Exclusief: compleet hoofdstuk uit 'Door! Dance in Nederland'

Ted Langenbach (Now&Wow): 'In Rotterdam zie je al zwarten headbangen op AC/DC.'

Arne van Terphoven en Toon Beemsterboer schetsen in hun zojuist verschenen boek 'Door! Dance in Nederland' een beeld van de geschiedenis, heden en toekomst van dance. Op 3VOOR12 alvast één hoofdstuk uit het boek, waarin Ted Langebach van de Rotterdamse club Now&Wow zijn visie geeft op de dance scene.

Ted Langenbach (Now&Wow): 'In Rotterdam zie je al zwarten headbangen op AC/DC.'

Exclusief: compleet hoofdstuk uit 'Door! Dance in Nederland' (Arne van Terphoven en Toon Beemsterboer schetsen in hun zojuist verschenen boek 'Door! Dance in Nederland' door middel van interviews met organisatoren, dj's en producenten een beeld van de geschiedenis, heden en toekomst van dance. Op 3VOOR12 alvast een hoofdstuk uit het boek. Ted Langebach van de Rotterdamse club Now&Wow geeft hierin zijn visie op de dance scene. ) Ted Langenbach (Now&Wow): 'In Rotterdam zie je al zwarten headbangen op AC/DC.' Wie zich in Rotterdam door de jaren heen met dance bezig heeft gehouden, is zonder enige twijfel op een feest van Ted Langenbach geweest. Hij is de nestor van dance in Rotterdam. Sinds 1989 organiseert hij zijn befaamde MTC-party's. Het motto: niets is te gek. De terminal van de Holland-Amerikalijn, het Museum van Volkenkunde, het World Trade Centre-Langenbach weet alles tot feestlocatie om te toveren. Op zijn feesten is altijd volop ruimte voor kunst, film en theater. In het voorjaar van 2004 werd de nieuwe club Now&Wow geopend. Zijn 'Ultra desirable dance and relax club' moest weg van de Lloyd-pier om plaats te maken voor nieuwbouw. Uiteindelijk vond Now&Wow een nieuw onderkomen in De Graansilo. Daar zal de club verder gaan met wat deze altijd al deed: spectaculaire, vernieuwende feesten geven. Ted Langenbach, wegens zijn verdiensten onderscheiden met de Promotieprijs 2003 van de stad Rotterdam, kijkt goed om zich heen. Rotterdam is een multiculturele stad en volgens 'MTC-Ted' is een goed feest hét bindmiddel van culturen. Dance is het codewoord van integratie. 'Het is moeilijk om binnen de muziek nog van compleet geïsoleerde scènes te spreken. Mensen willen zich niet meer totaal wijden aan één stroming. Iedereen kijkt per uur wat hem of haar het meest aanspreekt. Ik ken mensen die ontwaken met Beethoven en 's middags net zo lief Felix the Housecat draaien. In de auto hebben ze dan Charlie Parker en John Coltrane liggen. Het is niet meer zo dat mensen onlosmakelijk verbonden zijn met een scène. Dat wil niemand meer. Muziek hoort bij de sfeer van het moment.' We zitten midden in het tijdperk van het neo-eclecticisme. Dat wil zeggen dat de popcultuur, de bandjescultuur, steeds meer gaat integreren binnen dance. Of misschien is het juist andersom, want dance heeft zich de afgelopen jaren toch wel nadrukkelijk op de voorgrond geposteerd. Hoe dan ook, dat combineren is nodig om de schwung er weer een beetje in te krijgen, want muzikaal is die hele dance wel doodgebloed. Het eclecticisme is de redding van dance. Als ik in Now&Wow de afgelopen jaren alleen maar house had gedraaid, had ik geen bezoeker meer over gehad. De bevolking van Rotterdam is aan het veranderen en daar moet je als club in meegaan. Rotterdam is aan het verkleuren, er komen witte zwarte mensen, zwarte witte mensen en daar weer een combinatie van. Ik zie bijvoorbeeld al zwarte mensen head-bangen op AC/DC. Geweldig natuurlijk. Vervolgens gaan ze dan weer keihard voor Justin Timberlake. Niets is meer in hokjes te plaatsen. Acht jaar geleden was het in de R&B nog: brede heupen, dikke kontjes, gouden kettingen, BMW'S, etc. Nu zie je een soort emancipatiedrang binnen de zwarte muziek. Zwarte mensen gaan zich steeds meer bezig houden met rock of electro of ander heavy werk. Je moet ze daar wel wegwijs in maken. Dat bedoel ik niet zo denigrerend als het misschien klinkt. Het is natuurlijk hartstikke interessant. Een bepaalde groep die eigenlijk helemaal niet voor een genre in is, toch mee te nemen op die reis. Zeker in Rotterdam zal dat de komende jaren ontzettend interessant worden. Organisatoren moeten hun publiek keihard confronteren. We hebben 2 Many DJ's een keer neergezet in de Now&Wow, op een avond dat niemand het verwachtte. Het eerste kwartier ging 20 procent van de bezoekers weg. De rest bleef even wachten en besefte toen: dit is te gek. Mensen worden er wakker van. Dat moet je als organisator doen, want veel mensen hebben die nieuwsgierigheid niet. Het is immers veel makkelijker om met de massa mee te hobbelen.' Schoonzoon 'De multiculturele medemens heeft een andere smaak dan de oer-Hollandse provinciaal. Uiteindelijk moet het verschil in ras niets uitmaken. Je zult van mij ook niet horen dat techno blanke muziek is, ook al zie je hier nauwelijks kleurlingen op technofeesten. In Amerika komen veel meer zwarte mensen op technofeesten. In de discotheken daar dansen zwarten op techno gemaakt door dikke blanke Duitsers. Het is dus helemaal niet te zeggen dat een genre bij een bepaald ras past. Het is maar net op welke manier een bevolkingsgroep ermee in aanraking komt. Trance bijvoorbeeld is ook zo'n heel blanke sound. Typisch poldermodel. Niet te moeilijk. De vakkenvuller met z'n Opel Kadett die op vrijdagavond zijn blonde vriendinnetje met de piercing door de navel ophaalt, luistert naar trance. Die gaan naar zo'n feestje waar onze ideale schoonzoon dan weer komt draaien. In Rotterdam zie je dat verschillende muziekculturen elkaar ontzettend inspireren. Daarom zijn The Neptunes ook zo populair. Het is van alles door elkaar en iedereen gaat erop uit zijn dak. Hun eigen project, N*E*R*D, mixt R&B met gitaren. Dat kan allemaal. Fantastisch natuurlijk. Als we allemaal in onze eigen enclave blijven zitten, gebeurt er niets. Gelukkig gaan mensen door muziek beter om zich heen kijken. Muziek is ook het enige dat écht verbroedert. Organisatoren moeten daarin het voortouw nemen. We hebben te maken met een laid back-cultuur. Het is niet meer zo dat iedereen hysterisch aan het zoeken is naar nieuwe dingen. Dat zie je in platenwinkels, waar de Top 40 netjes uitgestald staat. Hapklaar voor de massa. Echte freaks die alle bakken doorspitten zie je nauwelijks nog. In de Now&Wow doen we het naar mijn mening goed. Door altijd ruimte te laten voor het experiment is er voor mensen van elke kleur en achtergrond wel wat te vinden. Zowel aan de blanke als aan de zwarte kant is er wel een soort purisme, hoor. Zo makkelijk gaat het ook weer niet! Op zwarte dj's als Jeff Mills of Steve Rachmad staan toch voornamelijk blanken te dansen. Doordat urban steeds meer vertegenwoordigd raakt in de dance, zul je ook zien dat er ook wel meer zwarten geïnteresseerd raken in bijvoorbeeld techno. In Londen is de two step-scene totaal anders dan in Nederland. Die is voornamelijk zwart. Nogmaals: het is maar net hoe een bepaalde bevolkingsgroep met muziek in aanraking komt. Ik ben geheelonthouder. Geen alcohol, geen drugs. Ik was aan het begin van het dancetijdperk een naïef kunstenaartje. Ik genoot van de mooie decors en muziek. Daar werd ik al haast extatisch van en ik dacht dat de anderen dat ook hadden. Pas later realiseerde ik me dat er veel drugs gebruikt werden. Dat vind ik geen probleem, maar ikzelf ben het levende bewijs dat het absoluut niet nodig is om beneveld te zijn om van een feest te kunnen genieten. Als alle ingrediënten kloppen op een feest, zijn drugs niet nodig. De zesde generatie wannabe's denkt op dit moment dat ze die nodig hebben omdat ze anders niet van een feest kunnen genieten. Dat vind ik treurig. Mensen gaan er al van uit dat er zonder drugs weinig aan is. Wat ik wel moet toegeven is dat onder invloed van drugs enorm goede platen gemaakt zijn! Jefferson Airplane bijvoorbeeld, daar druipen de drugs vanaf. Of Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band van The Beatles. Misschien heeft het gebruik van drugs meer waarde als je scheppend bezig bent. Maar het publiek dat een feest ondergaat heeft geen drugs nodig. Als de muziek en het feest slecht zijn, heeft niemand het naar zijn zin. Daar hebben drugs niets mee van doen.' Grachtengordelregel 'In Amsterdam heeft het overmatige gebruik van drugs ervoor gezorgd dat het uitgaan enorm is ingekakt. Er moest meer en meer gebruikt worden. Dat was niet vol te houden. Het effect nam af en dus werd het uitgaan per definitie minder. De gabberscene heeft dat ook ervaren. In Amsterdam heerst een sfeer van: "Je moet iets gebruiken, anders is het feest niet leuk." Dat komt denk ik uit het dorpsgevoel dat daar heerst. Iedereen let daar op elkaar, fokt elkaar op. Het is een soort grachtengordelregel. Als je niet gebruikt, hoor je er niet bij. Kinderachtig eigenlijk. Mensen helpen elkaar naar de klote. Dat noem ik partykannibalisme. Rotterdam is veel groter, letterlijk en figuurlijk. Hier gebeurt zoiets niet. In de hardcore is het wel eens gebeurd, dat moet ik toegeven. Maar drugs zijn hier altijd een bijkomstigheid geweest. In Amsterdam was het veel drukkender. Als je een club of een organisatie hebt, is het heel belangrijk dat je voeding van de straat haalt. Van eigenzinnige, jonge mensen. Iets wat daar dus niet aan bijdraagt is alleen maar met generatiegenoten filosoferen dat vroeger alles beter was. Mensen van leeftijd hebben daar ernstig de neiging toe. Zeker binnen de dance. Je moet zorgen dat de inspiratie blijft. Ik heb ook een hekel aa discjockeys die altijd hetzelfde doen. Die brave boys die zich profileren als ideale schoonzoon. Ik vind het verbazingwekkend dat dat een soort Rattenvanger van Hamelen-effect heet. Alle TMF-trutten sjouwen erachteraan, waardoor anderen denken: hey, ze sjouwen er allemaal achteraan, laten wij er ook maar als een kip zonder kop achteraan sjouwen. Terwijl het allemaal weinig voorstelt. De commercie haalt de spanning uit de dance. Alles wordt overgenomen door de marketingjongens van Smirnoff, Orange of andere aasgieren. Reclamemensen moeten zich niet bemoeien met dancecultuur. Zit je weer te kijken naar dj Sneak in de Southern Comfort Lounge. Ik moet ervan kotsen. Ik begrijp het wel, alles wordt duurder en de veiligheidseisen worden steeds strenger. Je kan eigenlijk niet meer om sponsoren heen. Maar ze mogen nooit onderdeel uitmaken van het creatieve team. Ze mogen de programmeurs niet in de weg zitten. Dat gebeurt steeds meer. Daarom zie je vaker dat iemand in een streepjesoverhemd met een stropdas naar Kenny Dope Gonzales staat te kijken. "O, is dat house, leuk zeg." Walgelijk. Zelfs de gesubsidieerde poppodia zoals Het Paard van Troje, 013, Tivoli of Nighttown geven zich over aan die ellende. Zij zijn in het leven geroepen om goede bands te programmeren. Gaan ze ineens Wipneus en Pim boeken. Kom op zeg! Als niet binnen de kortste keren nieuwe organisatoren met creativiteit en lef opstaan, gaat dance kapot. We eten immers allemaal van dezelfde appel.'