3VOOR12 recenseert Disque Pop De La Semaine (week 10): Cee-Lo Green

Cee-Lo Green houdt met zijn stem moeiteloos het album bij elkaar

Cee-Lo Green is meer dan de soul machine, want naast zanger en rapper is hij ook nog producer en songwriter van alle 18 nummers op ‘…Is The Soul Machine’. En of al dat talent van Cee-Lo nog niet genoeg was, werden ook nog flink wat vrienden ingeschakeld. En zeg nou zelf, met The Neptunes en Timbaland aan je zijde kun je de plank toch niet misslaan?

Cee-Lo Green houdt met zijn stem moeiteloos het album bij elkaar

‘Cee-Lo Green...Is The Soul Machine’ is het tweede album van de uit Atlanta afkomstige zanger/rapper Thomas Callaway ofwel Cee-Lo. Waarom sinds kort alle goede hiphop alleen nog maar uit het arme zuiden van de Verenigde Staten lijkt te komen mag Joost weten, maar het zij zo. Misschien is het wel domweg de zuidelijke armoede die creatieve geesten kweekt. Outkast, Neptunes, Timbaland om er maar drie te noemen. Enfin, soms met een duwtje in de rug van diezelfde Neptunes, heeft Cee-Lo alle 18 nummers op ‘…Is The Soul Machine’ zelf geschreven en die mogen er stuk voor stuk zijn. Soms P-Funkend als George Clinton, soms ingetogen soulvol als Otis Redding en soms spetterend als James Brown. Het is waar: Cee-Lo Green...Is The Soul Machine. Komt Cee-Lo ineens uit de lucht vallen? Welnee! De man geniet aan de andere kant van de Grote Plas al enige bekendheid met het hiphop-collectief Goodie Mob. Het was Cee-Lo die het eerst in 2000 solo ging. In 2002 verscheen zijn debuut ‘Cee-Lo Green and His Perfect Imperfections’. Daarvan werd de single ‘Getting’ Grown’ zelfs voor een Grammy genomineerd. Goed, Neptune Pharrell schreef dus aan twee nummers op ‘…Is The Soul Machine’ mee. Daarnaast zingt hij ook mee op ‘Let’s Stay Together’. Andere vrienden die een productioneel een handje helpen zijn Traxx, Timbaland, Jazze Pha, Premier and Organized Noise. En dan is er nog een even grote club die meezingt en rapt waaronder Ludacris (in het sublieme ‘Childz Play’), Big Rube en Menta Malone. Toch is het album veel meer dan een verzameling tracks van bijeengezochte producers en rappers. Het album klinkt volslagen coherent en natuurlijk. Geen overbodige productionele grappen en grollen: geen achterstevoren drums en geen vervormde stemmetjes. Van voor tot achter klinkt het bij vlagen als een ouderwets avondje uit in The Apollo, dan weer als een warme grouphug in het ruimteschip van Dr. Funkenstein. Mooie blaxploitation dwarsfluitjes, mooie Clinton-koortjes (‘Glockapella’) en mooie sax- en orgelpartijtjes (‘My Kind Of People’). En het is Cee-Lo Green die moeiteloos met zijn stem het album bij elkaar houdt. Om kort te gaan: heb jij meer dan vier Prince-albums of heb je stiekem wel eens een plaat van Otis Redding uit de platenkast van je ouders geluisterd (en je vond het nog tof ook!) of heb je je wel eens afgevraagd wat er met Arrested Development is gebeurd, dan is de kans heel groot dat jij ‘Cee-Lo Green...Is The Soul Machine’ de beste plaat van 2004 gaat vinden. En vind je het album bij nader inzien toch niet zo goed, dan zijn er altijd genoeg mensen die het maar al te graag van je over willen nemen.