Plasterk legt advies Raad voor Cultuur ongezien naast zich neer

…en vraagt om snelle budgettaire herziening. De adviezen op een rij

Minister Plasterk van Cultuur ziet niets in een verhoging van de subsidies voor culturele instellingen. De minister verzoekt de Raad om met een snelle herziening te komen. De raad heeft hier nog niet over besloten. De gepresenteerde adviezen hebben gemengde reacties opgeleverd. Zo vreest de Popronde voor zijn bestaan en vindt Noorderslag de Raad ‘traditioneel’.

…en vraagt om snelle budgettaire herziening. De adviezen op een rij

Bij de presentatie van het advies van de Raad van Cultuur voor de periode 2009 -2012 heeft minister voor Cultuur Ronald Plasterk de voorstellen direct afgewezen. Het bedrag van 26,6 miljoen euro boven de begrote 244,5 miljoen ziet Plasterk niet zitten. De minister wil niets weten van het pleidooi van de Raad om meer geld uit te trekken voor subsidies aan culturele instellingen. In totaal is er door culturele instellingen voor de komende vier jaar 352,4 miljoen euro subsidie aangevraagd. Het advies van de Raad, dat eens in de vier jaar wordt opgesteld, behandelt onder andere de subsidieaanvragen van Noorderslag/Eurosonic, de Popronde, Muziek Centrum Nederland (MCN), het Nederland Fonds voor de Podiumkunsten+ (NFPK+) en het Paradiso-Melkweg Productiehuis. Plasterk heeft de Raad gevraagd om binnen een maand een herzien advies uit te brengen. De Raad regeert teleurgesteld en besluit later of het gehoor zal geven aan het verzoek van de minister. Hieronder de belangrijkste adviezen voor de popmuziek. Indien de Raad alsnog in de begroting gaat snijden kan worden verwacht dat de voorgestelde subsidieringen eerder lager dan hoger uitvallen.

In het advies van de Raad voor Cultuur is meegenomen dat veel subsidieaanvragen nu bij het NFPK+ dienen te worden ingediend. De Raad zegt vertrouwen te hebben in de aanpak van het fonds en adviseert een verhoging van de subsidie van de huidige 48,6 miljoen naar 53 miljoen euro. Saillant detail is de kanttekening in het advies waarin de Raad waarschuwt voor te hoge verwachtingen van de aangekondigde vereenvoudiging van aanvraagprocedures.

De organisator van de Popronde, stichting Popwaards kreeg bij de bovengenoemde NFPK+ nul op het rekest en toog, na het uitgebreid inwinnen van informatie en tips, naar de Raad voor Cultuur. In de gepresenteerde voorstellen van de Raad is opnieuw geen positief advies gegeven aan Popwaards. Publicitair medewerker van Popwaards, Bas Broeder, is teleurgesteld en zelfs enigszins beledigd. “We hebben een uitgebreide en ambitieuze aanvraag bij het juiste loket ingediend. In het advies zijn we beoordeeld onder de kop ‘Amateurkunst en Cultuureducatie’, dat is natuurlijk onzin. Wij hebben geen directe educatieve functie. We organiseren een festival voor beginnende, maar talentvolle bands. Ik kijk er dus niet van op dat we in deze sector zijn afgewezen.” Het is volgens Broeder nog maar de vraag of de Popronde dit jaar doorgaat. “Elk jaar zijn we druk met het aan elkaar breien van de begroting. We zullen ons moeten beraden op de toekomst.” Dinsdag komt het bestuur van het festival bijeen om de stand van zaken te bespreken.

Het MCN wordt niet zonder kanttekeningen behandeld. De Raad mist een overtuigende visie over de te behalen voordelen die met de fusie zouden moeten ontstaan. Ook de plannen van het MCN ten opzichte van andere sectorinstituten en fondsen zijn volgens het advies nog te summier uitgewerkt. De gevraagde subsidieverhoging van ruim 4,3 naar 5,5 miljoen euro is niet geadviseerd. Mogelijk gebeurt dit alsnog nadat het MCN zijn huiswerk beter doet en een nader beleidsplan indient, zo is te lezen in het advies.

Noorderslag wordt positief beoordeeld. Men is onder de indruk van het festival en wil verdere ontwikkeling ondersteunen. Het Groningse showcasefestival gaat er in het advies enkele duizenden euro’s op vooruit, maar krijgt niet de gewenste anderhalve ton voor de ontwikkeling van een website ‘ten behoeve van de Europese popmuziek’. In de Volkskrant van vrijdag 16 mei verwoordde Noorderslag directeur Peter Smidt zijn gemengde gevoelens bij het advies. ‘We zijn blij met het positieve advies, maar we zijn ook teleurgesteld - 250 duizend euro aangevraagd en het advies is 123.500. We willen een breed digitaal platform bouwen, waarop we samenwerken met grote Europese festivals en publieke omroepen. Ik heb het vermoeden dat de raad toch kiest voor traditionele cultuur.”

Pech voor Friese Bands als Suicidal Birds, Adept of Bonne Aparte: de plannen voor een nieuw te ontwikkelen Fries Productiehuis Popcultuur vindt de Raad mager onderbouwd en te zeer regionaal georiënteerd. Er is geen vertrouwen in enige meerwaarde ten opzichte van bestaande productiehuizen op het gebied van popmuziek. De gevraagde 130.000 euro worden niet positief geadviseerd. Het productiehuis wordt doorverwezen naar het NFPK+. Elders in het advies wordt geoordeeld dat het muziekbestel momenteel het meest gebaat is bij productiehuizen voor elektronische muziek en cross-overs in de popmuziek.

Het Paradiso-Melkweg Productiehuis (PMP) wordt wél opgenomen in de zogenaamde basisinfrastructuur 2009-2012. Echter niet zonder kritische kanttekeningen. Zo vindt de Raad dat teveel projecten worden aangedragen door ervaren makers en is het productiehuis teveel gericht op het voortzetten van bestaande samenwerkingsverbanden. Wie de artistieke eindverantwoordelijkheid heeft, is niet altijd duidelijk en de beoordelingscriteria evenmin. Ook wordt het onwenselijk geacht dat de algemeen directeuren en programmeurs van Paradiso en Melkweg de artistieke raad van PMP vormen. ‘Dit is begrijpelijk, maar onwenselijk, aangezien voor beide activiteiten verschillende financieringswijzen bestaan en PMP alleen voor zijn productietaak structurele rijkssubsidie kan aanvragen’, aldus de Raad. Het productiehuis kan volgens het advies rekenen op minder dan de helft van de gevraagde vierenhalve ton subsidie.


Overige bijzonderheden uit het advies van de Raad voor Cultuur:

-De Raad constateert op basis van de beleidsplannen dat een aantal festivals hun activiteiten willen uitbreiden door ook buiten de festivalperiode te programmeren. In principe is de Raad hiervan geen voorstander, gezien het overaanbod binnen sommige van de podiumkunsten.

-De Raad stelt voor om alle productiehuizen muziek bij het NFPK+ onder te brengen. Vier podia hebben er voor gekozen als productiehuis een aanvraag te doen. Deze voldoen niet allemaal aan de beoordelingscriteria maar kunnen ook niet terecht bij het NFPK+. De Raad adviseert de minister het NFPK+ de opdracht mee te geven deze problematiek ruim aandacht te geven en voor podia die tussen wal en schip dreigen te vallen een oplossing te vinden en met de andere overheden in het kader van de cultuurconvenanten daarover zo nodig afspraken te maken.

-Wereld Cultureel Centrum RASA mag er vanuit gaan dat het voor de komende vier jaar veilig is door uitruil van rijkssubsidies met de Gemeente Utrecht. Voor de uitbreidingsplannen van RASA (van de productionele activiteiten van tournees en festivals.) adviseert het om het verzoek alsnog in aanmerking te laten komen voor behandeling door het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+.

-Het zijn veeleer de podia en festivals die een actieve, ontwikkelende en effectieve rol in de muziekpraktijk spelen. Voor dit belangrijke gegeven is te weinig aandacht. De subsidieregeling sluit bovendien instellingen uit, zoals de ensembles die in Nederland een cruciale rol spelen bij de instandhouding en ontwikkeling van de oude muziek, hedendaagse muziek, kamermuziek, jazz en geïmproviseerde muziek, elektronische muziek, wereldmuziek en popmuziek.
Daarom is de Raad van mening dat voor een representatieve landelijke basisinfrastructuur muziek en muziektheater ook dat deel van de muzieksector moet worden meegenomen dat door het NFPK+ wordt ondersteund. Pas dan zullen alle functies voor alle genres worden ingevuld en is er sprake van een landelijke basisinfrastructuur, waarover een integraal oordeel mogelijk is.

-In de popsector lijkt het dat innovatie de afgelopen jaren een wezenlijke rol heeft gespeeld. Omdat de grote platenmaatschappijen niet of nauwelijks nieuwe Nederlandse acts contracteren, gebruiken die acts het web als alternatief en effectief promotiemiddel. Daar waar het beschikbaar stellen van content als marketingmiddel steeds meer gemeengoed wordt, heerst in de klassieke sector nog onwennigheid over het ‘weggeven’ van materiaal. Ook op het snijvlak van cultuur en maatschappij worden in de pop creatieve alternatieven aangewend. Het internationale Sellaband-project is daarvan een mooi voorbeeld.