The Dodos: niet lullen maar spelen

Interactie cruciaal bij band uit San Francisco

Atze de Vrieze ,

Communicatie zonder al te veel woorden, daar heeft de Amerikaanse band The Dodos zich op toegelegd. Misschien is dat wel het geheim achter de spanning die je terughoort in de muziek van het trio. Drummer Logan Kroeger: "Meric kan mij gemakkelijker emotie tonen als we spelen dan als we praten."

Interactie cruciaal bij band uit San Francisco

Een interviewer die met de drummer van een band opgescheept wordt, is doorgaans op zijn teentjes getrapt. En terecht. Drummers zijn meestal onopvallende types, die weliswaar vaak een goed gevoel voor humor hebben, maar weinig bijdragen aan de aard van een band. Gitaristen willen nog wel eens de stille kracht zijn, maar uiteindelijk draait het toch gewoon om de frontman, het brein. Maar waar de meeste drummers in het donker achteraan zitten, staat de kit van Logan Kroeger van de Amerikaanse band The Dodos rechts voor op het podium. 'Wij zijn een behoorlijk democratische band,' zegt Kroeger. “De helft van wat je hoort komt van mij. Hoewel: bij fundamentele beslissingen kijk ik toch naar Meric.”

Nog een reden om blij te zijn met Logan Kroeger als gesprekspartner: Meric Long is niet zo'n prater, zo bleek bij een eerdere ontmoeting. Hij formuleert zijn zinnen behoedzaam, houdt afstand. Dat wil zeggen: over zijn muziek praat hij gemakkelijk. Over zijn bijzondere ritmische gitaartechniek, waarvoor hij de nagel aan zijn rechter duim uit liet groeien tot een levend plectrum. En over de interactie met zijn drummer, die cruciaal is voor het geluid van de band. Long speelt gejaagd, fel. Logan Kroeger beantwoordt met stuwende drums en backing vocals.

Dat geluid was er al op debuutalbum Beware Of The Maniacs (2006), alleen wat ongepolijst. Het werd geperfectioneerd op Visiter (2008). Dit jaar verscheen Time To Die, een iets lichter album, waarop de warmbloedige vibrafoon een belangrijkere bijrol kreeg. Tijdens de vorige tour was The Dodos officieus al uitgegroeid tot een trio, sinds Time To Die is er een officieel derde lid: Keaton Snyder. “In de loop van de tour zijn we de vibrafoon steeds meer gaan gebruiken,” zegt Kroeger. “Meric heeft een nieuwe gekocht en allerlei effecten om het geluid mee te vervormen. Melodie is belangrijker geworden, al beginnen onze songs altijd met een ritme of een gitaarriff. Op Time To Die hebben we ook veel gespeeld met het tempo. Sommige liedjes hadden de felheid, de rauwheid van Visiter, maar er klopte iets niet. Het kwartje viel toen we ze rustiger gingen spelen. Meric haat het woord 'volwassen', maar dat is wel wat het is. Ik heb veel meer balans gevonden tussen de hectiek van het touren en mijn persoonlijke leven.”

Die volwassenheid, zo bleek in dat eerdere interview, daar worstelt Meric Long mee. Zowel op muzikaal als op persoonlijk vlak. Kort gezegd: jaren had hij er over gedaan een uniek geluid te vinden en de aandacht op zijn band te vestigen. Toen dat lukte met Visiter, doemde een groot, gapend gat op. Wat nu? Waar wil ik eigenlijk over schrijven? Hij schreef er zelfs een song over op Visiter: Fools, een liedje over een generatieconflict tussen een idealistische vader en zijn zoon. Het nummer Two Medicines, op het nieuwe album, gaat over iemand die wanhopig op zoek is naar richting. 'You have opinions, but you're never going to tell / You gather millions, and you stick in a well / It's like an opera, just singing about yourself / You feel nothing...'

“Dat soort dingen deelt hij niet met mij,” zegt Kroeger. “Meric schrijft zijn teksten het liefst in volstrekt isolement. Ik weet vaak niet waar ze over gaan, en ik hoef dat ook eerlijk gezegd niet te weten. Zijn meest vreemde songs vind ik het mooist. Een nummer als The Strums op het nieuwe album, waarin hij zingt over het vermoorden van je ouders, je leraren en dominees, zo'n tekst fascineert me. Maar het album is minder donker dan je op basis van zo'n voorbeeld zou denken. Niet voor niets heet een van de songs Small Deaths. De 'grote dood' speelt geen belangrijke rol. De dood staat symbool voor verandering, wedergeboorte. Verder kan ik niet echt voor hem spreken.”

Dat is niets om je voor te schamen. Er zijn zo veel muzikanten die gelukkig zijn met hun rol en het grote geheel graag aan een ander later, maar Kroeger voelt zich toch wat betrapt, zo blijkt. “Meric en ik hebben in de loop der jaren een ongezonde hoeveelheid tijd met elkaar doorgebracht. Inmiddels ken ik hem behoorlijk goed, maar dat heeft veel tijd gekost. Hij is een innemende persoon, maar hij is heel selectief wie hij toelaat in zijn leven.” Een voorbeeld daarvan is Kroeger nota bene zelf. Hij vergelijkt zichzelf met oud-bandgenoot Joe Haener, de voorganger van Keaton Snyder. “Hij was al een vriend van Meric voor hij met ons begon te spelen. Ik had soms wel het gevoel dat Meric bang was om vriendschappelijker met mij om te gaan dan met zijn 'echte' vriend Joe. We hadden lange tijd vooral een professionele relatie. We hebben overigens alles behalve ruzie met Joe, maar voor vriendschappen is het niet bevorderlijk om samen in een creatief proces te zitten.”

Met andere woorden: de muzikale spanning tussen Long en Kroeger is deels een persoonlijke spanning. Geen vijandschap, maar een afstand. “Ik ben eraan gewend en ik ervaar het niet als een probleem. We kunnen prima met elkaar lachen op tour. Dan hebben we het vooral over onzinnige dingen, zoals dat gaat op tour. Om de zoveel tijd hebben we ineens een serieus gesprek, een uur, ergens aan de bar. Vaak over muzikale ideeën. En misschien is de manier waarop wij met elkaar om gaan inderdaad juist wel heel goed voor de muziek. Vooral in de begindagen voelde ik die spanning heel sterk als we aan het jammen waren. Meric kan mij gemakkelijker emotie tonen als we spelen dan als we praten.”

Time To Die van The Dodos verschijnt op Wichita/V2. The Dodos spelen zaterdag 28 november op Le Guess Who? in Utrecht. Het album Time To Die is tijdelijk te horen op de speciale Le Guess Who? Luisterpaal.