Wat kost dat, zo'n blad?

Drie blikken op de uitgeefwerkelijkheid

Mojo komt met een nieuw alternatief popmagazine. Website Kindamuzik liet de gedachte vorig jaar even spelen om ook op papier te verschijnen. Ook een aantal stakende freelancers van Oor brainstormen over een nieuw poptijdschrift. 3VOOR12 belde rond om een beeld te krijgen van het kostenplaatje voor zo'n onderneming: RifRaf, That Dam en de oprichter van BG Magazine.

Drie blikken op de uitgeefwerkelijkheid

De stakende freelancers van Oor denken na over het oprichten van een nieuw muziektijdschrift. Concertorganisator Mojo komt in oktober met een eigen uitgave. 3VOOR12 belde rond om eens te kijken wat dat nu kost, zo'n blad. En hoe moeilijk het is om een alternatief popmagazine op te zetten. Waarschijnlijk net iets moeilijker dan het lospeuteren van de cijfers. Veel bladen wilden best vertellen dat hun blad het ook in deze moeilijke tijden redelijk doet, maar durfden dat niet met harde cijfers te onderbouwen, bang om de concurrentie gevoelige informatie toe te spelen. Het Belgische RifRaf, het Amsterdamse That Dam en de oprichter van het failliete BG Magazine pakten wel de boekhouding erbij. Ook zij benadrukken dat de getallen slechts indicatief zijn en niet tot twee cijfers achter de komma nauwkeurig. Drie beelden van de uitgeefwerkelijkheid in popland: 1: RifRaf Oplage: 35.000 Betaalde medewerkers: 4 Journalisten: vrijwilligers Verschijning: maandelijks Verspreidingsgebied: België Prijs: gratis Kosten per nummer: Drukkosten: 8600 Arbeidskosten: 7000 Distributiekosten: 2000 Algemene kosten: 10000 Totaal: 27600 RifRaf is al sinds jaar en dag het onafhankelijke gratis muziektijdschrift van België. Ooit probeerde het blad het ook in Nederland, maar de adverteerders wilden er niet aan. Ook in België blijft het een constante overlevingsstrijd. Regelmatig balanceert het blad op de rand van de afgrond. Met benefietconcerten is het al vaker gered. Voor het laatst in 1998, maar volgens zakelijk leider Mieke Deisz is het misschien wel weer eens tijd. "Het gaat nooit goed." Toch blijft zij en haar collega's het doen, elke maand weer. Omdat het zo leuk is. En omdat iemand het moet doen. RifRaf gaat er prat op dat ze alles zelf doet. Tot en met de distributie toe: "Elke maand huren we tien auto's en brengen de tijdschriften zelf rond. Waar andere gratis bladen op vijf plekken 500 stuks afgooien, rijden wij gerust twintig kilometer om om tien nummers bij een jeugdhonk te bezorgen." 2. That Dam Magazine Oplage: 500 Betaalde medewerkers: 0 Journalisten: vrijwilligers Verschijning: tweemaandelijks Verspreidingsgebied: Nederland Prijs: 4 euro Kosten per nummer: Drukkosten: 600 Kosten cd: 1000 Arbeidskosten: 0 Distributiekosten: 350 Algemene kosten: 50 Totaal: 2000 Bas Jacobs en Bas Morsch maken sinds begin dit jaar That Dam Magazine, een opini?rend muziektijdschrift dat balanceert tussen pop en kunst. Het verschijnt elke twee maanden in een oplage van 500 stuks en is een mengeling van muziekverhalen van bands, essays over actuele muziekzaken, gedichten en fotografie. Ook zat bij de laatste drie nummers een cd met nummers van redelijk onbekende voornamelijk Nederlandse popbands. Dat wil Jacobs regelmatig blijven doen. De twee vrienden zijn het tijdschrift begonnen "Omdat we iets wilden creëren." Groeien is geen vies woord, maar in eerste instantie ziet Jacobs die groei eerder in de kwaliteit en de productie dan in omvang: "Er zijn twee manieren om een blad op te zetten. Of je bedenkt een heel plan, praat daar uitgebreid over, zoekt financiers etc. De andere manier is het gewoon te doen. We leren door het te doen. Nu we het een paar keer hebben gedaan, gaan sommige dingen sneller en beter. Eerst richten we ons op het verbeteren van de verhalen, de fotografie, de layout etc.. Pas daarna zie ik een groei in aantal voor me. Maar het is geen streven." That Dam Magazine is geen gratis blad: een jaarabonnement (op dit moment nog 6 nummers) kost 24 euro. Van de laatste uitgaven bleven nog 50 nummers over. "Maar die worden ook weer besteld door nieuwe abonnees die ook de oude nummers graag willen hebben", aldus Jacobs. Die abonnees krijgen voor dat bedrag hun nummer gewoon in de bus via de post. Daarnaast heeft Jacobs met cd-distributiebedrijf De Konkurrent een afspraak over verspreiding via een aantal muziekwinkels. Rijk zullen Jacobs en Morsch er voorlopig nog niet van worden, maar echt arm ook niet. Iedereen werkt voor niks aan het blad mee, dat drijft op enthousiasme. 3. BG Magazine (situatie 2000) Oplage: 15000 Betaalde medewerkers: 4 Journalisten: freelancers Verschijning: maandelijks Verspreidingsgebied: Nederland Prijs: 3,95 euro Gemiddelde kosten per nummer: Drukkosten: 15.000 Arbeidskosten: 10.000 Distributiekosten abonnees: 5.000 Distributiekosten losse verkoop: 10.000 Algemene kosten: 2.000 Totaal: 42.000 BG Magazine ging eind 2003 failliet. Oprichter Frank van den Bold was er toen niet meer bij betrokken. Tot en met 2000 zwaaide hij echter de scepter over het tijdschrift dat hij in 1991 op zijn 21 in he leven riep: "Als je iets wil doen wat heel moeilijk voor elkaar te krijgen is, iets waarbij iedereen altijd over je heen krijgt, dan moet je een tijdschrift beginnen." Een zware klus dus. Een zware klus die nu ook nog eens onder druk staat door een hele slappe advertentiemarkt. Van den Bold moest voor zijn BG Magazine 20 procent advertenties binnenhalen om het te redden: "Dan spreek ik over een full color magazine van 100 pagina's op mooi papier." BG Magazine was in tegenstelling tot RifRaf en That Dam een full color tijdschrift gedrukt op heel mooi net niet glossy stevig papier. Dat vertaalt zich ook terug in de druk- en distributiekosten. Vroeger deed ook Van den Bold de verdeling zelf: "Met de auto door heel Nederland en Vlaanderen rijden om de bladen te brengen." Later had het blad een distributeur voor de losse verkoop en gingen de abonnee nummers op de post. "Elk blad moet dat zelf bekijken. Het kan heel goed dat zelf distribueren goedkoper is. Voor ons was dat op een moment niet meer zo. Op een oplage van 15.000 was misschien eenderde abonnee. Dat ging via de post de deur uit. De rest kwam via de distributeur bij de AKO's en de Bruna's. Van elk verkocht nummer kreeg een distributeur dan grof genomen de helft van de verkoopprijs." Voor de initiatiefnemers die nu naar de markt gluren heeft hij één advies: "Voeg je krachten samen. Als iedereen voor zich begint, wordt het niks. Samen is de enige manier. Zeker in het alternatieve popcircuit is het heel moeilijk om een blad uit de grond te trekken." Mochten de iniatiefnemers nog meer advies willen, dan is Van den Bold beschilbaar: "Ze mogen me altijd bellen. Zelf een blad leiden, daar heb ik geen trek meer in. Maar als ze iemand zoeken die het al eens mee heeft gemaakt en dus ervaring heeft, dan ben ik beschikbaar."