Ik heb altijd gemeend dat je als muziekrecensent direct een jaartje moet kappen zodra muziek je zonder aanleiding of om de vreemdste redenen begint te storen. En ik heb me hier altijd aan gehouden. Zinnige redenen mogen daarentegen nooit een aanleiding zijn.
Zo zou ik in staat kunnen zijn om het bijltje erbij neer te gooien nu dit achterlijke land het ding genaamd Antony & The Johnsons heeft omhelsd. Maar ja, dan had ik al met alles moeten kappen toen de eerste grote lo-fi zwendel, meneer Johnnie Dowd, zijn muil opentrok en werd toegejuicht door mijn collega’s. Neemt niet weg dat het feit dat een gecoiffeerde Grizzly Adams, een Grandpa George (van Boy ja), een geschminkte identiteitscrisis, blijkbaar zoveel indruk maakt dat niemand gillend gek wordt van het ronduit weerzinwekkende jatwerk van Antony Tremolo uit het experimentelere werk van Tim Buckley. Laat staan dat men met mij in koor roept: ‘Langzaam doodmaken met Metallica op de achtergrond.’
Hoe griezelig ook - geen reden om het bijltje erbij neer te gooien.
Nee, dan dit: zien hoe je favoriete band afglijdt door ruzie, wansmaak en succes. De Lost Sounds in Vera. Een paar weken voor het concert klapt de band uit elkaar in een busje in Europa. Roddel en achterklap vliegt ons om de oren. En wij maar denken: ‘Ach, zo gaat het altijd met die lui als ze eenmaal in een busje zitten.’ Nou, deze keer niet. De show in Vera is meer een statement van onderlinge haat dan van punkrock, de muziek is definitief de verkeerde richting ingeslagen en stinkt naar een laat, heel fout Pumpkins showtje. Het publiek wordt genegeerd. Ik had mij voorgenomen een cartoon te maken van de band voor een webzine, maar ben twee weken na de show nog te triest om er de lol van in te kunnen zien. Vooral ook omdat ik durf te wedden dat het grabbel & graai-label Subpop de band pas nu briljant vindt en ze een contract zal aanbieden. Echter, nog altijd geen reden om van laatste popjournalistieke spasmen te reppen. Er zijn meer goeie bands, tenslotte, dan ik hersencellen overheb.
Nee, het is deze keer anders. Mijn werkkamer heeft een paar decennia naar boeken geroken. Maar tegenwoordig hangt er eindelijk weer de geur van mijn puberteit: de heilige drie eenheid van Vinyl, Koffie en Rook. En het enige wat je in zo’n ruimte wil is ‘plaatjes draaien’. Je spijkert een bord op je deur: ‘Laat alle overwegingen varen bij betreden.’ En je gaat je welriekende schatkamer te lijf.
Is het de zucht naar romantiek of grenzeloze uitputting? Is it really better to burn out than to fade away? Als je bedenkt dat Ome Neil het lied aan de verkeerde Sex Pistol opdroeg vraag je je dat wel vaker af.
Dat ik moe ben, werkelijk doodop, lijdt geen twijfel. Maar of de zucht naar louter muzikaal plezier daar nu mee te maken heeft – ik denk het niet. En voor de analfabeten onder u: cultuurpessimisme is nooit aan de orde geweest.
Nee, laat ik eens eerlijk zijn. Nadat ik mijzelf ‘s ochtends aangeslingerd heb met twee Latyrx songs denk ik tegenwoordig, terwijl de eerste mierzoete adrenaline door mijn aderen pompt: ‘Iedereen kan mijn zak opblazen, hierna moet ik echt even dat Wu Tang nummertje door de tent blazen…’, en binnen tien minuten heb ik een playlist voor tien dagen in mijn kop.
En dan zou ik een beetje kan zitten nadenken over popmuziek? Oreren? Hoog van de toren blazen? Het volk opvoeden?
Fuck that.
En daar houdt mijn redenatie op. Verder graven doe ik niet. Ik ben moe, ja, maar als ik binnenkort van het beeldscherm verdwijn, dan komt dat enkel omdat ik vind dat iedereen mijn zak kan opblazen.
Why?
You figure it out.
Nanne Tepper: Het bijltje er bij neergooien?
Antony & The Johnsons, Lost Sounds en de geur van pubertijd
3VOOR12-columnist Nanne Tepper is doodmoe. En alles zit tegen: Antony & The Johnsons wordt omarmd, Lost Sounds vallen tegen en de geur van pubertijd hangt in zijn werkkamer. Komt het nog wel goed allemaal of stapt Tepper er een jaartje tussenuit? Maar niet iedereen kan toch 'zijn zak opblazen'?