Sinds vijf jaar opereert The Hold Steady vanuit Brooklyn, New York. De eerste twee albums bleven hangen bij een klein publiek, maar op Boys And Girls In America lukt het de band om in korte tijd een veel groter publiek aan zich te binden. Het album dat in de herfst van 2006 in de VS verscheen, kreeg louter lovende recensies. Deze week staat de wereldwijde release gepland en daarom kozen wij Boys And Girls In America van The Hold Steady als Album van de Week.
Boys And Girls In America staat in feite bol van de classic rock. We horen de bombast van Meatloaf, de barokke pianoakkoorden van Bruce Springsteen, de Hammonds van The J.Geilsband en gewoon de bluesrock van bijvoorbeeld Herman Brood. Dus The Hold Steady maakt gewoon ouderwetse kroegrock. En dat vonden we stom, toch? Toch? Welnee natuurlijk, maar wie heel even door de zure appel heen bijt en het album nog een kans geeft, hoort wel degelijk dat er iets vreemds aan de hand is met The Hold Steady. Is dit het nieuwe hip?
De bezetting van de band is klassiek: bas, zang, twee gitaren, een Hammond orgel en drums. Geen eigentijdse elektronica maar haast afgelikte solo’s op stratocasters en af en toe dat vet pompende Hammond geluid: niets nieuws dus, maar toch wel heel erg lekker. En dan zanger/gitarist Craig Finn. Met een dikke sneer spuugt hij zijn komische teksten over de elf nummers op Boys And Girls In America. Het is meer praten dan zingen wat hij doet, maar dan wel op een zeer aanstekelijke manier. In de openingstrack Stuck Between Stations valt er na één luisterbeurt meteen een zin uit: ‘she was a damn good dancer but she wasn't all that great of a girlfriend’. Finn is een stand-up comedian die toevallig in een goede band is terecht gekomen.
Het album komt als een soort denderende vloedgolf van bier zweet en tranen over je heen. Pas halverwege het album in First Night gaat voor het eerst even de druk van de ketel af. Dat is maar goed ook, want na vier nummers lijkt de cd-speler op ontploffen te staan. Vervolgens wordt er weer verder gehakt in een stevige tweekwartsmaat. Tot in Citrus niets meer overblijft dan een akoestische gitaar en de stem van Finn. En In Chillout Tent toveren de New Yorkers wel een heel ranzig dameskoortje uit de hoge hoed. The Hold Steady komt er natuurlijk gewoon mee weg.
The Hold Steady is te bestempelen als weer zo’n boegbeeld van de hedendaagse New Yorkse hipsterscene, waarin humor, stijl en een muzikaal geweten belangrijke peilers zijn. Neem bijvoorbeeld stadsgenoot Adam Green: hij is een singer-songwriter waarbij je duidelijk zijn geloofwaardige indieachtergrond kunt horen. Green is, mede door handige kwinkslagen en clevere woordgrappen, een ongrijpbare artiest geworden. Of neem die andere stadsgenoten: LCD Sooundsystem. Ook de danceband van James Murphy is onmiskenbaar indie, heeft eenzelfde herkenbare kledingstijl en teksten vol grappen en grollen. Luister Losing My Edge er nog maar eens op na. Dit is meer dan zomaar een danceact van deze tijd. Murphy mixt een muzikaal geweten, humor en stijl tot een wel heel vertrouwd klinkende eigentijdse dansact.
En dat is eigenlijk wat The Hold Steady ook doet. Humor, stijl en een muzikaal geweten, samen gekneed tot een bal van eigentijdse kroegrock. Boys And Girls In America is daardoor misschien wat lastig te plaatsen. Maar who cares, het is een fantastische schijf waarvan zweet en humor de ingrediënten zijn. The Hold Steady maakt bluesrock met een indie bite. En dat maakt Boys And Girls In America van een ongrijpbare klasse.
Het album is tijdelijk in de luisterpaal te horen.
Boys And Girls In America staat in feite bol van de classic rock. We horen de bombast van Meatloaf, de barokke pianoakkoorden van Bruce Springsteen, de Hammonds van The J.Geilsband en gewoon de bluesrock van bijvoorbeeld Herman Brood. Dus The Hold Steady maakt gewoon ouderwetse kroegrock. En dat vonden we stom, toch? Toch? Welnee natuurlijk, maar wie heel even door de zure appel heen bijt en het album nog een kans geeft, hoort wel degelijk dat er iets vreemds aan de hand is met The Hold Steady. Is dit het nieuwe hip?
De bezetting van de band is klassiek: bas, zang, twee gitaren, een Hammond orgel en drums. Geen eigentijdse elektronica maar haast afgelikte solo’s op stratocasters en af en toe dat vet pompende Hammond geluid: niets nieuws dus, maar toch wel heel erg lekker. En dan zanger/gitarist Craig Finn. Met een dikke sneer spuugt hij zijn komische teksten over de elf nummers op Boys And Girls In America. Het is meer praten dan zingen wat hij doet, maar dan wel op een zeer aanstekelijke manier. In de openingstrack Stuck Between Stations valt er na één luisterbeurt meteen een zin uit: ‘she was a damn good dancer but she wasn't all that great of a girlfriend’. Finn is een stand-up comedian die toevallig in een goede band is terecht gekomen.
Het album komt als een soort denderende vloedgolf van bier zweet en tranen over je heen. Pas halverwege het album in First Night gaat voor het eerst even de druk van de ketel af. Dat is maar goed ook, want na vier nummers lijkt de cd-speler op ontploffen te staan. Vervolgens wordt er weer verder gehakt in een stevige tweekwartsmaat. Tot in Citrus niets meer overblijft dan een akoestische gitaar en de stem van Finn. En In Chillout Tent toveren de New Yorkers wel een heel ranzig dameskoortje uit de hoge hoed. The Hold Steady komt er natuurlijk gewoon mee weg.
The Hold Steady is te bestempelen als weer zo’n boegbeeld van de hedendaagse New Yorkse hipsterscene, waarin humor, stijl en een muzikaal geweten belangrijke peilers zijn. Neem bijvoorbeeld stadsgenoot Adam Green: hij is een singer-songwriter waarbij je duidelijk zijn geloofwaardige indieachtergrond kunt horen. Green is, mede door handige kwinkslagen en clevere woordgrappen, een ongrijpbare artiest geworden. Of neem die andere stadsgenoten: LCD Sooundsystem. Ook de danceband van James Murphy is onmiskenbaar indie, heeft eenzelfde herkenbare kledingstijl en teksten vol grappen en grollen. Luister Losing My Edge er nog maar eens op na. Dit is meer dan zomaar een danceact van deze tijd. Murphy mixt een muzikaal geweten, humor en stijl tot een wel heel vertrouwd klinkende eigentijdse dansact.
En dat is eigenlijk wat The Hold Steady ook doet. Humor, stijl en een muzikaal geweten, samen gekneed tot een bal van eigentijdse kroegrock. Boys And Girls In America is daardoor misschien wat lastig te plaatsen. Maar who cares, het is een fantastische schijf waarvan zweet en humor de ingrediënten zijn. The Hold Steady maakt bluesrock met een indie bite. En dat maakt Boys And Girls In America van een ongrijpbare klasse.
Het album is tijdelijk in de luisterpaal te horen.