Britse muziekindustrie spreekt van beste jaar ooit

Wouter Rutten (NVPI): “Je kunt die twee markten absoluut niet met elkaar vergelijken”

Onlangs trad de Britse brancheorganisatie naar buiten met de verkoopcijfers van het derde kwartaal. En terwijl iedereen in de Nederlandse muziekindustrie al jaren steen en been klaagt, spreekt de BPI nu al van het beste jaar ooit. Wat gaat er in Nederland mis?

Wouter Rutten (NVPI): “Je kunt die twee markten absoluut niet met elkaar vergelijken”

Het gaat lekker met de Britse muziekindustrie. Dat concludeert de British Phonographic Industry (BPI). De zusterorganisatie van de Nederlandse Vereniging voor Producenten en Importeurs van beeld- en geluidsdragers (NVPI) meldt dat het derde kwartaal een record breekt als het gaat om verkochte albums. Maar over de hele linie gaat het goed. Als muziek downloads meegeteld zouden worden, zou de singlemarkt over diezelfde periode in één klap van een 12% daling naar een 9 % stijging zijn gegroeid. Volgens Wouter Rutten van het NVPI is het niet eerlijk om die jubelgeluiden naast het gebrom uit de Nederlandse sector te leggen. In Nederland daalde de omzet van singles het afgelopen jaar met eenderde en van albums met 17 %. Rutten: “Het zijn twee onvergelijkbare markten. De Britse markt is wezenlijk anders: er is meer lokaal repertoire van hoog niveau. Daarnaast is de consument meer op dat lokale product gericht. In Nederland is 20% lokaal product tegen 47% in Engeland. Dat brengt een andere muziekbeleving met zich mee.” Beide landen hebben last van piraterij. Rutten: “Maar in Nederland wordt veel illegaal van internet gedownload, terwijl in Engeland de piraterij op straat plaats vindt. Die verkoop van nep cd’s heeft één voordeel: mensen wennen er toch aan iets te kopen. Zij gaan op een gegeven moment weer gewoon een cd winkel in.” Opvallend is dat de groei in Engeland door de BPI deels wordt toegeschreven aan nieuw talent als Keane en The Streets. De helft van de top 20 best verkochte albums komen van eigen boden. Bij acht daarvan gaat het om een debuut of tweede album. Maar Rutten denkt niet dat de Nederlandse platenmaatschappijen kansen laten liggen als het gaat om het ontwikkelen van nieuw talent. “Er is gewoon geen geld om nieuw talent te tekenen. Daarnaast is een fanbase in ons land te klein om een groep meteen te laten slagen.”