Rapper Mo$heb veroordeeld voor bedreiging Geert Wilders

Rotterdammer direct in hoger beroep tegen het vonnis

Erik Zwennes ,

De Rotterdamse rapper Mo$heb is vrijdag veroordeeld tot een werkstraf voor bedreiging van politicus Geert Wilders. Wilders deed aangifte vanwege de tekst van het nummer Wie Iz De Volgende van de mixtape De Voorbereiding. Mo$heb gaat in hoger beroep.

Rotterdammer direct in hoger beroep tegen het vonnis

De Rotterdamse rapper Mo$heb is vrijdag veroordeeld voor bedreiging van politicus Geert Wilders. Ruim anderhalf jaar geleden werd Mo$heb, lid van rapgroep de Nationale Straat Piraten (NSP), gearresteerd nadat hij zich te laat had gemeld op het politiebureau. Hij was ontboden om zijn verhaal te doen omtrent de ophef over zijn nummer Wie Iz De Volgende van de mixtape De Voorbereiding. Geert Wilders voelde zich bedreigd door de tekst van het nummer. De artiest is veroordeeld tot 80 uur werkstraf en 2 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf. De advocaat van Mo$heb is direct in hoger beroep gegaan tegen het vonnis.

In Wie Iz De Volgende refereert de artiest aan de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh en vraagt zich af wie de volgende is. Wilders deed aangifte waarmee de zaak afgedaan leek. De advocaat van Mo$heb gaf destijds aan dat hij van mening is dat de tekst geen werkelijke bedreiging is, omdat slechts sprake is van een droom die beschreven wordt. Dit argument is nu door de rechter van tafel geveegd. De persrechter laat weten dat de rechter oordeelde dat een kunstenaar moet kunnen confronteren en shockeren, maar nimmer mag bedreigen. “Het idee van de droom in de rap, komt maar één keer terug. Daarnaast doet de rapper diverse bedreigende uitspraken die hier los van staan. De rechter oordeelt dus dat er duidelijk sprake is van een bedreiging aan het adres van de heer Wilders.”

Mo$heb is tegen het vonnis in hoger beroep gegaan. Hij en zijn advocaat Haroon Raza zijn het hartgrondig oneens met de argumenten die de rechter vanmorgen heeft aangedragen. “Ondanks respect voor deze rechtbank oordeelt mijn cliënt dat volledig voorbij is gegaan aan de context van de rap.” vertelt Raza. “Het is duidelijk dat het hier niet om een rechtstreekse bedreigingen gaat. Daarnaast is er nog de feitelijke onjuistheid dat mijn cliënt ook videobeelden rondom de rap verspreid zou hebben. Het gaat enkel om audio van de tekst.”

Het hoger beroep zal naar verwachting pas over 6 tot 12 maanden dienen.