25 jaar Song van het Jaar: 1997

Wederom Radiohead, nu met Paranoid Android

Gijsbert Kamer ,

De Song van het Jaar is jarig. In 1985 was de eerste, donderdag 16 december vindt de uitzending van dit jaar plaats. Gijsbert Kamer van de Volkskrant duikt de komende maand voor 3VOOR12 in het immense Song van het Jaar archief.

Wederom Radiohead, nu met Paranoid Android

De Song van het Jaar is jarig. In 1985 was de eerste, donderdag 16 december vindt de uitzending van dit jaar plaats. Gijsbert Kamer van de Volkskrant duikt de komende maand voor 3VOOR12 in het immense Song van het Jaar archief. Voor tijdens het lezen: de grote Song van het Jaar shuffle playlist op Spotify. 2017 tracks, vijf dagen. Stemmen kan hier. Alles over de Song van het Jaar vind je hier.

Werden de radiomakers van de VPRO op 3 te eigenwijs gevonden om doordeweeks overdag hun ding te blijven doen, ook intern waren er grote verschillen in muzikale voorkeuren en opvattingen. Sinds het verkrijgen van de B-Status in 1984 hadden de makers een naam op te houden waar het nieuwe gitaarbands betrof. Die deden het altijd goed in de Song Van Het Jaar, maar bijvoorbeeld Gerard Walhof en Luc Janssen die gingen in programma's als Frontlijn  meer op zoek aar experimentele, op elektronische leest geschoeide muziek. Zij wilden de luisteraar ook introduceren tot house, hiphop, electronic bodymusic en de Belgische afgeleide die new beat heette. Walhof: 'Het rare was dat wij wel vonden dat al die gitaarmuziek gedraaid moest worden, maar dat de muziek die wij eraan toe wilden voegen steevast belachelijk werd gemaakt'.

Voor de buitenwereld leek het alsof de VPRO een hechte kliek was die alles mooi vonden als het maar vreemd klonk, maar intern werd er veel strijd geleverd. Jaap Boots herinnert zich nog goed hoe ze allemaal een keer per week bij elkaar kwamen om elkaar hun favoriete nieuwe plaatjes te laten horen. 'Ik was er later bijgekomen en had ook een iets andere smaak. Ik mocht het waarschijnlijk niet zeggen maar ik vond Sonic Youth en Dinosaur Jr echt verschrikkelijk. Ik kwam aan met bijvoorbeeld de Osdorp Posse en Skik. Dat leverde veel opgetrokken wenkbrauwen op bij mijn collega's. Niet des VPRO's zeiden ze dan.' Boots' inzet bleek niet helemaal voor niets want in de lijst van 1997 staat zijn geliefde Skik op 8 met Op Fietse, een plaats lager dan de Osdorp Posse met De Creatyfuslijer.


Maar ook de 'oude garde' onderling was het vaak oneens over de te volgen koers. Gerard Walhof stelt het zo: 'De middagprogramma's De Wilde Wereld en Nozems A Gogo waren als het om hiphop ging meer voor Run DMC; Luc en ik waren voor Public Enemy.'
Groter waren de tegenstellingen waar het dance betrof. Het was gebruikelijk dat iedere week een zogeheten disque pop de la semaine werd gekozen (ze hielden wel van een Duitse (Einfach Rockmuzik), Italiaanse (La Stampa) of Franse benaming). Ieder programma mocht er bij toerbeurt eentje uitkiezen. Gerard en Luc kozen een keer voor een plaat van 808 State, 90. Walhof: 'Daar stond een nummer van 17 seconden op. En ja hoor dat werd 's middags gedraaid. Ik noem geen namen maar het werd afgekondigd met de denigrerende woorden: je schijnt er nog op te kunnen dansen ook.'

Alleen daarom was het al goed dat eind jaren negentig het Hit-team werd versterkt met een aantal nieuwe namen: Job de Wit, Erwin Blom en Kees de Koning, die met zijn eigen Dutch Masters immens veel voor hiphop in Nederland had betekend. Je ziet in de lijst van 1997 ook terug dat de hokjesgeest een beetje lijkt te verdwijnen. Het is niet alleen maar Amerikaanse rock die er de dienst uitmaakt. Dance rukt op, en 1997 bleek een goed jaar voor de Britse rock.


Britpop kon je de meest spraakmakende Britse gitaarplaten van 1997 eigenlijk niet meer noemen, want Blur van Blur, met de klassieker Song 2, was een op de Amerikaanse alternative rock van Pavement gestoeld album. Urban Hymns van The Verve en Ladies And Gentlemen We Are Floating In Space van Spiritualized waren ook niet echt vrolijke meezingplaten, terwijl de belangrijkste van allemaal, OK Computer van Radiohead, meer naar progrock dan naar The Beatles verwees.

De nummer 1 voor Radiohead in de Song Van Het Jaar 1997 was onvermijdelijk omdat het een nummer was dat zo anders klonk dan al het andere, en tegelijk ook heel toegankelijk. Eindelijk een nummer dat gewaardeerd werd door zij die graag zien dat rock 'n roll zich vernieuwt als zij die passie prefereren boven progressie. Niet iedereen vond Paranoid Android overigens goed. Er werd ook geschamperd dat het een jaren negentig versie van Bohemian Rhapsody zou zijn. Dat was bedoeld als een diskwalificatie, wat ik nooit begrepen heb. Ik vind Bohemian Rhapsody een van de beste en meest gedurfde popsingles aller tijden en Paranoid Android eigenlijk ook.

Zoals ik nooit vergeet hoe de muziekleraar in mijn brugklas een keer een hele les wijdde aan A Night At The Opera, en voor velen met mij de perceptie van popmuziek definitief zou veranderen, zo verbijsterd was ik toen ik voor het eerst van een promo-cassette zes nummer van OK Computer hoorde. Paranoid Android vergaarde bijna drie keer zoveel punten als de nummer 2, The Prodigy met Smack My Bitch Up. Het album The Fat Of The Land was de plaat waar dat jaar het meest naar uitgekeken werd, maar nog altijd vind ik er behalve de drie singles (ook Breathe en Firestarter) weinig aan.