Vrijdag goede binnenkomer STRP

Eerste avond van een veelbelovend festival

Aan de vooravond van STRP is iederen nog gespannen. Het festival heeft namelijk geen gelijksoortig evenement om zich aan te spiegelen. De combinatie van muziek en techniek is in deze vorm vrij uniek. 3VOOR12 doet verslag van een nieuw Eindhovens festival met veel potentie.

Eerste avond van een veelbelovend festival

De hectiek van een festival in de dop is merkbaar aan de vooravond van STRP's allereerste editie. Stagehands zijn druk in de weer met podiumonderdelen, geluidstechnici draaien verwoed aan de knoppen van hun panelen en mannen met walkie-talkies leggen al ijsberend de laatste hand aan de nachtprogrammering. In de vier hallen van het voormalige Philipscomplex Strijp-S staat al vanaf gisteren een bonte verzameling van robotica en audiovisuele artworks opgesteld. Maar het echte feest moet nog beginnen. Het terrein waar in de twintigste eeuw enkele grote technologische uitvindingen zijn gedaan dient dit weekend als lokatie voor Eindhovens grootste muziek- en technologie evenement. Iedereen kijkt gespannen uit naar het uur van de waarheid. Want STRP heeft geen vergelijkbaar evenement om zich aan te spiegelen. Organisator Frens Frijns zoekt de synergie tussen kunst, muziek en techniek. Maar anders dan bij bijvoorbeeld Robodock moet muziek op STRP de boventoon voeren. Frijns' concept oogst internationaal respect. Het toonaangevende Amerikaanse webzine Pitchfork schreef erover: "Festivals, stop copying Woodstock! You don't have to put your party out in a field. Follow the lead of the first annual STRP festival, at the former Dutch industrial center of electronics giant Philips. How dystopian." Ziehier, Eindhoven profileert zich dankzij het festival zelfs overzees als één der geksten. En wie anders dan de Duitse Karl Bartos kan een brug slaan tussen muziek en techniek? Zijn groep Kraftwerk stond in de zeventiger jaren niet alleen aan de wieg van de elektronische muziekrevolutie, maar schetste met haar muziek een even utopisch als luguber beeld van een maatschappij, waarin de mens steeds afhankelijker wordt van de technologie. Van dagelijkse apparaten als de fiets en de telefoon tot grote uitvindingen als de atoombom, allemaal hebben ze een plaats verworven in het beroemde repertoir van Kraftwerk. De solo-liveset van Bartos bestaat uit een reeks klassiekers, die voor de gelegenheid 'richtig aufgepimpt' zijn. Had je bij het Kraftwerk-concert in de Heineken Music Hall nog kunnen denken dat de groepsleden aan het MSN-nen waren, vanavond is duidelijk te zien hoe Bartos zijn akkoorden speelt en zijn teksten zingt. Dat maakt het anderhalf uur durende concert tot een bijzondere gewaarwording. Met de synthesizer als kansel predikt Bartos nog eenmaal zijn geloof voor een jonge parochie. De meesten van zijn toehoorders waren nog niet eens geboren toen de nummers werden geschreven, maar velen van hen worden alsnog bekeerd. 3VOOR12-blogger, muzikaal programmeur van STRP en technodeejay van onder de rivieren Lady Aida voert de grote zaal vervolgens van West-Duitsland in de seventies naar Detroit in de eighties, met een hele reeks klassieke platen. Want volgende op de line-up is Jeff Mills, die nog immer te boek staat als een van de belangrijkste grondleggers van de Detroit techno. Maar the Wizzard, zoals zijn naam vroeger luidde, teert al jaren op dezelfde truukjes. Zo ook vanavond. Als hij voor de duizendste keer The Bells uit zijn vervilte hoed tovert, slaat de verveling toe. Zelfs de grootste Millsfanaat moet schoorvoetend toegeven dat de beste man zijn Roland beter kan verruilen voor een rollator. Techno heeft nog nooit zo voorspelbaar geklonken. Op naar de kleine zaal dus, waar het experiment god zij dank wèl de boventoon voert. Dit is vanavond het domein van acts als David Grubbs en Vert, die de elektronica naar een hoger plan trachten te tillen. Laatstgenoemde band faalt hierin echter jammerlijk, grotendeels door de belabberde opstelling van de geluidssystemen. Hun serene eenentwintigste eeuwse laptopwaltzen worden pijnlijk overstemd door de herrie uit de grote zaal. Zonde. Wat dat betreft brengt Mouse On Mars het er een stuk beter af. Het Duitse tweetal weet de meest freaky beats op een dansbare manier aan de man te brengen en al gauw verandert de kleine zaal in een sfeervol alternatief voor de centrale hal. In de centrale hal maakt rond een uur of vier Octave One haar opwachting. Dit Detroitse tweetal staat vooral bekend om de wereldwijde clubhit Blackwater uit 2002. Maar de twee blijken meer in hun mars te hebben. Zoals het de ware Afro-Amerikaan betaamt, brengt het duo een energieke technoset vol bezieling. Als Anne Saunderson plots het podium beklimt om de vocalen van Blackwater mee te zingen, zou je bijna vergeten dat er in de kleine zaal ook nog een knaller geprogrammeerd staat. Atom Heart heeft in twintig jaar zo'n zeventig(!) albums geproduceerd, ook onder zijn pseudoniem Señor Coconut. De Duitser die tegenwoorig in Santiago de Chile woont geeft samen met een handlanger een daverende acidset weg. Zelfs I Wanna Dance With Somebody van Whitney Houston wordt voorzien van een donkere basdrum en omgevormd tot een overtuigende acidkraker. En dan blijkt het al zes uur te zijn en zit de eerste nacht erop. Een paar muzikale hoogtepunten hebben niet kunnen verbloemen dat de rest van de acts een beetje tegenvielen. Maar de sfeer is de hele avond niets dan gemoedelijk geweest. Dankzij de kruising tussen arty kunstacademiestudenten, vuige krusties en keiharde housers heeft het festival een hele frisse uitstraling van ouderwetse gezelligheid. Op naar de zaterdag!