3VOOR12 bespreekt Album van de Week (36): Wild Beasts

Two Dancers schildert de zwarte romantiek van het straatleven

Atze de Vrieze ,

Als de Britse popmuziek een pub zou zijn, zou Wild Beasts de stille artistieke jongen in het donkerste hoekje zijn, observerend en fantaserend over de intensiteit van het leven. Hun album Two Dancers is Album van de Week.

Two Dancers schildert de zwarte romantiek van het straatleven

Cafés, meisjes en nachtelijke straathoeken zijn de laatste jaren regelmatig onderwerp geweest in de Britse popmuziek. “I don’t want to be the last to leave, wait for me”, zong Pigeon Detectives-zanger Matt Bowman uit volle borst, terwijl hij haastig de laatste slok van zijn pint naar binnen werkte. Kooks-zanger Luke Pritchard stond al met een meisje aan zijn arm bij de deur, als de vier maten van Little Man Tate door de zaak riepen dat ze nog wel een feestje weten bij iemand thuis.

Ergens in een slecht belichte hoek van die pub moeten ook Hayden Thorpe en Tom Fleming van Wild Beasts gezeten hebben. Ze zijn ongeveer even oud als Bowman en Pritchard, maar ze zijn artistieker gekleed en moeilijker te plaatsen. De songs van hun band Wild Beasts zijn veel minder direct en hebben barokke arrangementen, die eerder Amerikaans dan Brits aan doen. Wild Beasts komt uit Leeds, maar had net zo goed een Amerikaanse supergroep met leden van Yeasayer en Of Montreal kunnen zijn.

Het meest onderscheidt Wild Beasts zich door de bizarre samenzang tussen Thorpe en Fleming. Fleming heeft een warme, donkere stem, terwijl Thorpe met een kirrende falset zingt. Ze wisselen soms om de zin, wat een vreemde balans geeft tussen labiele gekte en ferme overtuiging. Die balans is beter op orde dan op debuutalbum Panto Limbo, dat doorsloeg naar de theatrale kant. Nu stapt niet alleen Fleming vaker naar voren, ook Thorpe zingt vaker ingehouden, waardoor zijn snerpende uithalen meer effect hebben.

De impressionistische werkjes van Wild Beasts bieden niet persé een zwartgallig beeld van het nachtleven, al lijkt het daar wel op. Eerder gebruikt de band de nacht als het decor voor de intensiteit van het leven. De songs staan vol met verwijzingen naar seks, nachtclubs, geweld. Cryptisch, maar tegelijkertijd heel tastbaar. Het laatste bijvoorbeeld in single Hooting & Howling, dat een versplinterd beeld oproept van een groep rellende hooligans, vechtend om meisjes en om de verveling te verdrijven. De drie hoofdlijnen komen samen in het titelnummer, en dan vooral in het bizarre fysieke beeld: “His hairy hands. His failling fists. His dancing cock. Down by his knees.” Net als Bloc Party’s Kele Okereke schrijft Wild Beasts observerend, met veel gevoel voor drama. Wild Beasts is een band die keuzes durft te maken en anders durft te zijn.

Two Dancers verschijnt bij Domino/Munich. Het album is nu te beluisteren op de Luisterpaal. Wild Beasts speelt later dit jaar op London Calling in Amsterdam en op Le Guess Who in Utrecht.