. "Ik denk dat een aantal podia zo in zwaar weer terechtkomt."
Van de 53 bij de VNPF aangesloten podia, leverden 47 hun jaarcijfers over 2009 in. De tendens is duidelijk en zeker ten opzichte van 2008 zorgelijk, geeft Schans toe. "De inkomsten zijn ook licht gestegen, maar de kosten zijn zo enorm toegenomen dat er per saldo een negatief resultaat is. De podia kregen 94,6 miljoen aan inkomsten binnen, maar de uitgaven bedroegen over 2009 bijna 97 miljoen."
In het jaarrapport dat de VNPF vandaag naar buiten brengt, is ook gekeken naar de oorzaken. Schans: "Het komt met name door de programmeringskosten. De gages van artiesten blijven stijgen. En de huren - popgebouwen zijn vaak eigendom van de gemeente - worden steeds meer marktconform. De personeelskosten en de overige kosten nemen ook overal toe, maar de gages en de huren zijn de grote uitschieters."
Door de stijgende gages zijn de ticketprijzen fors verhoogd. Dat het concertkaartje in drie jaar tijd gemiddeld 35 procent duurder is geworden, is volgens Schans een logisch gevolg van de gestegen inkoopprijs (gages) van concerten. De BTW-verhoging per 1 januari 2011, die volgens het rapport tot een entreeprijsverhoging van minimaal 12% kan leiden, brengt podia dan ook in problemen. "Je kan niet alles tot in den treure afwikkelen op de consument. Natuurlijk kan je 100 euro voor een ticket vragen, maar dat leidt onherroepelijk tot een afname van de vraag."
Tot minder bezoekers dus, maar Schans ziet geen alternatief. "We moeten het toch aan de voorkant terugverdienen, dus aan de bar, de garderobe en de ticketbalie." Vooral voor kleinere en middelgrote podia voorziet de directeur problemen. "Grote zalen als Paradiso, Melkweg, Tivoli en 013 houden hun aantrekkingskracht wel, maar podia die daaronder zitten krijgen echt met vraaguitval te maken. Het maakt nogal uit of je jaarlijks 500.000 of 380.000 bezoekers binnen krijgt. Reken maar uit: als iedereen een tientje uitgeeft, heb je een enorme inkomstenderving."
Dat kan tot ontslagen en exploitatieproblemen leiden. Het beeld dat een golf van faillissementen aanstaande is, wil Schans graag nuanceren. Niettemin stapelen de problemen zich op. "Er komen op rijksniveau bezuiningen aan, onder meer via het Popplan zullen we dat voelen, op gemeentelijk niveau wordt in ieder geval het gemeentefonds behoorlijk ingekort en de provincie moet ook bezuinigen. Als je dat in de context ziet dat een aantal poppodia nu al niet lekker loopt en er komt nog een BTW-verhoging bij..."
60% poppodia leed verlies en ontving minder publiek
Popzalen bedreigd door oplopende kosten en BTW-verhoging
De toekomst van veel Nederlandse poppodia wordt bedreigd door alsmaar oplopende kosten voor gages en huisvesting. 60% van de VNPF-leden heeft, ondanks een flinke ticketprijsverhoging, in 2009 een negatief resultaat geboekt. Zo liepen voor het eerst in vijf jaar de bezoekersaantallen terug. "Daar komt die BTW-stijging nog eens overheen", reageert VNPF-directeur Schans. "Ik denk dat een aantal podia zo in zwaar weer komt."