3VOOR12 recenseert Disque Pop (week 11): Queens Of The Stone Age

Lullabies To Paralyze is QOTSA light

Voor het vierde album van de Californische woestijnrockers Queens Of The Stone Age moest frontman Josh Homme het stellen zonder twee van zijn vertrouwde krachten. Het boomlange boegbeeld Nick Olivieri is eruit gezet en ook Foo Fighters-drummer Dave Grohl was niet beschikbaar. Toch maakt het minder uit voor het groepsgeluid dan je zou verwachten. Deze week is het Disque Pop.

Lullabies To Paralyze is QOTSA light

Treffend op de site van Queens Of The Stone Age is een boomspelonk waar je geruchten over de band in kunt roepen. Net als die andere rockband waar zoveel over te doen is, The Mars Volta, weet QOTSA slim in te spelen op de moderne geruchtenmachine die internet heet. In een tijdperk waarin alles te googlen zou zijn, weten QOTSA en The Mars Volta het publiek met net genoeg informatie te voeden. Niet te weinig om de geruchtenstroom niet op gang te brengen, maar zeker niet te veel om precies te weten hoe de vork nu in de steel zit. Lullabies To Paralyze komt precies op het uitgekiende moment uit. Dat maakt frontman Josh Homme het brein achter de Californische woestijnrockers en niet de uit de band gezette bassist Nick Olivieri. Die was eerder de ballen van QOTSA. Dat Olivieri niet meer op dit album meespeelt, is eigenlijk van minder belang. Van meer importantie is dat hij recentelijk weer heeft gezegd nog steeds deel uit te (willen) maken van de band. Gerucht = media-aandacht, dank u. De getatoeëerde nudist Olivieri mag dan op het podium wat moeilijker te vervangen zijn, op de plaat vervangt hun voormalige gitaar-roadie Dan Druff hem rooskleurig: het uit duizenden herkenbare groepsgeluid dat zo steunt op heftige baslijnen, blijft overeind. Dat Foo Fighter Dave Grohl nu echt geen tijd meer had om zijn eigen carrière op te offeren, is een veel groter gemis voor Homme. Vervanger Joey Castillo (ex-Danzig) hakt toch een stuk minder pittig. Maar ook daar heeft Homme iets op gevonden – nu de merknaam QOTSA toch al door de die-hards op reclameshirts over festivalterreinen is gedragen, is het tijd voor de grotere groep consumenten. Dan hebben we het over de groep die mysterieuze letters wel eens hadden opgepikt. Voor hen blijkt de coole band toch allemaal best thuis draaibaar, want het nieuwe album is een beetje als voorganger Songs for the Dead, maar dan in een light-uitvoering. Er staat zelfs een heus slaapliedje op in de vorm van This Lullaby. Nee, verwacht op Lullabies geen briljante dansbare bas-hook als een No One Knows, al komt de huidige single Little Sister, die het al tot 3FM Megahit schopte, toch een heel eind. De melodieuze trits In My Head/Little Sister/I Never Came zul je nog veelvuldig op de radio horen. Minstens zo radiovriendelijk namelijk als die andere rocknaam Red Hot Chili Peppers, die een schepje commerciële luistervriendelijkheid toevoegden toen warhoofd John Frusciante de band tijdelijk verliet. Dan neemt de doorsnee luisteraar de meer experimentele tweede helft van het album vast voor lief. En hoor je nu echt Shirley van Garbage en Homme’s liefje Brody van The Distillers achterin de mix meezingen op Killer Scene? In hoeverre maakt Mark Lanegan nu wel of geen deel uit van de band? Wat was de mysterieuze bloedbraakziekte waardoor de band zoveel Europese optredens moest missen? Wedden dat Olivieri het volgende QOTSA-album toch gewoon weer meespeelt? Voer het de geruchtenmachine…